De zwaarste kasseienstroken van Parijs-Roubaix hebben ieder hun eigen karakter
Fietstoerisme Trouée d’Arenberg, Mons-en-Pévèle en Carrefour de l’Arbre: ze vormen een mythische drie-eenheid in de wielrennerij als de drie zwaarste stroken van Parijs-Roubaix. Wat de Cipressa en Poggio voor Milaan-San Remo zijn, zijn deze 7,4 kilometer aan kasseien voor de helleklassieker. Maar niet enkel voor de koers zijn ze heilig, ook voor wielerliefhebbers gelden de kasseien als een bedevaartsoord.
Tezamen staan ze symbool voor de Hel van het Noorden. Ieder jaar worden er nieuwe kasseienstroken geïntroduceerd, maar de drie stroken met de zwaarste score, van vijf sterren, zijn al jaren het zelfde: Trouée d’Arenberg, Mons-en-Pévèle en Carrefour de l’Arbre. Ze kleuren de koers, maar behoren ook in het rijtje van koersmonumenten die voor de fietsliefhebbers een bezoek waard zijn om zelf eens te overwinnen. We zetten de feiten over de drie stroken op een rij.Le Trouée d’Arenberg
Het bos. Wereldwijd is er meer dan 4 miljard hectare bos, maar spreek in de wielrennerij over het bos en eenieder weet genoeg. Er is maar een écht bos: het bos van Wallers. En het is niet zozeer dat bos zelf wat zo de aandacht trekt, maar de mythische kasseienstrook die er recht doorheen loopt.

Hét bos – foto: Cor Vos
Dat is Le Trouée d’Arenberg, wat zoiets als ‘de doorsteek van Arenberg’ betekent. De kasseienstrook van 2.300 meter geldt al jarenlang als de definitieve opening van Parijs-Roubaix. Het peloton heeft dan al ruim 160 kilometer afgelegd, maar het is in het bos dat de koers echt openbarst. De stenen liggen hier ver uit elkaar en allerminst vlak, waardoor je nog meer dan op andere stroken alle kanten opstuitert. Eén klein voordeel: de strook ligt in licht dalende lijn, dus je krijgt toch een klein duwtje in de rug tijdens deze passage door de spreekwoordelijke hel.
Mons-en-Pévèle
De langste van het stel is, met zijn 3 kilometer, Mons-en-Pévèle. Al meer dan veertig jaar zit de strook, die vernoemd is naar het dorp waar het net ten noorden van ligt, in het parcours van Parijs-Roubaix. In 2014 zou de Tour er ook passeren maar vanwege het hondenweer werd de strook uit de uiteindelijk door Lars Boom gewonnen etappe geschrapt. Vier jaar later deed het Tourpeloton de strook alsnog aan.
Wat Mons-en-Pévèle moeilijk maakt is niet enkel de lengte, maar ook het feit dat de strook niet geheel vlak is. Waar je in Het Bos nog het voordeel van de zwaartekracht méé hebt, zal je deze aan het einde van Mons-en-Pévèle juist tegen je hebben doordat de ondergrond lichtjes oploopt. Met zijn twee haakse bochten kunnen de technisch vaardige coureurs hier ook nog eens extra het verschil maken.
Carrefour de l’Arbre
Met nog iets meer dan 15 kilometer te gaan voor de finishstreep in het Velodrome André Pétrieux, is Carrefour de l’Arbre de laatste serieuze strook om het verschil te maken. En hoe: nergens liggen de kasseien er slechter bij dan op de 2.085 meter lange strook tussen Camphin-en-Pévèle en Gruson. En als de strook zelf nog niet zwaar genoeg is, volgt amper 200 meter later nog een strook.

De laatste bocht op Carrefour de l’Arbre is favoriet van menig wielerfotograaf, al is het er tijdens de koers een stuk drukker – foto: Joris Knapen
De laatste vijf-sterrenstrook start in het dorp Camphin-en-Pévèle, waar voetbalclub Lille OSC hun trainingsfaciliteiten heeft. In het eerste deel van de strook liggen vier haakse bochten dus komt de snelheid nog niet te hoog te liggen, maar zeker de tweede helft – die rechtdoor loopt – is een ideale kans om het gashendel vol open te trekken.
Met grote gaten tussen de kasseien en regelmatig ook kuilen in het wegdek, is het hier kwestie van de juiste lijn zoeken. Dat is al een zware inspanning an sich, maar dat de wind hier ook vrijwel altijd vrij spel heeft, maakt het er allerminst makkelijk op. Waaien doet het in dit deel van de Franse campagne altijd en als de wind op je neus staat, is deze kasseienstrook een loodzware kluif.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.