Van moeras tot koersslagveld: in De Moeren is het peloton altijd op zijn hoede
foto: Cor Vos

Van moeras tot koersslagveld: in De Moeren is het peloton altijd op zijn hoede

Fietstoerisme Spreek over de Classic Brugge-De Panne en Gent-Wevelgem en je kan moeilijk om De Moeren heen. Het compleet vlakke natuurgebied lijkt op het eerste gezicht niet een plek waar de koers gemaakt wordt, maar niks is minder waar. Want in De Moeren gaat de wind nooit liggen en liggen waaiers permanent op de loer.

Op de Frans-Belgische grens, ten westen van Duinkerke, ligt De Moeren. De droogmakerij was lange tijd een moerasgebied met twee grote poelen, de kleine en de grote Moere. In de 17e eeuw waren het de toenmalige heersers over het gebied van de Zuidelijke Nederlanden, aartshertog Albrecht en aartshertogin Isabella, die als eerste geïnteresseerd waren in drooglegging van het gebied. Het zou nieuw landbouwgebied betekenen én ervoor zorgen dat het moeras niet langer een toevluchtsoord voor rovers en verdachten was.

Daarom werd in 1620 begonnen met de drooglegging van het gebied, wat tot 1626 zou duren. Het gebied werd enige tijd gebruikt voor de landbouw, maar negentien jaar later werd het weer onder water gezet, als verdediging van de stad Duinkerke waar de Franse koning Lodewijk XIV zijn zinnen op had gezet.

Ook als het niet of amper waait, staan de paar bomen die er in De Moeren zijn scheef – foto: Cor Vos

Een ruime eeuw later vond er een tweede drooglegging plaats, wat pas in 1766 geheel werd afgerond. Een dijkbreuk vier jaar later gooide echter weer roet in het eten, waarna er een derde drooglegging plaatsvond die in 1826 definitief ten einde kwam. Dit was nog altijd niet de laatste keer, want in de Tweede Wereldoorlog lieten zowel de geallieerden in 1940 als de Duitsers in 1944 het gebied weer vollopen. In 1950 volgde de vierde en laatste drooglegging van het gebied, waarna het met twee meter onder zeeniveau de diepste polder van België werd.

Heden ten dage wordt er niet meer gestreden om het land maar is het wel het strijdtoneel van Belgische (semi)klassiekers als de Classic Brugge-De Panne en Gent-Wevelgem. Het grote open gebied kent namelijk zelden een moment van windstilte en kan dus – ook al is het geheel vlak – vaak een sleutelrol vervullen in wedstrijden.

Daar komt bovenop dat de wegen die door het gebied lopen kaarsrecht zijn en zich dus ideaal lenen voor waaiervorming. De wind moet dus wel nog in de juiste richting waaien, maar er is in ieder geval genoeg tijd om het op de kant te gooien en een paar waaiers te vormen: er zijn wegen die wel zeven kilometer aan een stuk rechtuit lopen.

De meest memorabele koers die ooit door De Moeren trok, was zonder meer de verwaaide Gent-Wevelgem van 2015 – foto: Cor Vos

Meer dan eens zijn De Moeren dan ook beslissend geweest in het koersverloop van Belgische voorjaarswedstrijden. De koers win je er misschien niet, maar verliezen kan er wel. Zélfs als er niet daadwerkelijk waaiers ontstaan, want de spanning die een passage door De Moeren met zich meebrengt, zorgt al voor de nodige nervositeit in het peloton.

Juist die spanning maakt De Moeren ook zo’n schat voor de koers. Wie de koers volgt, wéét dat als De Moeren in de buurt komen het niet een kwestie is óf er wat gaat gebeuren, maar wát er gaat gebeuren. Precies die anticipatie en de vele slagvelden die er door de wind zijn veroorzaakt, maken van De Moeren een gebied dat met recht een plaats in de Vlaamse koershistorie heeft bemachtigd.

Om te reageren moet je ingelogd zijn.