Vandaag publiceert de Telegraaf een uitgebreid interview met Lance Armstrong. Het grootste deel hiervan wordt gevuld met vragen over Alberto Contador en Astana, waar ‘The Boss’ weinig positiefs over te melden heeft.

“Astana was het afgelopen jaar niet echt een ploeg”, trapt Armstrong maar eens een open deur in. “Onbegrijpelijk is het dat ik nooit een Kazachse politicus of een van de sponsors heb ontmoet. Via mijn contract bij Astana hadden ze de mogelijkheid om Kazachstan een ander beeld te geven dan dat van Borat. Maar nooit heeft er ook maar iemand iets aan mij gevraagd of naar mij omgekeken.”

Er zijn dit jaar al genoeg interviews met Armstrong over Contador en met Contador over Armstrong geweest. Deze varieren van openlijke vijandelijkheden tot verzoeningspogingen. Dit laatste zal volgens Armstrong echter niet zo snel tot stand komen. “Ik bewonder de renner Contador, maar je hebt altijd mensen in het peloton waar je niets mee hebt. Waarschijnlijk verschillen we te veel.”

“Wanneer je de Tour wint en de koning van Spanje bent, is het logisch dat iedereen je bejubelt. Later krijg je pas de waarheid te horen. Ik sta al achttien jaar op het hoogste niveau en oprecht kan ik zeggen dat ik onbevreesd de verhalen van al mijn ploeggenoten durf aan te horen. Ik ben altijd loyaal aan iedereen geweest.”

Volgens de Texaan kan Contador maar beter eens goed bij zichzelf te rade gaan. “Acht van de negen jongens van zijn Tourploeg stappen komend jaar over naar een andere ploeg (hoofdzakelijk RadioShack van Armstrong, red). Als mij dat zou overkomen, zou ik mezelf eens heel goed in de spiegel aankijken. Ik zou dat nooit laten gebeuren. Ik zou resoluut dingen veranderen en me anders opstellen.”