Interview De Tour of Guangxi was voor Rik Verbrugghe de laatste wedstrijd in dienst van Bahrain-Merida. Vanaf nu focust hij voltijds op zijn job als bondscoach bij Belgian Cycling. “Met de Olympische Spelen als grootste doel voor 2020”, vertelt hij aan WielerFlits. Er wordt vooral uitgekeken naar de selectie voor de tijdrit, daar in Tokio. “Campenaerts of Van Aert naast Evenepoel? Ik denk ook aan Laurens De Plus”, verrast Verbrugghe.

“Het zijn twee mooie jaren geweest bij Bahrain-Merida”, vertelde Rik Verbrugghe ons in China. “Maar het verhaal stopt hier. Vanaf nu gaat mijn volle focus naar de nationale ploeg. Ik wil er iets moois uithalen.”

Was dit je eigen beslissing, Rik? Of was het een eis van de Belgische federatie om fulltime voor hen te werken?
“Natuurlijk heeft Belgian Cycling het liefst dat ik fulltime voor hen werk, maar ze stonden er wel voor open mocht ik dat willen combineren met een ander team. Maar dit jaar is gebleken dat het niet evident is. Ik werkte meer dan honderd dagen voor Bahrain-Merida en dat is té veel. Ideaal zou een vijftigtal dagen zijn. Zo hou je ook voeling met de koersen en de renners.”

Er was een aanbieding van Cofidis…
“Klopt. Ik heb een goede relatie met teammanager Cédric Vasseur en kreeg een mooi voorstel, maar ben er uiteindelijk toch niet op ingegaan. Om dezelfde reden.”

Hoe kijk je terug op je eerste jaar als bondscoach?
“Tevreden. Ik weet nu hoe de nationale ploeg functioneert en wat er nog kan veranderen. Dat heeft wat tijd nodig gehad. Logisch, denk ik. Je kan niet aankomen en onmiddellijk alles veranderen. Er wordt trouwens goed werk geleverd. Het systeem functioneert, maar met de ervaring die ik opdeed bij de verschillende merkenteams, kan ik nog dingen verbeteren. Dat is wat ik vanaf 2020 wil doen.”

Zoals?
“Voorbeelden geven is moeilijk. Het is een algemeen project. Binnenkort ga ik met technisch directeur Frederik Broché aan de slag. Kijk, met profs werken is niet gemakkelijk, want zij hebben een heel druk programma. Als je dan toch aandringt op een voorbeeld, ik wil graag met kleinere groepjes af en toe een ministage doen. Al is het maar een paar dagen in de Ardennen.  Op die manier creëer je een beter contact en dat werkt gemakkelijker. Maar het belangrijkste is een structuur rond de jeugd opbouwen. We hebben veel potentieel in België. Daar kunnen op termijn mooie dingen uitkomen. Ik denk bijvoorbeeld aan Ilan Van Wilder, die straks naar Sunweb gaat. Sunweb zal ongetwijfeld goed werk leveren, maar ik vind de opvolging van zo’n jonge kerel vanuit de federatie ook belangrijk.”

Ben je tevreden met de resultaten in je debuutjaar als bondscoach?
“Ik ben niet van het principe dat je onmiddellijk resultaat moét en kan halen. Als coach ben je grotendeels afhankelijk van je renners. Als je je werk goed doet, volgen de resultaten op termijn vanzelf. Als je onmiddellijk resultaat boekt, dan is dat dankzij het talent van je renners. We pakken dit jaar goud (EK TT) en zilver (WK TT) met Remco Evenepoel. Dat is puur dankzij zijn klasse, natuurlijk.”

“Ik ben vooral tevreden hoe het gelopen is bij de beloften. We stonden lange tijd op één in de Nations Cup. Dat was al jaren niet meer gebeurd. Van de profs ben ik ook content. Ja, de wegrit in Yorkshire is tegengevallen, maar ik kan de renners weinig verwijten. Het is nu eenmaal zo dat in dergelijke extreme weersomstandigheden de capaciteiten van de renners niet altijd tot zijn recht komen. Stel dat ik met hetzelfde achttal drie weken in Tour ben, dan zou er veel meer zijn uitgekomen. Maar het WK was dit jaar echt een momentopname.”

Zijn er tactische fouten gemaakt? 
“Ik denk het niet. Achteraf is het altijd gemakkelijk praten. Ik had een sterke ploeg. Jongens die samen konden functioneren. Iedereen wist perfect wat hij moest doen. De strategie en hiërarchie waren vooraf bepaald. Door de val van Philippe Gilbert verloren we twee man (Evenepoel bleef bij Gilbert, red), maar de strategie bleef. Doel was om de koers op zeven ronden van het einde open te breken. In eerste instantie met Remco, maar dat is daarna aangepast. Uiteindelijk hebben we maar één ontsnapping gemist: die met Kung, Moscon, Pedersen en Teunissen. Dat was niet ingecalculeerd. Toen Van der Poel aanviel, kon gewoon niemand mee. En uiteindelijk stonden drie renners op het podium die het best met de weersomstandigheden zijn omgegaan.”

Je kreeg wel wat kritiek. De communicatie kan beter, hoorden we bij renners.
“Communicatie kan altijd beter. Maar je leeft niet met die jongens samen zoals dat in merkenteams het geval is. Ik neem dat wel mee. We kunnen daar iets aan doen. Die ministages kunnen dat voor een stukje oplossen. Maar voor alle duidelijkheid: er is wel degelijk communicatie geweest met de jongens die op de lijst stonden voor het EK en WK. Iedereen wist al maanden vooraf of er een kans op een selectie was. En wat hun eventuele taak was. Maar…”

“Een voorbeeld. Ik heb tegen Jasper Stuyven gezegd: ‘Jasper, ik zou je graag meenemen naar het EK als kopman. Daarna zien we dan wel. Als je nog top bent, kan je ook mee naar het WK. Maar dat wordt een moeilijker verhaal.’ Waarop Jasper heeft bedankt voor Alkmaar en aangaf volledig te focussen op Yorkshire. Dat mag, maar op die manier heeft hij een kans niet gegrepen. Stel dat hij als kopman een uitmuntend EK rijdt, neem ik hem vanzelfsprekend mee naar Yorkshire. Dat is wat Lampaert nu heeft gedaan. En zo was Jasper deels afhankelijk van anderen.”

2020 wordt het jaar van de Olympische Spelen. Hét grote doel voor jou?
“Toch wel. het wordt een lastig jaar, want ook het EK en WK worden op zware parcoursen gereden. België heeft goede klimmers, maar ook geen echte berggeiten. Toch maken we kans op de belangrijke afspraken, denk ik.”

Is Remco Evenepoel al klaar voor het kopmanschap in Tokio?
“Als hij straks één keer bevestigt, jawel. Als je San Sebastian kan winnen en als je op het WK tijdrijden enkel wordt geklopt door een super Rohan Dennis, dan ben je top. Dus ja, ik zie Remco een belangrijke rol spelen in Tokio.”

Er is veel gedoe rond dat tweede plekje voor de tijdrit…
“Victor Campenaerts heeft zijn selectie niet kunnen afdwingen met een top vijf op EK of top acht op het WK. Het is nu aan ons om een keuze te maken. Ik wil sowieso snel een goed gesprek met Victor en zijn trainer.”

Hij wil snel zekerheid.
“Dat is moeilijk, hé. Hoe herstelt Wout van Aert? Hij is ook een optie. Ik denk ook aan Laurens De Plus. Laurens kan tijdrijden, maar kan vooral een belangrijke pion zijn in de wegrit (wie geselecteerd wordt voor de Olympische tijdrit, is automatisch ook een van de vijf geselecteerden voor de wegrit, red). Stel dat het Victor wordt, dan weet je dat je hem in de wegrit kwijtspeelt bij de eerste bevoorrading. Dan hou je maar drie renners meer over om je kopman te helpen…

“Ik moet ook rekening houden met de Ronde van Frankrijk. Eén renner die de Spelen en de Tour combineert, dat kan. Maar geen twee of drie. Ik wil ook jongens die zich specifiek voorbereiden op Tokio.”

Wanneer mogen we een beslissing verwachten?
“Zoals ik zeg, ik wil heel snel spreken met de jongens die in aanmerking komen. Het gemakkelijkste zou zijn dat ik een aantal renners kan aanduiden die zich stuk voor stuk voorbereiden op Tokio alsof ze zeker zijn van hun selectie. Ik weet niet of dat haalbaar is. Ik ga nog eens heel goed nadenken. En praten..”