Christoph Roodhooft: “Mathieu van der Poel reed nooit beter de Poggio op”
foto: Cor Vos
Nico Dick
dinsdag 22 maart 2022 om 08:00

Christoph Roodhooft: “Mathieu van der Poel reed nooit beter de Poggio op”

Interview Mathieu van der Poel werd bij zijn seizoensdebuut derde in Milaan-San Remo. Twee dagen later belden we teammanager Christoph Roodhooft voor een evaluatie en met de vraag wat dat resultaat nu betekent voor de klassiekers. “In de Ronde van Vlaanderen wordt anders gekoerst dan in Milaan-San Remo, waar Mathieu zich 250 kilometer kon gedeisd houden. Maar we hebben wel gezien dat hij conditioneel in orde is.”

De nieuwe edtie van RIDE Magazine is nu verkrijgbaar! Onze nieuwe 188 pagina’s dikke voorjaars-editie staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky, Demi Vollering, Sepp Kuss en Matej Mohoric. Verzeker je van jouw exemplaar en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

Jij kent Mathieu door en door. Wanneer zag je aankomen dat hij zou meedoen voor winst?
“In alle oprechtheid, ik had verwacht dat hij in orde zou zijn. Hij heeft de laatste weken goede trainingen afgewerkt, dat heeft iedereen kunnen zien. Vooraf zeggen dat hij zou meedoen voor winst, is echter nog iets anders. Maar hij deed het super. Vooral op de Poggio vond ik hem indrukwekkend. Hij was bijna klaar om zelf iets te proberen.”

Het was zijn derde deelname aan deze klassieker. Heeft die ervaring een rol gespeeld? Of eerder zijn grote honger?
“Hij zat deze keer inderdaad meteen goed gepositioneerd bij het aanvatten van de Poggio. Maar wat mij betreft, dankt hij zijn resultaat vooral aan zijn prima conditie. Zijn gretigheid? Het is mooi dat hij hongerig was, maar op het moment van de waarheid los je weinig op met gretigheid. Dan is het puur op conditie.”

Nog eens terug naar vorige week. Is er echt pas donderdag aan zijn deelname gedacht?
“Inderdaad. Na de trip met de auto van San Remo naar Milaan reden onze jongens de laatste zestig kilometer de benen los. Na twintig minuten stapte Gianni Vermeersch terug in de wagen, ziek. Dan is alles in gang geschoten. Na overleg met Philip (broer van Christoph en medemanager, red) en ons performance team. Niemand had bezwaar. Mathieu was – zoals hij zelf al aangaf – niet meteen enthousiast, maar in de namiddag liet hij weten te willen starten.”

Achteraf had hij het over een gemiste kans. Hoe heb jij daarop gereageerd?
“Dat hij gelijk had. En die mentaliteit siert hem. De omstandigheden zaten ook niet helemaal mee. Gianni Vermeersch zette Mathieu vorig jaar goed af en kwam binnen op 6 seconden. In hetzelfde groepje zat toen Robert Stannard. Die zijn we gaan halen als versterking op zo’n momenten. Maar beiden waren er dit jaar door ziekte niet bij. Ook Kristian Sbaragli stond niet topfit aan de start. Het houdt natuurlijk ergens op. Maar een van die jongens in steun, had het verschil kunnen maken.”

“Ik wil ook niet te veel klagen, want er zijn dit voorjaar maar weinig teams die van ziekte gespaard blijven. En daar staat tegenover dat de jongens die er wel waren, op de afspraak waren op de Cipressa. Maar eenmaal opgesoupeerd, keren die uiteraard niet meer terug. Nu, Mathieu was ook niet al te lang ontgoocheld. Dat is hij maar zelden. Het gevoel was ook dubbel. Enerzijds ben je blij met een podiumplaats in een monument, maar je vloekt dan weer omdat het net niet gelukt is.”

foto: Cor Vos

Richard Plugge, teammanager van Jumbo-Visma, klaagde over jullie koersgedrag. Jullie namen jullie verantwoordelijkheid niet…
“Ik heb het gelezen. Waarom noemt hij ons? En niet INEOS Grenadiers om maar die te noemen? Omdat wij uiteindelijk een resultaat haalden en INEOS niet, denk ik dan. Hij wist toch niet dat Pidcock niet op de afspraak zou zijn? Ik vind het een beetje jammer, ja. Door het uitvallen van Stannard, startten we al met een man minder. En Mathieu zijn trainingsdata was ook geen garantie tot succes.”

“Bovendien hebben wij niet gevraagd dat Jos van Emden het werk alleen voor zijn rekening zou nemen. En er is tijdens de koers geen enkele vraag gekomen om een mannetje bij te zetten. Trouwens… Zagen jullie Parijs-Nice? Het was toch Jumbo-Visma dat daar de lakens uitdeelde. Dan moeten wij ons nu toch niet schuldig voelen? En dat gevoel heb ik ook niet.”

Terug naar Mathieu van der Poel. Wat wordt het doel in de Coppi e Bartali?
“Onze oorspronkelijke insteek blijft dezelfde: koershardheid en extra wedstrijdritme opdoen richting de Vlaamse klassiekers. Maar als er zich kansen aandienen, gaan we die niet laten liggen. Dat doen we nooit en dat past ook niet in het plaatje van het huidige wielrennen. Maar ambities voor het eindklassement hebben we niet. Een of twee ritten winnen, zou al geweldig zijn.”

Hoe representatief is die derde plaats van Milaan-San Remo nu met het oog op die klassiekers?
“Dat is de grote vraag, hé. Die derde plek hebben we vast. Maar in Vlaanderen en Roubaix wordt anders gekoerst. In San Remo kon Mathieu zich 250 kilometer gedeisd houden in het peloton. In dat kader is de manier waarop we de koers hebben aangepakt, niet onlogisch. Maar om op je vraag te antwoorden: het blijft afwachten. We stellen alleen vast dat hij conditioneel wel op de goede weg is. Met de Coppi e Bartali extra in de benen, moet hij klaar zijn om zijn rol als kopman te spelen in de klassiekers.”

Had Mathieu een dag na de koers geen last meer van de rug of andere kleine kwaaltjes?
“Nee. Niets wat niet normaal is na een koers van driehonderd kilometer.”

Tot slot: hoe gaat het met Gianni Vermeersch en Jasper Philipsen? Geraken zij klaar voor het weekend?
“Ze zijn momenteel allebei niet meer ziek, maar kampen nu wel nog met een lichte trainingsachterstand. Onder voorbehoud, ik verwacht dat Vermeersch kan hervatten in de E3 Harelbeke, Philipsen in Gent-Wevelgem.”

foto: Cor Vos

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.