Cian Uijtdebroeks maakt bewuste keuzes: “Als je altijd tegen Pogacar moet koersen, win je nooit”
Video Wordt 2025 het jaar van de wederopstanding voor Cian Uijtdebroeks? In de Ronde van Oman begint hij komende week aan een belangrijk jaar in zijn loopbaan. Eentje waarin hij wil leren winnen, maar ook een jaar waarbij hij veel aandacht zal moeten schenken aan de tere plekken van zijn lichaam. Dat geeft de 21-jarige Belg van Visma | Lease a Bike toe voor de camera van WielerFlits.
Een lijdensweg was het, dat eerste jaar bij het Nederlandse WorldTeam. Met veel adelbrieven – denk maar aan een achtste notering in de Vuelta en een zevende in de Ronde van Zwitserland – kwam het goedlachse toptalent over naar een van de beste ploegen ter wereld. Maar een verdoofd gevoel in zijn benen hield hem bijna een heel seizoen van zijn beste niveau af. Rugproblemen, zo bleek na zijn laatste koersen van het jaar. Maar toen was het kwaad al lang geschied, want ze zoektocht naar een diagnose nam véél tijd in beslag.
Cian, de belangrijkste vraag voor 2025: kan jij terug pijnvrij koersen?
“Dat hoop ik toch, hé. Op training waren de testen alleszins geslaagd. We hebben de héle winter aan de rug gewerkt. Ik heb zelfs deze namiddag nog in de gym gezeten, om toch zeker te zijn. Het zou goed moeten komen.”
Die problemen hebben wel je hele jaar beheerst. Waarom was het zo lastig om op de rug als oorzaak uit te komen?
“Goh, ja… Het begon al een beetje op te spelen in het begin van vorig jaar. Het niveau was toen nog redelijk goed, dus dan ben ik er ook niet te veel achter gaan zoeken. Maar het werd erger en erger, tot op het punt dat ik geen gevoel meer had in mijn benen. Het eerste wat je dan begint te denken, is: geen bloeddoorstroming, dus wellicht is er iets mis met de liesslagader. Maar uiteindelijk zijn we na de Vuelta scans gaan doen en dan hebben we op de MRI-scans gezien dat er een geknelde zenuw was. Dan was het probleem snel gevonden, en wilden we snel oplossingen zoeken hoe we dit probleem konden verhelpen.”
Dat was natuurlijk niet de manier hoe je bij Visma | Lease a Bike had willen beginnen.
“Absoluut niet. Ik wilde het liefst een stap maken tegenover mijn prestaties bij BORA-hansgrohe in 2023. Vorig jaar merkten we in de trainingen dat het niveau wel degelijk aanwezig was. Meer nog, mijn VO2 Max hebben we zelfs nog kunnen verbeteren. We zagen positieve signalen, maar in wedstrijden ging het mis. Ik zakte op één of andere manier altijd in, zonder dat mijn hartslag echt heel hoog was. Dan was het mentaal niet gemakkelijk. Daarna heb ik even nodig gehad om mentaal te resetten. Maar eens het probleem gevonden was en we wisten dat er oplossingen waren, was het positief.”

Het was bij momenten afzien voor Uijtdebroeks – foto: Cor Vos
Welke rol heeft de ploeg daarin gespeeld en hoe willen ze je bij die problemen begeleiden?
“In het begin waren ze vooral heel rustig. Ze wisten ook niet wat er aan de hand was en ze wilden ook totaal geen druk op mij zetten. Zeker omdat ik redelijk jong ben. Maar ja, in de Vuelta zelf zagen we al redelijk snel dat het probleem terugkwam. Dan zijn we redelijk rustig gebleven. We konden er toch niets aan doen. Met de benen die ik had, heb ik gedaan wat ik kon. En dan direct na de Vuelta hebben ze gezorgd dat ik zo snel mogelijk die scans kon doen. Ook ben ik toen met een krachttrainer aan de slag gegaan, David Bombeke, die me de hele winter heeft begeleid. We mogen het nu niet verwaarlozen en zorgen dat die rug sterk blijft.”
Hoe ga je dat concreet doen?
“Heel veel core stability doen. Misschien het omgekeerde van wat veel klimmers doen (lacht). Krachttraining voor de rug ook. Dagelijks laten behandelen. Zelfs in Oman hebben we een osteopaat mee die dagelijks met me bezig is. Ik moet gewoon heel goed voor die rug zorgen en die zo sterk mogelijk maken.”
Anderzijds: qua progressie ben je in je carrièrepad serieus afgeremd.
“Zeker. Op dat gebied is het misschien een verloren jaar geweest. Er komen natuurlijk nog heel veel jaren. Mijn groeicurve is misschien gestokt, maar anderzijds ook niet. We hebben een probleem gevonden waar ik heel mijn carrière aandacht aan moet geven. Het is beter dat zoiets nu voorkomt dan als het binnen twee jaar zou bovenkomen, wanneer je voor het hoogst haalbare in een grote ronde aan het vechten bent. Op dat vlak is het goed dat we dat nu kunnen aanpakken en we gaan er alles aan doen om er opnieuw te staan.”
Is het extra lastig als je jezelf bij elke wedstrijd moet verantwoorden en met argusogen wordt gevolgd door de Vlaamse media?
“Ja, zeker. Dat is langs de ene kant misschien moeilijk tegenover de media. Maar geloof me, ik ben ook zelf iemand die wil presteren en er echt wil staan. Ik probeer er alles aan te doen om op een hoog niveau rond te rijden. Je kan er dan twee of vijf procent vanaf zijn, en dan is het jammer als het niet lukt. Maar als je gewoon elke keer totaal in elkaar stort, dan wordt het een andere zaak.”
Wat doet dat met je persoonlijke verwachtingspatroon voor het komende seizoen?
“Ik hoop dat ik natuurlijk een stuk beter ben dan vorig jaar (lacht). Dat zou toch mogen, hé? Maar we willen in het algemeen ook gewoon een stap zetten. Ik wil diep in de finales zitten. Proberen voor de winst te gaan. Dat is ook een verandering in mindset ten opzichte van de vorige jaren, toen we meer met een top-10 in gedachten naar wedstrijden gingen. Dat was toch een meer relaxte houding naar de koers.”

De Vuelta was moeilijk voor Uijtdebroeks – foto: Cor Vos
Waarom is het zo belangrijk om die lat hoger te leggen?
“Op een gegeven moment zal je richting overwinningen in rondes als Oman moeten gaan om ooit een grote ronde te winnen. Daar ligt echt de nadruk op. En gewoon efficiënt worden in een peloton, mijn ploeg leren gebruiken. Mijn fysieke toestand is wel heel goed, maar ik verlies nog te veel energie. Dat zijn allemaal dingen waar we aandacht aan schenken dit jaar.”
Eerder zei je al dat je wilde ‘leren winnen’ in 2025. Hoe moeilijk wordt dat voor jou en hoe pak je zoiets concreet aan?
“Het is niet gemakkelijk, want ik heb bij de profs nog nooit gewonnen. Je kan altijd aan fysieke capaciteiten werken, maar die zijn er sowieso wel. Dan is het gewoon: slimmer zijn dan de rest, lef leren hebben. Neem nu de Muscat Classic van vrijdag, dat is een mooie wedstrijd waar geen klassement te verdedigen valt. Daar moet je ook eens iets proberen te riskeren. En zo efficiënt mogelijk door de wedstrijd proberen te geraken.”
Werk je op explosiviteit om je afmakerscapaciteiten te vergoten?
“Ja, zeker. Daar is aan gewerkt, om die punch aan het einde wat te kunnen verbeteren. Natuurlijk blijft mijn belangrijkste capaciteit meestal gewoon lange inspanningen, maar aan het explosieve moest ik ook werken.”
Ook de programmakeuze lijkt me heel belangrijk in dat verhaal om meer aan winnen toe te komen. Je weet zelfs nog niet zeker dat je een grote ronde rijdt dit jaar.
“Dat is waar. Als je altijd tegen Pogacar gaat rijden, dan gaat het niet lukken, hé (lacht). Ik ga daarom ook enkele kleinere wedstrijden rijden. Zoals enkele eendagskoersen in Frankrijk die op een helling finishen. Dat zijn gewoon wedstrijden waarin ik carte blanche krijg en kan experimenteren. Dat verhaal van leren winnen, is een combinatie tussen wedstrijden kiezen en lef tonen voor mij.”
Met als einddoel nog steeds om die grote ronde ooit naar je hand te zetten?
“Uiteraard! Dat is hét doel. Elke stap die ik neem, moet daar naar leiden.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.