COLUMN. Hugo Coorevits: Remco Evenepoel mag in Luik naar ‘VDB’ kijken om Tadej Pogacar te verslaan
Column Op paasmaandag was ik bij toeval aan het bladeren in ‘Het Nieuwsblad op Zondag’ van 16 maart 2008. Op pagina twee van Sportwereld stond onderaan het bericht: ‘Frank Vandenbroucke wil voetbalmakelaar worden.’ Dat had hij verklaard aan Cyclo Sprint, toen nog het papieren lijfblad van de wielerfederatie. Ploegleider worden? Dat zag ‘VDB’ niet zitten. “Zo iemand moet kunnen brullen en dat kan ik niet. Na de klassiekers ga ik me voorbereiden op het Fifa-examen van spelersmakelaar”, stond er verder nog.
Het lot heeft er anders over beslist. De renner werd nooit voetbalmakelaar, maar het bericht zelf riep flashbacks op van die fenomenale Luik-Bastenaken-Luik van 1999. Die klassieker begon bij mij al op vrijdag. Na de parcoursverkenning zat ‘VDB’ in de Cofidis-auto van verzorger Freddy Viaene op het binnenplein van hotel Bedford langs de Quai Saint-Léonard in Luik. Hij choqueerde me door boudweg te zeggen dat hij zondag in de Rue Saint-Nicolas zou aanvallen aan huisnummer 256 of zoiets. “Daar moeten ze allemaal uit het wiel. Met deze beentjes zal ik het doen’, sprak ‘Il Bimbo d’Oro’ vastberaden.
De finish van La Doyenne lag toen nog in het spuuglelijke Luikse voorstadje Ans van de toenmalige minister Michel Daerden en de laatste helling was de beruchte Rue Saint-Nicolas. Wat die zondag volgde, was een knetterende Luik-Bastenaken-Luik die ontplofte op La Redoute. Op de smalle, steil klimmende weg vochten ‘VDB’ en zijn uitdager Michele Bartoli een prestigeduel uit om duimen en vingers van af te likken. ‘VDB’ ging ostentatief naast de Italiaan rijden en rolde figuurlijk met de spierballen. Hij won grandioos dit shownummer. Ook al was de Italiaan gestart met het idee om snel een loepzuivere hattrick bijeen te scoren.

Frank Vandenbroucke demareert op Saint-Nicolas. foto Cor Vos
Het was de dag dat Michael Boogerd dacht – à la Mattias Skjelmose – op de Rue Saint-Nicolas te profiteren van de grote rivaliteit tussen de Italiaan en de Belg. Helaas, aan het huisnummer dat hij in gedachten had, reed ‘VDB’ op Saint-Nicolas gemakkelijk naar ‘Boogie’ toe en liet hem prompt achter. Onderweg naar zijn enige winst ooit in een wielermonument.
Het was een andere tijd. Het was een tijd waarin de tegenstanders elkaar al tegenkwamen aan de inschrijvingstafel bij de Place Saint-Lambert in Luik. In het autobiografisch werk ‘Ik ben God niet’ vertelt ‘VDB’ over zijn ontmoeting voor de start met Bartoli: “Onze blikken kruisten elkaar daar al. De vonken vlogen ervan af. Dat beloofde vuurwerk.” Die tijden liggen achter de rug. Vooraleer tot het gevecht van man tot man over te gaan, praten ze nu desnoods het eerste uur van de veldslag nog wat bij. Zie Pogacar en Van der Poel in Parijs-Roubaix bijvoorbeeld. Voor en achteraf zijn ze o zo lief voor elkaar. Soit.
Pédaleurs de charme
‘VDB’ was ‘VDB’ en Evenepoel is Evenepoel. Het blijven twee verschillende renners en persoonlijkheden. Daarenboven uit een ander tijdperk. Al oversteeg Evenepoel in no time het palmares van ‘VDB’, toch zit er qua lef, bravoure en ook wel onversneden klasse veel ‘VDB’ in Evenepoel.
‘VDB’ was een man die kickte op het allermooiste materiaal en speciaal voor La Doyenne een nagelnieuwe MBK-fiets met een frame in Amerikaans titanium had. De dubbele olympische kampioen is net zo modegevoelig en een detaillist pur sang die hier en daar een vleugje goud liet toevoegen.

Remco Evenepoel. Foto: Cor Vos
De twee ‘pédaleurs de charme’ splijten ook telkens weer de massa. Je was vóór of tegen ‘VDB’. Je bent vóór of tegen Evenepoel. Bij succes kan dat percentage ver boven de vijftig stijgen. Na twee keer goud in Parijs vorig jaar lag zelfs héél België aan de voeten van Evenepoel, maar soms is één uitspraak al voldoende om het aantal gelegenheidssupporters te zien dalen. Evenepoel weet hoe dat werkt. Ik herinner me nog hoe hij terecht fulmineerde in Barcelona 2023 toen de ploegentijdrit van de Vuelta in het schemerdonker werd gehouden: “Ik zal wel weer heel wat haters en criticasters over me heen krijgen, maar dan is het maar zo.” Evenepoel kent zijn wereld.
What you see is what you get! Zo zit de dubbele olympische kampioen ineen. En zo was ook ‘VDB’ die in zijn sappig Vlaams dialect nooit een blad voor de mond nam. Zo zei Evenepoel zondag nog rechttoe rechtaan dat hij dacht dat hij zonder die val die hem veel energie kostte de Amstel Gold Race had gewonnen.
We onthouden vooral dat het tot Berg en Terblijt een adembenemende thriller werd met Pogacar als de verliezer, Evenepoel als de mentale winnaar en Mattias Skjelmose die de grootste pot bier kreeg. Maar woensdag op de Muur van Hoei waren de rollen alweer omgekeerd: veelvraat ‘Pogi’ veegde in de Criquielion-bocht de vloer aan met de tegenstand, Evenepoel incluis.
Hét duel
Dat belooft voor Luik-Bastenaken-Luik, het zwaarste voorjaarsmonument dat in het verleden veel te dikwijls een saaie afvallingskoers was. Een meeslepende Doyenne zou de kers op de taart zijn van een voorjaar dat met de Strade Bianche op de ‘strade sterrate’ spetterend begon met alwéér Tadej Pogacar.

Remco Evenepoel en Tadej Pogacar. Foto: Raymond Kerckhoffs
Hoewel de Sloveen op de Muur tien kilometer per uur sneller reed dan de rest, kondigt deze editie van ’s werelds oudste wielermonument zich ergens toch wel aan als ‘Hét Duel’ tussen ‘Pogi’ en Remco. Om diverse redenen gebeurde dat tussen Bastenaken en Luik nooit eerder.
Voltooit wereldkampioen Tadej Pogacar vijftig jaar na de vijfde zege van Eddy Merckx in La Doyenne zijn trilogie? Of komt de hattrick op de Boulevard de la Sauvenière in Luik op naam van de ex-voetballer van Anderlecht, PSV Eindhoven en KV Mechelen? De verdediger van weleer is in zijn tweede sportleven een verbeten aanvaller geworden die liever strijdend ten onder gaat. Meer dan wie ook weet hij dat alleen maar mandekking op zo’n fenomeen als de Sloveen meestal onvoldoende is om de wedstrijd te winnen.
Begrijp die fixatie op/heldenstatus van VDB (en bv ook een Pantani) niet: dopeur, junk en knettergek. En dan wordt een renner, waarvan je hoopt dat die op een fatsoenlijke manier werkt, daarmee vergeleken.
Ik zou als Remco zijnde nog liever afstappen dan op een VDB manier aan overwinningen komen.