Quinten Hermans eindigde zondag tijdens de Wereldbeker in Tábor als derde. De crosser van Tormans-Circus moest in de finale Lars van der Haar (winnaar) en Eli Iserbyt (tweede) laten rijden. “Lars was echt heel sterk”, oordeelt Hermans na afloop.

In de slotfase van de cross kreeg Hermans ook nog af te rekenen met een lekke band, waardoor hij van fiets moest wisselen. “Het was uiteindelijk niet ver meer. Ik denk dat ik op vijftien seconden eindig uiteindelijk. Lars was echt heel sterk, maar ik had anders wat langer kunnen aanpikken”, denkt hij.

“Het kostte krachten om die ronde bergop te rijden”, zegt Hermans over zijn lekke band. “Want ik stond daarvoor al lek en moest investeren om niet te veel plekken te verliezen. Daarna had ik geluk dat het stilviel, maar dat waren toch krachten die ik had verspeeld richting het einde.”

Met zijn podiumplaats kan Hermans uiteindelijk wel leven. “Het is de Wereldbeker, dan is het altijd fijn om op het podium te staan. Ik denk dat vandaag de sterksten wegrijden en ik was blij dat ik kon aanpikken, ondanks dat ik niet over de balken sprong.”