Bij Astana zijn ze niet te spreken over het optreden van Diego Rosa in de Ronde van Lombardije. De Italiaan finishte zaterdag als tweede in de laatste WorldTour-wedstrijd van het jaar, maar volgens de ploegleiding had hij kunnen winnen, wanneer hij had geluisterd naar de teamorders.

“Maar een paar keer in mijn leven ben ik zo boos geweest”, zegt ploegleider Giuseppe Martinelli tegen La Gazzetta dello Sport. “Als Rosa naar mij had geluisterd, dan had hij gewonnen. Je mag zo’n kans niet weggooien. Op deze manier mag je niet verliezen. Ik bedoel; je kunt verliezen, maar niet door een miscalculatie.”

De 27-jarige Italiaan sprong in de finale mee met Esteban Chaves, Rigoberto Urán en Romain Bardet op de beklimming van de Selvino. In de laatste kilometers probeerde Rosa verschillende keren te demarreren. “Die aanval op 1600 meter van de finish was nutteloos, maar ik was niet de snelste dus ik moest wel op de verrassing spelen”, zei Rosa direct na afloop.

“Rosa had die aanval niet moeten doen, zoals ik hem dat heb gezegd”, voegt Martinelli toe. “Hij had in het wiel moeten blijven zitten, zowel op de Selvino als in Bergamo Alta, zelfs als je ziet wat er gebeurde in de finale. Ongeacht wie op kop reed, had hij in de laatste bocht in het tweede wiel moeten zitten. Het was duidelijk dat die andere twee (Uran en Chaves) elkaar zouden helpen, dat deden ze ook in de Giro d’Italia… In plaats daarvan gaat hij als eerste door de bocht. Een dichte tweede plaats in een monument is niet om over te lachen. Het geeft mij een ziek gevoel.”