Eli Iserbyt wil opnieuw op WK-podium met Van Aert en Van der Poel: “Koester dat nog steeds”
Interview Eli Iserbyt hoopt vandaag een glansrol te vertolken op het WK veldrijden, maar kende zeker geen vlekkeloze aanloop richting de mondiale titelstrijd in Liévin. De 27-jarige coureur wisselde goede crossen af met mindere optredens. “De conditie is goed, maar mijn lichaam moet ook meewerken”, vertelde hij in aanloop naar het WK voor de camera van WielerFlits.

Iserbyt kampt namelijk al jaren met zenuwpijn in zijn linkerbeen. De oorzaak van die pijn is het Piriformis-syndroom. Deze geïrriteerde spier is de diepste spier in het been en ligt nog onder de gluteus. Het Piriformis-syndroom is moeilijk te behandelen waardoor de veldrijder sprak over een ‘vijand in het lichaam’. In de cross speelt dit euvel af en toe op. Zo had Iserbyt afgelopen weekend, tijdens de wereldbekercross van Hoogerheide, toch weer last van zijn linkerbeen.
Onzekerheid
De grote vraag is dan ook: met welk gevoel staat Iserbyt vanmiddag aan de start van het WK? “Een klein beetje een gemengd gevoel. Twee weken geleden was het heel goed, vorig weekend niet supergoed. Het is dus een klein beetje onzeker. De conditie is denk ik wel goed, maar mijn lichaam moet ook meewerken. Dat is dit seizoen een kleine onzekere factor. Dat brengt wel wat twijfels met zich mee”, geeft een eerlijke Iserbyt aan.
“Dat zie je ook aan de resultaten. Voor mij is het zaak om het seizoen zo goed mogelijk uit te doen, om nog zo goed mogelijk te presteren. Om daarna echt de oorzaak te vinden. Dat is een moeilijk vooruitzicht, maar nog lang zo rondrijden wil ik zelf ook niet. Of ik uitkijk naar het einde van het seizoen? Goh, ja en nee.”

Eli Iserbyt eerder dit seizoen, toen nog als Belgisch kampioen – foto: Cor Vos
“Op mentaal vlak wel, want het is moeilijk om je altijd weer op te laden en klappen te incasseren. Maar ik voel wel dat de conditie goed is. Op sommige momenten gaat het alleen niet echt, maar op andere momenten loopt het wel weer goed. Het is dus een beetje dubbel.”
Over duel Van der Poel-Van Aert
Iserbyt hoopt vandaag wel over zijn beste benen te beschikken in de belangrijkste cross van het seizoen. “Een WK is ieder jaar iets speciaals en groots. Het is de cross met de meeste toeschouwers en er is ook altijd veel sfeer. Het is voor ons een heel speciale wedstrijd. Het is dit jaar wel extra moeilijk om op het podium te kruipen. De laatste keer dat Wout (van Aert, red) en Mathieu (van der Poel, red.) meededen was in Hoogerheide en toen werd ik derde. Dat was eigenlijk een heel mooi moment. Dat koester ik nog altijd. Ik hoop zondag dan ook weer op de derde plek te staan.”
Zijn naam is gevallen: Wout van Aert. De Belg leek eerst helemaal niet mee te doen aan het WK in Liévin, maar staat dus toch aan het vertrek. Zag Iserbyt dit aankomen? “Ik was op het eerste moment toch wel verrast, omdat ik dacht dat Wout en zijn ploeg duidelijke plannen hadden en daar niet van zouden afwijken. Maar iedereen kan ervan afwijken. Ik vind het wel welgekomen.”
Terwijl topfavoriet Van der Poel op de eerste rij start, begint zijn uitdager Van Aert pas vanaf rij vier. Angelo De Clercq, de bondscoach van de Belgen, vertelde voor de camera van WielerFlits dat hij wel een startplan wil maken. Hoe kijkt Iserbyt hiernaar? “Het is duidelijk dat we een plan moeten hebben bij de start, en dat het daarna ieder voor zich is.”
Hoe klop je Van der Poel? “Dat vraag ik me al zes jaar af”
“Wout heeft zelf al gezegd dat hij – wanneer hij de ruimte heeft – zo snel mogelijk naar voren moet rijden. Dan zal hij zijn eigen benen moeten laten spreken. Dan is het aan de rest om hun eigen wedstrijd te rijden en zoveel mogelijk medailles te behalen. Mathieu is natuurlijk wel voor 90% favoriet, maar er kan nog altijd iets mislopen. Het is een atypisch parcours en dat speelt in de kaarten van Wout”, is Iserbyt van mening.

Van der Poel won de laatste confrontatie met Van Aert in Maasmechelen – foto: Cor Vos
Maar hoe moet de kopman van de Belgen het aanpakken tegen de zesvoudig wereldkampioen en grote favoriet voor de titel? “Tja, dat vraag ik me al zes jaar af”, lacht Iserbyt. “Wout heeft hem wel een paar jaar geklopt, maar… Je denkt elk jaar: Mathieu wordt niet meer beter. Maar dan start hij het crossseizoen met een prestatie waarbij je denkt: ik zal toch mijn mening moeten herzien. Het is fenomenaal. Wout is ook fenomenaal, maar het niveau ligt super hoog. Het is supermoeilijk om punten te vinden waarop Mathieu geklopt kan worden.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.