Gerben Thijssen terug na horrorcrash: “Motivatie gehaald uit Stig Broeckx en Wout van Aert”
foto: Cor Vos
vrijdag 28 augustus 2020 om 19:00

Gerben Thijssen terug na horrorcrash: “Motivatie gehaald uit Stig Broeckx en Wout van Aert”

Interview Meer dan negen maanden na zijn doodsmak in het Gentse Kuipke, rijdt Gerben Thijssen dit weekend opnieuw UCI-wedstrijden. En of het kriebelt bij het 22-jarige sprinttalent van Lotto Soudal. “Tijdens testen trapte ik mijn beste wattages ooit. Dat geeft vertrouwen in het vooruitzicht van een druk maar mooi najaar.”

Een horrorcrash was het, die 12de november van vorig jaar in het Gentse Kuipke. Tijdens de openingsdag van de Zesdaagse komt Gerben Thijssen tijdens de supersprint bijzonder zwaar ten val. Renners en publiek houden hun adem in. De organisatoren beslissen om de rest van het avondprogramma af te gelasten.

Thijssen wordt naar het Gentse UZ afgevoerd, waar snel de diagnose volgt: een gebroken sleutelbeen, drie gebroken ribben en drie kleine hersenbloedingen. “Ik herinner me niets meer van de val”, vertelt de Limburgse praatvaar ons. “Ik heb een gat van anderhalve dag in mijn geheugen. Achteraf bekeek ik uiteraard de beelden. Een mechanisch defect lag aan de basis van de tuimelperte. En wellicht gleed ook de tube van de velg. Toeval.”

Antibioticakuur
Zijn ziekenhuisopname in Gent bleef beperkt tot tien dagen. “Maar in de wagen op weg naar huis voelde ik dat mijn sleutelbeen nog opmerkelijk veel pijn deed. Toch ging ik snel naar het Revalidatie & MS Centrum in Overpelt voor een intakegesprek. Ik wilde immers zo vlug mogelijk starten met de revalidatie, maar na de eerste dag werd ik wakker onder lakens vol bloed en etter. Mijn sleutelbeen was letterlijk door mijn schouder geschoten. Het plaatje dat werd aangebracht had voor een ontsteking gezorgd.”

Thijssen was er erg aan toe – foto: Cor Vos

“Dat heeft mijn revalidatie uiteindelijk met zes weken afgeremd”, zegt Thijssen. “Met dank aan een antibioticakuur van zes weken. Intraveneus (via injecties in de aders, red.). Enerzijds zie ik dat nu niet als een groot nadeel. Integendeel, op die manier was ik echt klaar om te starten met revalideren. Ik ken mezelf, ik was anders ongetwijfeld te vroeg beginnen trainen. Als je in het ziekenhuis ligt, gaat dat niet hé. Anderzijds groeide de schrik: word ik ooit opnieuw profrenner?”

Berichtje van Van Aert
Dat hij zich heeft opgetrokken aan lotgenoten, geeft de sprinter toe. “Aan Stig Broeckx, die ik leerde kennen in Overpelt. Die heeft me extra gemotiveerd, ja. Aan Wout van Aert ook. Na mijn val stuurde Wout mij een berichtje, wat ik toch wel bijzonder vond. Ik weet, de blessures van Wout waren van een andere aard, maar mentaal zijn we wellicht door hetzelfde dal gegaan. Als je ziet hoe Wout nu presteert… Uiteraard trek je je daar aan op.”

Ook de coronabreak was een rem op de comeback van Thijssen, maar ook dat ervaart de Limburger positief. “Want wellicht zou ik ook te snel in competitie zijn teruggekeerd”, kan hij erom lachen “En er afgereden worden. Nu heb ik naarstig en rustig verder kunnen werken. Ik ben er klaar voor, denk ik. Onlangs trapte ik tijdens een test mijn beste wattages ooit. Dat geeft vertrouwen voor wat komen moet.”

Winst als in à Travers les hauts de France als nationaal U23-kampioen – foto: Cor Vos

Begin juli kon hij al een keer testen in de GP Vermarc in Rotselaar. “Maar dat is geen echte koers. Dat telt niet”, is hij overtuigd. “Al was ik toen wel blij dat ik kon uitrijden, en dat ik mijn schrik om te vallen overwonnen heb. Dat viel het eerste koersuur niet mee, maar naarmate de wedstrijd vorderde, ging het steeds beter. Maar nog eens, dat was een wedstrijd van een ander niveau.”

Brussels Cycling Classic
“In augustus had ik ook kunnen koersen, maar de ploeg stelde me niet op. Dat bubbel-gedoe, weet je wel. Ik zit in de bubbel van de Vuelta. Bovendien had ik dit jaar nog niets te zoeken in wedstrijden genre Milaan-San Remo, laat staan de Ronde van Lombardije. Geen slecht woord trouwens van Lotto Soudal. Ik heb alle tijd gekregen om te herstellen. En de koersen die er nu aankomen, passen veel beter bij mijn mogelijkheden. Te beginnen met de Druivenkoers en de Brussels Cycling Classic.”

Thijssen hinkt op twee gedachten, als hij over zijn ambities praat. “Mijn best doen. Me amuseren. Zonder druk het maximale eruit halen. Of dat nu een 50ste plek is of een 15de.” Maar tezelfdertijd… “Ik ben een sprinter. Sprinters winnen graag. Misschien kan ik toch al iets forceren in de Brussels Cycling Classic. Dat zit wel ergens in mijn achterhoofd, ja. Vorig jaar werkte ik er voor Caleb Ewan. Die is er nu niet bij.”

Milaan-San Remo
Hierna volgt voor Gerben Thijssen nog de Antwerp Port Epic, de Gooikse Pijl en het BK in Anzegem. Dan zal hij vijf eendagskoersen in de benen hebben en zal hij via de BinckBank Tour toewerken naar de Vuelta, de eerste grote ronde uit zijn carrière. “Straf, hé? Negen maanden geleden wist ik nog niet of ik opnieuw profrenner zou worden. Dan is mijn groterondedebuut een geschenk uit de hemel. En een kans die ik met beide handen wil grijpen.”

Op termijn droomt Thijssen van een mooie carrière. “Als ik er een klassieker mag uitpikken die ik ooit wil winnen? Met voorsprong Milaan-San Remo! Het enige monument dat bij mijn mogelijkheden past, denk ik. De Olympische Spelen in Tokio volgend jaar? We zijn met een aantal jongens in de running voor twee plekjes in de baanploeg. De twee sterksten zullen naar Japan afreizen, als de Spelen doorgaan. Kenny De Ketele en Robbe Ghys liggen momenteel in pole position. Daar is niets tegen in te brengen. Maar ik heb het boek van Stig Broeckx gelezen. Wat ik daaruit geleerd heb? Zeg nooit, nooit!”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.