Giro 2020: Voorbeschouwing op de dertiende etappe naar Monselice
Foto: Cor Vos
vrijdag 16 oktober 2020 om 07:30

Giro 2020: Voorbeschouwing op de dertiende etappe naar Monselice

De etappe van Cervia naar Monselice is een van de laatste kansen voor de sprinters, tenminste diegenen die de twee venijnige hellinkjes in de finale overleven. Tot op heden werd al vier keer gespurt om de overwinning en telkens trok Arnaud Démare aan het langste eind. Maar de finale van deze rit is veel meer op het lijf van Peter Sagan geschreven. WielerFlits blikt vooruit!

Parcours

Dagenlang volgde de Giro de Adriatische kustlijn, maar vrijdag draait de koers af van de zee, als van Cervia in Emilia-Romagna over de Povlakte naar Monselice gereden wordt. De stad in de regio Veneto geldt voor vakantieliefhebbers als de ideale uitvalsbasis voor een bezoek aan Venetië en Padua, maar was nog nooit etappeplaats in de Ronde van Italië. De sprinters zien hier weer een kans om te strijden voor de overwinning.

De etappe begint op het Piazza Garibaldi in badplaats Cervia, waarna tijdens de neutralisatie voor het laatst de Adriatische Zee te zien is. Twee keer eerder ging een Giro-rit hier van start. In 1955 begon hier een tijdrit over 50 kilometer, waarin Pasquale Fornara Coppi en Magni vooraf ging. Na dertig jaar was Cervia vertrekplaats voor een rit naar Jesi, waar Orlando Maini de slimste was van een kopgroep met zes man.

Daarna gaat de route landinwaarts via de Povlakte richting de Italiaanse Alpen, waarbij de eerste 150 kilometer biljartvlak blijft. Onderweg passeren de renners Ravenna, wereldwijd beroemd om haar mozaïeken, en het elegante Ferrara. Daarna steekt men bij Polesella de Po-rivier over en wordt de regio Veneto binnengereden. Op dat moment hebben de renners 105,5 kilometer in de benen. Na 118,5 kilometer ligt in Rovigo de tussensprint voor de puntentrui.

Als het peloton 143,2 kilometer onderweg is, wordt voor het eerst finishplaats Monselice bereikt. Dan volgt echter nog van een gepeperde plaatselijke ronde van 48,8 kilometer, die het sluitstuk vormt van deze dertiende rit. In Galzignano Terme is vervolgens de tussensprint getrokken voor drie, twee en een bonificatieseconde. Aansluitend wordt de eerste van twee pittige kuitenbijters aangesneden.

Deze klim naar Roccolo (4,1 km aan 8,3%, max. 20%) bestaat uit drie trappen. Eerst de Muro di Vallorto met een maximale helling van twintig procent, dan de Castelnuovo en tot slot de èchte Roccolo met maxima tot zeventien procent. De wegen zijn vrij smal, maar voorzien van goede asfaltstroken. Daarna wordt afgedaald naar het plaatsje Cinto Euganeo en leidt de route naar de laatste hindernis van de dag.

Vanuit Rivadolmo wordt de Muro di Calaone (2,1 km aan 9,5%, max. 18%) omhoog gereden. Na de top is het nog 15,9 kilometer naar de aankomst in Monselice. De twee bergjes nodigen uit tot aanvallen, maar zijn ze zwaar genoeg om de sprinters uit evenwicht te brengen? Snelle mannen met klimmersbenen als Peter Sagan moeten hier normaal gesproken overleven. De klassementsrenners houden allicht hun kruit droog voor de tijdrit naar Valdobbiadene.

Start: 11.40 uur in Cervia
Finish: tussen 16.11 en 16.39 uur in Monselice
Afstand: 192 kilometer


Favorieten

Slaagt een vluchtersgroep erin om in deze etappe haar slag thuis te halen? Of controleren de sprintersploegen in de hoop dat hun snelle man de hellingen in de slotfase overleeft? Dan kijken we vooral naar het BORA-hansgrohe van Peter Sagan. Die vindt hier een rit op zijn maat en ziet ongetwijfeld een kans om zijn grote concurrent in het puntenklassement, Arnaud Demare, een flinke peer te stoven.

We gokken op dat laatste scenario, waarbij de sterkste sprinters aan zet zijn. Een aantal snelle jongens lijken echter al bij voorbaat kansloos. Alvaro José Hodeg bijvoorbeeld. Die werd derde in Rimini, maar daar was de finale vlak. Bij Deceuninck-Quick-Step zullen ze in deze Monselice eerder de kaarten Davide Ballerini en Mikkel Honoré trekken. Die twee moeten wel in staat zijn om de kuitenbijters in de finale te overleven en eventueel de Sagans van deze wereld het vuur aan de schenen te leggen in de laatste rechte lijn. Ballerini probeerde dat al een keertje in Villafranca Tirreno (zie foto onder), waar hij de duimen moest leggen voor Demare en Sagan.

foto: Cor Vos

De absolute topfavoriet in deze etappe is echter Peter Sagan. Na zijn indrukwekkende solo in Tortorento is zijn zelfvertrouwen flink gegroeid. Maar een rechtstreeks duel tegen Demare won Sagan in deze Giro d’Italia nog niet. Zet de Slowaak zijn ploegmaats op de venijnige klimmetjes aan het werk om de Franse kampioen overboord te kieperen? Ook in zijn jacht op de puntentrui zou dit uiteraard het ideale scenario zijn voor Sagan, want hij heeft nog een serieuze kloof te overbruggen op Demare. Daarom ook kennen we hem deze keer vier sterren toe.

Toch willen we Arnaud Démare niet bij voorbaat afschrijven. De Fransman won de voorbije vier sprints in deze Giro (Villafranca Tirrena, Matera, Brindisi en Rimini) en ook hij barst van het vertrouwen. Bovendien kon hij in de eerste week steunen op een sterke lead-out, al zijn daar intussen Benjamin Thomas en Ramon Sinkeldam uit weggevallen. Maar de mannen van Groupama-FDJ zullen ongetwijfeld alle zeilen bijzetten om Demare over de hellingen te loodsen, zodat hij een gooi naar een vijfde zege kan doen. Dat er na de laatste klim nog vijftien kilometer af te leggen valt, is een voordeel.

Peter Sagan – foto: Cor Vos

Mikkel Bjerg kreeg deze Giro de kans om aan een grote ronde te ruiken en zich te ontdekken. De jonge Deen grijpt die kans vooralsnog met beide handen aan. In de openingstijdrit was hij derde, net als in de bergrit naar Roccaraso. In Vieste moest hij in de pelotonssprint om de zevende plek enkel Matthews en ploegmaat Gaviria voorlaten. Mogelijk kan hij in Monselice verrassen en alsnog een overwinning boeken in zijn debuutjaar bij de grote jongens.

Dan is er nog een hele ris renners die op een goede dag een korte uitslag kunnen rijden. Denk aan Andrea Vendrame, die al vierde was in Villafranca Tirrena en zesde in Matera. Of aan Fabio Felline en Juan Sebastián Molano, de nummers drie en vier in Matera. Diego Ulissi behaalde na zijn ritzege in Agrigento geen topresultaten meer, maar misschien heeft de Italiaan zijn zinnen wel gezet op deze etappe. Tot slot geven we ook Gianluca Brambilla nog een ster. Die kwam voorlopig niet verder dan een ereplaats in Agrigento, maar als hij overleeft en voor winst kan sprinten, mogen we de Italiaan van Trek-Segafredo toch niet uitvlakken. Ook Davide Cimolai (Israel Start-Up Nation) en Enrico Battaglin (Bahrain-McLaren) kunnen wel een hellinkje overleven.

Sprinters als Elia Viviani en Fernando Gaviria zitten in hetzelfde schuitje als Alvaro Hodeg. Zij zullen met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid de colletjes niet overleven, ook al is er nog vijftien kilometer te gaan na de laatste hindernis.


Favorieten volgens WielerFlits 
**** Peter Sagan
*** Davide Ballerini, Mikkel Bjerg
** Andrea Vendrame, Diego Ulissi, Arnaud Demare
* Davide Cimolai, Mikkel Honoré, Fabio Felline, Gianluca Brambilla

Giro 2020: Deelnemerslijst


Weer en TV

De weersverwachting voor de rit van vrijdag is iets beter dan die van de etappe met start en finish in Cesenatico, maar van een vakantieweertje is ook geen sprake. Meer dan vijftien graden wordt het niet, en vooral de kans op regen is weer bijzonder groot, variërend van 85 procent kans op neerslag bij de start in Cervia tot 70 procent kans in aankomstplaats Moncelice. Al zal die niet met bakken uit de lucht vallen zoals donderdag. Er is ook amper sprake van wind.

Deze 13de etappe van de Giro d’Italia is ook nu weer live te volgen op Eurosport 1 en via de Eurosport Player. Sporza en de NOS beschikken ook dit jaar niet over de uitzendrechten.


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.