Kobe Goossens was gisteren in de derde rit van de Ronde van Romandië de laatste overblijver van de vlucht van de dag. Na een valpartij van Stefan Küng in de finale ging de renner van Lotto Soudal solo op zoek naar winst, maar met nog tien kilometer te gaan werd hij ingelopen.

Het plan om in de aanval te gaan was er vanaf de start, liet de Belg via zijn ploeg weten. “Omwille van de korte neutralisatie had ik voor de etappe nog even opgewarmd om toch maar klaar te zijn voor een eventuele ontsnapping. In de beginfase ging het vrij hard en trapsgewijs vormde zich een vroege vlucht. Als laatste renner kon ik de sprong naar voor maken. Met tijdritkanonnen als Küng en Bissegger bevond ik me tussen een sterk zevental.”

Omdat Goossens slechts op 1:19 minuut van het geel stond, werd de zeven vluchters niet veel voorsprong gegund. “Daarom beslisten we om het in eerste instantie rustig aan te doen en alles op de finale te zetten. Toen we met vier overbleven, draaiden we de gashendel volledig open, maar toch wisten we toen al dat het een moeilijke opdracht zou worden. Op de voorlaatste beklimming bleef ik samen met Küng nog over.”

Serieuze smak
“In de afdaling miste ik ook bijna de bocht waarin Küng ten val kwam. Ik had meteen door dat hij tegen de grond ging, want het was echt een serieuze smak. Toen moest ik alleen verder, maar helaas werd ik gegrepen. Het had volgens mij geen verschil gemaakt als Küng er nog bij was geweest. Zowel in de afdaling als bergop reden we echt op de limiet”, aldus de 25-jarige renner, die vandaag als 25e in het klassement aan het slotweekend begint.