Guillaume Seye: “ProContinentale teams moeten bang voor ons zijn”
Guillaume Seye op kop van het peloton - foto: Nassos Triantafyllou
vrijdag 24 mei 2019 om 15:30

Guillaume Seye: “ProContinentale teams moeten bang voor ons zijn”

Guillaume Seye heeft zich afgelopen weekend in de kermiskoers van Verrebroek getoond met een tweede plaats. Hij gaat mee in de flow van zijn ploeggenoten van het continentale BEAT Cycling Club, die al diverse keren gewonnen hebben dit jaar. In Verrebroek was alleen Lawrence Naesen sneller. “Je mag mij wel feliciteren daarmee”, lacht Seye tegen WielerFlits.

‘Tegen WT-renners de duimen leggen is zo slecht nog niet’
Op de lokale ronde van de GP Wase Polders reden meerdere renners uit de WorldTour en van ProContinentaal niveau mee. Ook Guillaume Seye, die door zijn ploeg niet was opgesteld in de Tour de l’Eure-et-Loir in Frankrijk. “Julius van den Berg sprong alleen weg en ik kon reageren. Ik zat er redelijk vlot bij, toen Lawrence Naesen ook nog aansloot. Sep Vanmarcke was de stoorzender daarachter, dat was ons geluk”, legt Seye uit hoe de beslissende kopgroep weggeraakte.

Uiteindelijk bleven Naesen en Seye over, na een pokerspel tussen Van den Berg en Naesen. “Zij speelden een tactisch spel. Ze bleven naar elkaar kijken en ik kon aan de andere kant van de weg versnellen. Naesen kon als enige nog aansluiten. Ik heb even gedacht aan de zege, maar Lawrence wist dat ik het wilde proberen om in de laatste kilometer niet meer over te nemen. Hij reed plots 20 kilometer per uur en drong mij weer de kop op, daardoor bleven we de rest nog voor”, aldus Seye, die in de sprint dan wel geklopt werd. “Ten eerste is Lawrence een WorldTourrenner en ten tweede is hij ook een sprintertype. Dat ben ik niet. Ik was de minste vooraan, dus dat ik daar de duimen tegen moet leggen, dat is zo slecht nog niet”, zegt hij met een lach.

Dit bericht bekijken op Instagram

About yesterday 👌 @beatcyclingclub #roadtobeat

Een bericht gedeeld door Guillaume Seye (@guillaumeseye) op

Hoogvorm tot het BK
De prestatie in Verrebroek is een opsteker voor de nog altijd maar 22-jarige Seye. “Ik ben in goede doen. Ik probeer nog vorm bij te krijgen richting de komende maand en hoop die door te trekken tot na het Belgisch kampioenschap. De hele ploeg is in goede doen en iedereen benadert of heeft zijn topvorm”, vertelt hij. Woensdag reed Seye ook nog in Ruddervoorde. Zondag begint hij aan een reeks sterker bezette koersen met onder meer de GP Marcel Kint, het Circuit de Wallonie en de Ronde van Limburg.

In de Grote Prijs Marcel Kint weet Seye dat het voor BEAT opboksen wordt tegen de profploegen. “Dat is een sprinterskoers. De grote ploegen willen het ongetwijfeld laten uitdraaien op een massasprint. Ik wacht nog op mijn taak, maar ik zal de koers hard moeten maken, ofwel vanuit de vroege vlucht,  ofwel in de finale. Eerst moeten we kijken hoe iedereen ervoor staat”, aldus de Oost-Vlaming van Bachte-Maria-Leerne, in de buurt van Deinze.

‘Wij hebben totaal geen druk’
Daarna volgen meer koersen waar Seye zich wil tonen. “De Ronde van Limburg, de Midden-Brabant Poort Omloop, Dwars door het Hageland, de Heistse Pijl en de Elfstedenronde zijn meer op mijn maat. Met deze vorm hoop ik daar iets uit de brand te slepen en BEAT op de kaart te zetten. Het doel is ook om mij daar te laten zien.”

Het voordeel voor Seye en BEAT, waar ook de Belgische coureurs Yves Coolen en Daan Hoeyberghs rijden, is dat zij de profkoersen niet hoeven te dragen. “Wij moeten naar de rest kijken en profiteren van wat zij doen. Wij hebben totaal geen druk en kunnen de ProContinentale teams aan. Zij moeten bang voor ons zijn. Dat is ons doel voor de komende maand”, vertelt hij ambitieus. “Je merkt het nog niet tussen de WorldTour-renners, maar in UCI .2-koersen kijken ploegen wel naar ons. Je merkt dat andere teams daar op inspelen. Die waardering is heel mooi.”

Selectie BEAT Cycling Club voor de GP Marcel Kint (26 mei)
flag-be Yves Coolen
flag-be Guillaume Seye
flag-be Daan Hoeyberghs
flag-nl Martijn Budding
flag-nl Luuc Bugter
flag-nl Piotr Havik
flag-gb Adam Lewis

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.