Hoe Boy van Poppel na Gerben Thijssen nu van Arne Marit een topsprinter moet maken
Interview In de zoektocht naar meer glorie heeft Intermarché-Wanty deze winter een drastische beslissing genomen. Performance manager Aike Visbeek stelde voor om het succesvolle duo Boy van Poppel-Gerben Thijssen uit elkaar te halen. Die waren het daarmee oneens. Visbeek hield echter vast aan zijn plan en dat moet dit jaar resulteren in beter resultaten. Voor Thijssen, maar ook voor Arne Marit. Dit weekend is het eerste examen voor Marit. WielerFlits duikt met twee hoofdrolspelers de diepte in.
Bij de Waalse ploeg werken ze met drie sprinttreinen. Het verzamelen van UCI-punten maakt actief deel uit van de tactische keuzes in het programma en tijdens bepaalde wedstrijden. De snelste manier om punten te verzamelen, is nog altijd via een sprinter. Biniam Girmay blijft ook komend seizoen samenwerken met zijn aantrekker Mike Teunissen. De andere twee afmakers van de ploeg zijn Thijssen – die nu Adriaan Helmantel als trainer heeft – en Arne Marit. Die laatste gaat komend seizoen een duo vormen met Van Poppel, terwijl Adrien Petit dat met Thijssen zal doen.
Toen performance manager Aike Visbeek het plan deze winter voorlegde aan de sprintkern, leidde dit tot ontsteltenis en zelfs ergernis bij Thijssen en Van Poppel. “Gerben was het daar écht niet mee eens en ik eigenlijk ook niet”, vertelt de Nederlander. “We hebben daar lang en vaak over gediscussieerd met Aike. Hij bleef echter bij zijn standpunt, ondanks dat wij echt ons best hebben gedaan om dat te veranderen. Maar Aike is de baas. Hij zei op een gegeven moment: ‘Ik heb Boy nu nodig om ook van Arne een topsprinter te maken’. Dat was voor mij een hele eer om te horen.”
Ervaring is onbetaalbaar
Uiteindelijk begreep ook Thijssen die keuze. “Ik heb zo veel van Boy geleerd”, vertelt hij. “Dankzij hem weet ik nu beter hoe finales te rijden, om daarin rustig te blijven en vertrouwen te hebben in mijzelf. Vertrouwen te hebben in zijn lead out, of waar hij me afzette. Boy heeft zo veel ervaring en is op en top prof. Hij legt goed uit waarom we vanaf rechts moeten komen, of juist op links. Negen van de tien keer voltrok de massasprint zich, zoals Boy me dat voor de start zei. Hij keek altijd hoe de wind zou staan in de laatste tweehonderd meter, waar ik dan de deur moest toedoen.”
Allemaal kleine details. “Maar die maakten net wel het verschil waarom ik vorig jaar de zeges kon boeken die ik behaald heb”, stipt Thijssen aan. “Boy en ik analyseerden ook altijd samen op de kamer iedere sprint. Niet alleen die van onszelf, maar ook die van anderen. Vaak kwam het erop neer dat ik me te veel liet doen (aan de kant liet duwen, red.). Meestal komt dat omdat ik niet in topconditie ben, dat ik het wiel toch afgeef. Boy zei me altijd: ‘Als je niet nadenkt, win je’. Dat bleek daarna heel vaak zo te zijn. Op een gegeven moment moet je daar dan vol op vertrouwen.”
Dat laatste is volgens Thijssen de sleutel geweest tot het succes. “Met de kalmte die Boy uitstraalt, liep dat perfect. Ik ben echt een driftkikker. Als ik kwaad ben, kan ik bij wijze van iemand zo van zijn stoel slaan. Zeker na the heat of the moment van een sprint, als we een foutje gemaakt hebben. Maar Boy is dan de rust zelve. Dat werkte voor mij heel goed. Ik vertrouw hem blind. Door de zeges die we boekten, voel je dat je meer respect krijgt van andere renners. Als Boy dan passeerde in het peloton, dat ze wisten: ‘ah, dan komt Gerben ook nog af. We maken plaats’.”
Ceremoniemeester van de sprint
Thijssen vervolgt zijn weg naar de top dit seizoen dus met de Fransman Petit, Marit begint aan diezelfde weg met de 36-jarige Van Poppel. De Nederlander is de spil in diens sprinttrein. “Ieder individu probeer ik zo te coachen, dat we als ploeg het beste resultaat halen”, zet Van Poppel. “Gerben maakte zich bijvoorbeeld heel snel druk. Ik heb hem al heel snel gezegd: ‘focus je alleen maar op het houden van mijn wiel, ik regel de rest’. Zodoende hoefde hij alleen maar te sprinten. Een spurter moet leren om te winnen, niet om zelf in positie te komen. Da’s mijn taak.”
Zodoende zou je Van Poppel bij Intermarché-Wanty kunnen zien als de ceremoniemeester van de sprint. Met één groot verschil: “Het gaat altijd anders dan je denkt. De sleutel tot succes voor Arne ligt straks bij het voorbereid zijn op ieder scenario. Die probeer ik voor iedere sprintkans inzichtelijk te maken. Ik wil dat mijn afmaker weet wat eraan komt. Dat Arne niet hoeft na te denken of foutjes maakt, maar gelijk in actie kan komen. Ik probeer hem daarin een heel grote basis mee te geven, zodat hij kan inspelen op alle scenario’s. Dan kun je alle sprints winnen.”
“Dat leer je door ervaring”, gaat Van Poppel verder. “Dat je ziet wat er gebeurt. Arne heeft veel potentie. Hij is heel enthousiast en wil winnen. Maar soms is het zo dat als je wilt winnen, je te graag wilt winnen. Daardoor maak je juist fouten. Dan nog kun je met geluk en domme kracht zegevieren, maar dat is geen garantie op duurzaam succes. Het eerste werkpunt voor onze trein is om ervoor te zorgen dat Arne zonder zorgen in een goede positie begint aan de massasprint en deze goed kan doortrekken tot aan de finish. Pas daarna kunnen we naar zeges gaan kijken.”
Proefstuk in de Vuelta a España
Van Poppel hoopt van zijn nieuwe project met Marit eenzelfde succesverhaal te maken als dat hij met Thijssen deed. “Kwaliteit kost tijd”, zegt hij. “We moeten eerst veel fouten maken om onszelf te ontwikkelen tot winnaar. Zeker in het begin zal het vaker niet lukken dan wel. Maar je moet daarin vertrouwen blijven houden. Anders ben je al verloren voor de koers begint. Daarom is het ook fijn dat we vaak met dezelfde jongens op pad gaan. Voor Arne en mij zal dit vaak samen zijn met Gijs Van Hoecke. Hij zal in onze trein de positioner zijn, die ons op de juiste plek afzet.”
Met z’n driëen trokken ze al naar de UAE Tour. Dit weekend moeten ze scoren in de GP Criquelion en de GP Monseré. “Het Gerben Thijssen-traject”, lacht Van Poppel. “Deze koersen zijn het belangrijkste voor Arne. Hij moet eerst dit soort wedstrijden winnen, voordat je aan grote koersen kunt denken. Als je elke week voor de zege kan rijden, leer je het meest en herken je het trucje dat het verschil maakt tussen winnen en verliezen. Dat hebben we nodig. Het doel is om deze sprinttrein zo op de rails te krijgen, dat Arne aan het einde van het jaar in de Vuelta a España kan winnen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.