Jens Dekker keert nooit meer terug als profrenner: “Ik ben door een heel donker dal gegaan”
Interview De profcarrière van Jens Dekker is ten einde. Een jaar geleden leek de nu 25-jarige Drent op weg naar een succesvolle comeback in het veldrijden. Medio oktober raakt hij in een depressie, iets dat hij in periodes al zijn gehele leven met zich meedraagt. “Het was zo erg, dat ik vorig jaar op 6 december – de woensdag tussen Boom en Essen – rondreed met concrete zelfmoordgedachtes”, vertelt hij op indrukwekkende wijze aan WielerFlits. Dekker wil met zijn verhaal graag het taboe doorbreken dat er rust op het praten over depressies.
De terugkeer van Dekker in de cross – in 2016 werd hij wereldkampioen bij de junioren – leek veelbelovend vorig jaar. Maar begin december kwam daar een abrupt einde aan. “Vorig jaar speelde er vrij klassiek en vrij simpel een depressie bij mij”, legt Dekker uit. Hij heeft zich in het verleden naar eigen zeggen ‘vaker mentaal niet fit gevoeld’. Alleen ging het precies een jaar geleden goed mis. In zo’n diep en donker dal was de jonge Drent nog nooit beland. Toch herkende hij tijdig de signalen, stopte hij deze niet weg en is hij nu in staat om zijn verhaal te vertellen. Het is niet leuk en fijn om erover te praten, maar Dekker heeft wel het gevoel dat hij het moet doen. Niet voor zichzelf, maar wel om anderen er opener over te laten zijn.
Polsbreuk deed emmer overlopen
Op het moment dat Dekker in februari vorig jaar zijn comeback aankondigde, was hij weer stabiel na met name fysiek ongemak. Hij was wat gaan fietsen en de makkelijkste manier voor hem om dat te doen, was om te gaan trainen. Dat ging zo voortvarend, dat hij het idee kreeg dat hij weer wedstrijden wilde rijden. Negen maanden lang ging dat echt goed. Hij kwam niets groots tegen, behalve een polsbreuk net voor het crossseizoen zou beginnen. “Maar na drie of vier wedstrijden merkte ik dat ik er niet zo veel zin meer in had”, legt Dekker uit. “Ik zat ergens in de camper in Spanje en stapte met tegenzin op de roller om te gaan inrijden. Verder dacht ik er toen niet bij na.”
Dit bericht op Instagram bekijken
Dat gevoel zette zich door toen hij deelnam aan de cross aan het Heerderstrand, een week later dichterbij huis. “Ik voelde het niet helemaal meer. Het is best lastig om uit te leggen hoe een depressie werkt. Dat is voor iedereen ook anders. Het kostte mij enorm veel moeite om mezelf op te laden, om elke keer diep te gaan en risico’s te nemen. Plots wilde het niet meer en toen klapte mijn wereld in elkaar. Bijna twintig jaar lang heb ik mezelf toegewijd aan topsport. Ik merkte ineens: ik wil dit niet meer. Het stopte ook ineens. Het was niet meer mogelijk om wedstrijden te rijden of om überhaupt op de fiets te stappen. Ik dacht op dat moment niet meer helder na.”
Dekker legt uit dat je niet meer wil doorgaan met wat je aan het doen bent, tot plots een klein zinnetje zich ertussen wurmt: “Of dat je niet meer wilt doorgaan met het leven”. Het klinkt keihard, maar het is wel de waarheid. “In de Wereldbeker van Maasmechelen brak ik mijn pols, waardoor ik een tijd op de rollen heb gezeten. Dat was absoluut niet goed voor mijn mentale gezondheid. Ik hervatte de competitie in Boom, op 2 december. Ook daar ging het niet lekker. Ik zat totaal niet goed in de wedstrijd en ik voelde me ook niet goed. Toen dacht ik: ‘ik neem even twee dagen rust, daarna ga ik weer fietsen’. Maar die woensdag op de fiets raakte ik in een soort paniek.”
Zelfmoordgedachten
“Ik kreeg concrete zelfmoordgedachten tijdens die trainingsrit”, windt hij er geen doekjes om. “Ik heb daarna nog een paar keer geprobeerd op de fiets te stappen, zelfs nog de Exact Cross in Essen gereden. Maar daar was ik er totaal niet bij met mijn hoofd. In die wedstrijd werd het me echt duidelijk dat het niet meer zou gaan. En toen kwam ik in een crisis. Als persoon bouw je een bepaalde identiteit op. Bij mij is dat eigenlijk compleet rond het wielrennen gebouwd. Dat heeft mij voor een heel groot deel als persoon gevormd. Ik was een topsporter. Plots was daar het punt dat ik die topsporter en wielrenner niet meer wilde zijn. En dat ik dus ook mezelf niet meer wilde zijn.”
Dit bericht op Instagram bekijken
Dekker komt opnieuw in een donker dal. “Het was zo’n groot deel van mezelf. Voor mijn gevoel bestond ik bij het zijn van wielrenner. Dat hield gewoon ineens op. Ik had anonimiteit nodig. Het heeft echt tot april geduurd voordat ik er weer een beetje bovenop was, al ben ik nog steeds niet helemaal klaar. Ik heb heel veel hulp van buitenaf gehad. Ik heb ook een hele tijd bij het crisisteam van de GGZ gelopen. Daarnaast heb ik geprobeerd om toch dingen te blijven doen, om toch een beetje mens te zijn. Maar dat is heel moeilijk geweest. In die periode heb ik drie maanden lang geen racefiets aangeraakt. Zelfs dat ging niet. Ik was er bang voor. Ik kon er niet mee omgaan.”
Geluk bij een ongeluk voor de Drent kon hij snel bij de GGZ terecht, iets dat in Nederland de laatste jaren niet vanzelfsprekend is. “Ik had het geluk dat ik herkende wat er aan de hand was, op die bewuste woensdag. Die bepaalde gedachten zijn niet heel gezond. Ik heb het ook niet geprobeerd om weg te stoppen. Toen ik thuis kwam en het vertelde, hebben mijn ouders meteen gebeld en werd ik direct doorverwezen naar het crisisteam. Binnen 48 uur zat ik ergens aan tafel. Dat was ook nodig. Gelukkig, want als het minder urgent is moet je gewoonweg langer wachten.”
Denk je aan zelfdoding? Neem dan 24/7 gratis en anoniem contact op met 0800-0113 of chat op 113.nl
Veldrittrainer en leraar
Momenteel gaat het stukken beter met Dekker. Samen met Bodi Del Grosso verzorgt hij coaching en crosstrainingen voor talent in het noorden. In Nederland zijn er zes trainingspunten, waarvan die in Alphen (Noord-Brabant) het bekendste is. “Ik vind het mooi om mensen beter te maken in wat zij leuk vinden en wat ik leuk vind. Mijn kennis en ervaring geef ik graag mee aan de volgende generatie. Ook werk ik twee ochtenden bij het Center for Sports and Education. In feite is dat een middelbare school die gebouwd is rond de jeugdopleiding van voetbalclub PEC Zwolle. De laatste jaren zijn daar veel andere sporten naast voetbal bijgekomen. Ik geef trainingen aan scholieren. Daarnaast gaat er minstens net zo veel aandacht naar de negen renners die ik individueel coach.”
Ondanks dat hij nu trainer is in hetzelfde gebied als de wielrenner Jens Dekker, zijn dat twee verschillende componenten voor hem. “Ik vervul nu op de achtergrond een rol. En ook: ik ben jarenlang heel geobsedeerd bezig geweest om mijn eigen lichaam in orde te houden. Zorgen dat ik op tijd op bed lag, dat ik de juiste maaltijden at. Dat was een heel intensief project. Heel de tijd ben ik bezig met anatomie. Dat is nu weg, maar ook niet helemaal. Ik kan nu best twee uur minder slapen, zonder dat ik dat een drama vind. Maar die automatismen zitten er wel echt in. Naar de McDonald’s ga ik nog heel weinig, al weet ik nu wel dat het niet onmogelijk is om dat te doen.”
De grote uitdaging die Dekker had, was om te ontdekken wat bij hem hoort en wat bij hem als topsporter hoorde. “Het is lastig om te zeggen wanneer ik mezelf weer optimaal zou voelen. Ik denk dat ik nooit meer mezelf kan zijn. Maar ik functioneer. Topsporter zijn is zo’n groot deel van mijn identiteit. Dat komt niet meer terug. Ik ben nu hard bezig om een normale werkweek aan te kunnen. Ik weet überhaupt niet of je ooit volledig kunt herstellen van een depressie. Hoe ik nu terugkijk op de periode van mijn comeback, met hoe ik daaruit ben gekomen? Ik denk dat het voor mezelf noodzakelijk was om het te doen. Voor mijn gevoel had ik toen geen andere optie.”
Taboe doorbreken
“Ik ben namelijk ooit gestopt met dezelfde gezondheidsproblemen”, legt Dekker uit. “Daar hield ik een soort incompleet gevoel aan over. Ik had echt het idee dat er nog veel meer in mijn carrière zat. Ik denk dat dit qua fysiek ook zo is. Ik kon daarom maar niet tegen mezelf zeggen dat ik die comeback niet kon doen. Dan was ik misschien over tien jaar een keer wakker geworden met het idee: ‘wat had er nou eigenlijk ingezeten?’. Die vraag was blijven hangen. Nu heb ik toch wel een vrij goed antwoord op wat er fysiek had ingezeten. Er zijn alleen andere krachten geweest die het voor mij onmogelijk maakten om het fysieke potentieel eruit te halen. Daar berust ik nu wel in.”
Dit bericht op Instagram bekijken
De Drent benadrukt wel dat hij zijn maximale niveau niet gehaald heeft. “Dat kan ook niet als je drie jaar geen cross gereden hebt en er vervolgens acht hebt gedaan, zoals in 2023. Daar had ik echt nog een paar jaar voor nodig gehad. Fysiek had ik ook dit jaar in crossen als Heerderstrand mee kunnen doen om het podium. Ik heb er nu alleen wel vrede mee dat dit niet zo is. Ergens is het een beetje bevrijdend om te weten dat ik mijn talent niet hóef te gebruiken. Dat klinkt wellicht gek. Maar je kunt ergens heel goed in zijn en toch zeggen: ‘ik doe het niet’. Ik kan er nu ook over praten, omdat ik momenteel wel in een vrij veilige positie zit. Dit levert mij geen problemen op.”
Dekker hoopt met zijn verhaal vooral anderen te helpen. “Ik wil dit bespreekbaar maken. Er zijn meer mensen die met depressies te maken hebben. Maar zij praten er waarschijnlijk niet over, want dat is niet zo makkelijk. Ik zou toch een beetje het taboe eraf willen halen. Ik vind dat we depressies meer mogen uitleggen, als dat kan natuurlijk. Als je er middenin zit, is dat heel moeilijk. Daarom is het belangrijk dat wanneer je het wél kunt zoals ik nu, dat je het dan doet. Ik hecht er waarde aan dat dit mogelijk is. Als het mezelf niet in de weg zit, vind ik het bijna verplicht om erover te praten.”
Denk je aan zelfdoding? Neem dan 24/7 gratis en anoniem contact op met 0800-0113 of chat op 113.nl
Om te reageren moet je ingelogd zijn.