Jonas Vingegaard werd na val in Parijs-Nice niet gecontroleerd op hersenschudding: “Vind dat raar”
Jonas Vingegaard liep bij een valpartij in Parijs-Nice een hersenschudding op, maar dit werd tijdens de wedstrijd niet gecontroleerd door de ronde-arts. Dat vertelde de Deen tijdens een digitaal persmoment aan onder meer de NOS. “Misschien moet het protocol aangepast worden”, geeft Vingegaard aan.
Sinds 2021 heeft de UCI een protocol als er sprake of vermoeden is van een hersenschudding. Renners moeten dan eerst beoordeeld worden op een mogelijke hersenschudding, als bijvoorbeeld hun helm kapot is of als ze echt zwaar ten val zijn gekomen, alvorens ze verder mogen koersen. Meerdere internationale experts hebben ruim één jaar gewerkt aan het opstellen van een protocol.
Bij Vingegaard is echter nooit gecontroleerd of hij een hersenschudding had na zijn val in de vijfde etappe van Parijs-Nice. Bij de val brak de renner van Visma | Lease a Bike zijn bril en liep hij een flinke hoofdwond op. Toch reed de ronderenner nog bijna 100 kilometer door. Een dag later verscheen de tweevoudig Tourwinnaar niet meer aan de start van de zesde rit.
“Misschien moet het protocol aangepast worden”
“Ik vind het raar hoe dat ging”, kijkt Vingegaard hier nu op terug. “Het hielp denk ik niet dat de dokter niet direct bij me was na mijn valpartij, maar later ben ik er al fietsend op eigen initiatief naartoe gegaan. Toen zijn er geen tests uitgevoerd voor een hersenschudding. Misschien moet het protocol aangepast worden zodat elke sporter met hoofdwonden deze tests ondergaat.”
Vingegaard had in de dagen na zijn valpartij erg veel last van zijn hersenschudding. “De eerste drie à vier dagen moest ik steeds anderhalf uur slapen als ik een uurtje wakker was geweest. Die eerste periode was erg zwaar. Ik moest echt mijn rust pakken.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.