Nico Dick

• vrijdag 15 april 2022 om 12:18

Interview Voor aanvang van het seizoen hoopte Lotte Kopecky op winst in één klassieker, maar intussen heeft ze zowel al de Strade Bianche als de Ronde van Vlaanderen op haar erelijst. Natuurlijk staat ook Parijs-Roubaix op haar verlanglijstje. “Maar dat hoeft niet dit jaar te zijn”, zegt ze. “Als ik iets terug kan doen voor mijn ploeggenotes, dan doe ik dat graag.”

Kopecky kan op een ontspannen manier naar deze tweede vrouweneditie van Parijs-Roubaix toeleven. “Als ik een situatie kom dat ik de koers kan winnen, dan zal ik die kans zeker niet laten liggen. Op een dag wil ik Parijs-Roubaix aan mijn palmares toevoegen, maar dat hoeft niet dit jaar te zijn. Door mijn winst in de Ronde van Vlaanderen en de Strade Bianche is de druk weg. Ik heb uiteraard nog doelen dit jaar, maar alles wat er nu nog bij komt is extra. Dat is een heel fijn gevoel.”

De Belgische kampioene wordt door velen opnieuw als topfavoriete beschouwd, maar dat deert haar niet. “Dat was in de aanloop naar de Ronde  nog meer het geval. Ik voel nu amper druk. Ik heb daar ook een andere kijk op gekregen. Vroeger was ik soms te gespannen en verloor ik daarmee te veel energie. Dit jaar leefde ik voor het eerst zo ontspannen naar de Ronde toe, met succes.”

“Heb droomkoers al gewonnen”
Kopecky komt ook nog een keer terug op haar transfer naar SD Worx. “Er was wat scepticisme vooraf. Of ik wel mijn eigen kans zou krijgen. Ik heb toen altijd aangegeven dat ik er geen probleem mee had om niet meer de enige kopvrouw te zijn. Ik wist dat het geven en nemen zou worden. Maar als ik daardoor één klassieker kon winnen, wie ligt er dan wakker van dat je andere wedstrijden in dienst moet rijden? Mede dankzij deze transfer heb ik ondertussen mijn absolute droomkoers gewonnen. Wat de zege nóg meer glans geeft, is dat het echt ook een zege van de ploeg was.”

Dat de sfeer in de ploeg haar verraste, geeft ze mee. “We zijn nog maar vier maanden ploeggenoten. Om dan zo voor elkaar door het vuur te willen gaan zoals het team voor mij deed in de Ronde, vind ik bijzonder. Als ik de kans krijg om zaterdag in Parijs-Roubaix iets terug te doen, dan doe ik dat met plezier.”

Lotte Kopecky en Chantal Blaak tijdens verkenning Ronde van Vlaanderen – foto: Raymond Kerckhoffs

“Dat ik niet meer de enige kopvrouw ben, heeft me ook bevrijd. Als je eens een mindere dag hebt, is dat minder erg. Als je ploeggenoten hebt die het ook kunnen afmaken, draai je de knop om en rijd je in dienst. Maar zoals een voormalige wereldkampioene als Chantal van den Broek-Blaak zich in de Ronde dubbel plooide voor mij, dat is indrukwekkend. Het klikte al goed, maar zo’n actie zorgt ervoor dat je nog beter overeenkomt en elkaar ook de zege gunt.”

Blijven rijden
Nog volgens Kopecky wordt Parijs-Roubaix zaterdag een zware wedstrijd. “Het ziet ernaar uit dat de wind op de kop zal staan. Het zal nerveus koersen worden richting de eerste kasseistrook. En dan begint een afvallingskoers. Vermoedelijk zullen veel ploegen proberen om in de vroege vlucht al sterke rensters te hebben. Vorig jaar zagen we met Lizzie Deignan dat het mogelijk was, al was toen sprake van schuine rugwind.”

“Parijs-Roubaix is een koers waar het tempo er nooit uitgaat”, besluit de winnares van de recentste Ronde van Vlaanderen. “Continu is er een gevecht voor de beste plaatsen richting de kasseistroken. Als je dan nog zijwind krijgt, is het helemaal verschrikkelijk en kun je je niet wegsteken. Deze koers is voor rensters die blijven rijden en mentaal sterk zijn. In Paris-Roubaix mag je gewoon nooit opgeven. Ook al rijd je lek of val je, je weet nooit met welke pech ze voorin te maken krijgen.”