Merijn Zeeman: “Jumbo-Visma wil bijdrage leveren aan talentontwikkeling in Nederland”
Merijn Zeeman bespreekt met talent Amund Grøndahl Jansen trainingsresultaten - foto: Cor Vos
zaterdag 5 januari 2019 om 18:15

Merijn Zeeman: “Jumbo-Visma wil bijdrage leveren aan talentontwikkeling in Nederland”

Jumbo-Visma kende in 2018 zonder twijfel het beste seizoen in jaren. Architect van het sportieve beleid bij de Nederlandse ploeg is Merijn Zeeman. Aan de hand van negen thema’s bespreekt de 40-jarige Noord-Hollander met WielerFlits de toekomstplannen van zijn team. Vandaag deel twee van het interview, waarin onder meer de opleidingsploeg en het budget langskomen.

Jonas Vingegaard

“Grischa Niermann is binnen onze ploeg intensief met scouten bezig. Hij heeft heel veel contact met de Scandinavische teams. Wij werden door hem getipt over Jonas Vingegaard, bijvoorbeeld. We volgen een aantal Deense jongens en we hadden interesse in een andere renner, Mikkel Frøhlich Honoré (die nu voor Deceuninck-Quick-Step rijdt, red.). Zijn Deense ploegleider (van Virtu, red.) tipte ons toen dat er nog een betere Deense belofte was, maar dat die jongen heel lang geblesseerd was geweest. Vandaar dat hij nog niet was opgevallen.

We mogen nog geen wonderen verwachten van Vingegaard – foto: Giro Valle d’Aosta 2018

Vervolgens werd Jonas (net 22 jaar oud, red.) derde op het KOM’metje van de Col de Rates in Alicante, Spanje. We zijn hem toen gaan volgen en hebben hem naar Nederland gehaald voor een test. We hebben daarna gekeken wat voor persoonlijkheid hij is. Zo kwamen we erachter dat hij tot voor kort nog op de visafslag werkte. Dat betekende iedere morgen om 05.00 uur opstaan, iedere dag werken en daarna nog fietsen. Daar zit ruimte voor verbetering in, maar het zegt ook iets over zijn mentaliteit en over zijn persoonlijkheid.

Het belangrijkste is dat je zijn belasting nog kunt opvoeren om te ontdekken waartoe zijn mogelijkheden leiden. Hij werkte écht een heel goede test af. En dat zien we nu al terug. Maar Jonas is nog heel jong. De komende jaren gaan we nog niet heel veel van hem horen, denk ik. Hij heeft echt tijd nodig. Alleen alle testen die we tot nu toe met hem deden, tonen wel één zaak aan: er ligt een heel grote motor in die jongen. Nu is het voor ons de zaak om hem zo goed mogelijk te begeleiden, zodat hij volledig tot wasdom komt.”


Talentontwikkeling

“Antwan Tolhoek gaat meer kansen voor zichzelf krijgen. Hij gaat naar de Giro, maar daar rijdt hij 100% in dienst van Primož Roglič. Maar over het jaar heen, heeft Antwan meerdere wedstrijden waarin hij geel is. Een vrije rol dus. Dat begint al met de Ronde van Catalonië, maar het is wel afhankelijk van koerssituaties, natuurlijk. Steven is daar namelijk de kopman. Pakt hij daar de leiding, dan zal de rol van Antwan veranderen. Maar over het gehele seizoen bekeken, ziet Antwan in zijn planning dat hij op veel momenten ruimte gaat krijgen.

Powless krijgt kansen en mag zich eind 2019 opmaken voor de Vuelta – foto: Cor Vos

Voor Sepp Kuss geldt hetzelfde verhaal, maar ook onze nieuwe Deense renner Vingegaard ziet dat er kansen voor hem zijn. Dan is er ook nog Neilson Powless, die we als het andere heel grote talent van onze ploeg beschouwen. Hij krijgt eveneens mogelijkheden. En eigenlijk geldt dit ook voor Pascal Eenkhoorn. Deze namen zijn in het kader van talentontwikkeling onze grootste speerpunten. Laurens De Plus reken ik daar niet bij. Hij staat namelijk verder dan deze jongens en staat al een treetje hoger binnen het team.”


Opleidingstraject

“We hebben een plan. Het ideaalbeeld is dat wij met Jumbo-Visma een bijdrage leveren aan talentontwikkeling in Nederland. Dat betekent kinderen op de fiets krijgen, clubs ondersteunen en vervolgens de grootste talenten in het development team te krijgen. Dat is het plan. In hoeverre we dat gaan uitvoeren en óf we het kunnen uitvoeren, zo ver zijn we nog niet. Misschien moeten we daarbij ook de hulp van andere partijen inschakelen. Met het feit dat we minimaal vijf jaar vooruit kunnen, kunnen we aan die ambities werken.

We moeten ons ervan bewust zijn dat er nieuwe aanwas nodig is. Dat is voor de Nederlandse wielersport heel belangrijk. Het zou goed zijn als er meer kinderen gaan fietsen en een licentie nemen. Het is ook belangrijk dat de clubs hun hoofd boven water kunnen houden, want dat is natuurlijk écht de bakermat van de Nederlandse wielersport. Die clubs hebben het niet gemakkelijk. Voor hen is het écht lastig om geld te vinden en om überhaupt kinderen goed te kunnen begeleiden. Daar moet wel wat gebeuren, denk ik.

Jumbo-Visma wil bijdragen aan de volgende Sam Oomen en Mathieu van der Poel – foto: Cor Vos

Wat betreft een U23-wielerploeg ben ik niet bang dat we in dezelfde vijver vissen als SEG Racing Academy. Of ze nu uiteindelijk via hen of via ons de stap naar de profs maken, dat maakt niet uit. Je moet het veel breder zien. Wij gaan ook nog altijd renners van andere formaties aantrekken. En die van onze opleidingsploeg kunnen ook net zo goed bij een ander team tekenen. Maar het werk van SEG – en ook Metec-TKH en Vlasman, bijvoorbeeld – is fantastisch. Zij spannen zich allemaal in om de jongens zo goed mogelijk te helpen en te begeleiden.

Maar wat daarachter en daaronder zit, die renners komen nooit in de publiciteit en daar weet niemand iets van. Die staan nooit in de krant, die staan af en toe op WielerFlits. Maar daar moet de nieuwe aanwas uiteindelijk wel vandaan komen. Dat is een veel belangrijker aspect van het plan, dan alleen een opleidingsploeg an sich. Hoe dat er precies gaat uitzien, gaan we in de komende maanden uitwerken. Hopelijk kunnen we eind 2019 het plan concreet uitrollen, zodat we volgend jaar aan dat nieuwe project kunnen beginnen.”


Budget

“Ik weet niet met hoeveel procent het huidige budget omhoog is gegaan. Wat ik wel weet: de allerbelangrijkste kwaliteit die wij nu hebben, zijn de langlopende contracten. En ja, het budget is verhoogd. Maar we staan zeker niet bij de eerste tien ploegen in de WorldTour, budgettair gezien. Wat dat betreft moeten we ook realistisch blijven. We zijn heel blij, begrijp me niet verkeerd, maar we moeten ook niet te hoog van de toren gaan blazen. We draaien op geld uit het bedrijfsleven. Er staan geen suikerooms achter ons.

Dat er nu renners van naam zijn binnengehaald en de ambities hoger zijn, komt omdat we daarvoor hard gewerkt hebben. Dat komt niet uit de lucht vallen. Wij werken met een plan. Dat proberen we breed gedragen te doen, met heel de ploeg. Dat is een heel belangrijk aspect van dit team. We willen iedereen aangehaakt en betrokken houden. Verzorgers, mecaniciens, kantoormedewerkers, renners, iedereen is daarin mee. Natuurlijk, de stemming verandert. Daar zijn we heel blij om. Dat komt door het uitvoeren van beleid.

Jumbo-Visma hoopt de komende jaren door te stoten naar de top – foto: Bram Berkien

Het seizoen 2015 was natuurlijk dramatisch. In alle aspecten was het toen gewoon niet goed. Daarna hebben we alles op de schop gegooid en hebben we een nieuw beleid opgesteld. In 2016 hebben we ons vervolgens afgevraagd wat er voor nodig is om uit te groeien tot een topteam. Daar hebben we een heel grondige analyse van gemaakt en hebben we heel kritisch naar onszelf gekeken. Ik heb heel veel plezier beleefd aan dat proces. Het kostte heel veel energie, maar we hebben toen wel een stip aan de horizon gezet.”


Lees hier het eerste deel van het interview met Merijn Zeeman

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.