Nederland hoopt op vroege ontbranding EK: “We hebben geen baat bij een gecontroleerde koers”
foto: Koos Moerenhout (2020)
Youri IJnsen
vrijdag 10 september 2021 om 08:00

Nederland hoopt op vroege ontbranding EK: “We hebben geen baat bij een gecontroleerde koers”

“Het was een ideaal parcours geweest voor Mathieu van der Poel en die is hier voor ons niet te vervangen”. Het zijn de woorden van bondscoach Koos Moerenhout voorafgaand aan het EK wielrennen op de weg in Trente. Nederland heeft niet de gedoodverfde favoriet in huis, maar de bondscoach ziet wel kansen. In gesprek met WielerFlits legt hij uit hoe én waarom dit EK ook belangrijk is met het oog op het WK over twee weken.

De nieuwe edtie van RIDE Magazine is nu verkrijgbaar! Onze nieuwe 188 pagina’s dikke voorjaars-editie staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky, Demi Vollering, Sepp Kuss en Matej Mohoric. Verzeker je van jouw exemplaar en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

De wegrit gaat over een ander parcours dan de tijdrit. Hoe lastig is het?
“Het is typisch zo’n parcours, en dat is gelijk weer een dooddoener… (lacht) De renners maken de koers. Het rondje is lastig, maar tegelijkertijd biedt het veel opties. Een complete massasprint zullen we hier niet krijgen, maar het kan best dat twintig of dertig man naar de streep gaan. De mannen rijden eerst een lus van ruim 73 kilometer ten westen van Trento, met daarin het nodige klimwerk. Niet ondoenbaar, maar het weegt wel door. Maar net als bij de tijdrit speelt ook de afstand hier een rol. Het is veel korter dan het WK, bijvoorbeeld.

Omdat het 180 kilometer zijn, zijn er meer frisse mannen in de finale dan na 265 kilometer. Dat geeft een andere dynamiek aan de koers. De mindere klimmers hebben toch meer kans om hier te overleven dan op een WK. De Povo is weliswaar drie kilometer lang, maar het is wel echt een loper. De mannen doen ‘em acht keer en dat gaat ook wegen. Maar de toppers zullen elkaar daar niet heel makkelijk lossen. Daarna volgt een heel snelle rechttoe, rechtaan afdaling. Beneden in de stad is het draaien en keren. Positionering is hier heel belangrijk.

Een beslissing kan overal plaatsvinden. Er is geen vast ijkpunt waarvan ik zeg: daar gaat het gebeuren. Ik denk wel vooral aan het technisch deel voor de doorkomst en finishlijn. In de afdaling ligt de snelheid heel hoog. Als dan onderin het tempo terugvalt, dan liggen daar zeker kansen. Het zou goed kunnen dat we de beslissing pas in de laatste drie kilometer te zien krijgen. Ik moet wel zeggen dat de ronde niet makkelijk te controleren is, zeker met deze teams. Door de kortere wedstrijd verwacht ik open, attractieve en flitsende koers.”

Wij hebben niet meteen de gedoodverfde topfavoriet in huis. Hoe kunnen we het EK winnen?
“Wij staan hier aan de start met aanvallers en we zijn er daarom niet bij gebaat dat er tot twintig kilometer voor de finish niet gekoerst is. Voor ons is het ideaal als de koers vroeg openbreekt en dat de sterke ploegen al een aantal renners hebben opgerookt voor de finale. Daardoor is er minder controle mogelijk en ontstaat er daardoor meer ruimte. Wij missen hier een echte snelle man. We moeten dus een gesloten koers zien te voorkomen.”

Wat voor type renner gaat hier winnen? Is de klim zwaar genoeg voor de klimmers om het verschil te maken?
“De Italianen staan in ieder geval met een heel sterke ploeg aan de start. Zij zullen het gewicht van de koers moeten dragen. Met vooral Sonny Colbrelli en ook Matteo Trentin, hebben ze twee grote favorieten in huis. Je moet ook denken aan iemand als Peter Sagan, maar ook aan Tadej Pogačar. Hij zal zich hier niet naar de slachtbank laten leiden. Het is alleen wel ideaal voor sterke sprinters die deze klim kunnen overleven, aanvallend iets kunnen bieden en ook de snelle benen hebben. Het was perfect voor Van der Poel geweest, maar ik denk ook voor Mike Teunissen. Die zou hier ook goed tot z’n recht zijn gekomen.”

Iemand die er ook niet bij is, is Dylan van Baarle. Hij is vervangen door Jan Maas. Ook Wout Poels had oren naar dit EK. Waarom is hij niet opgeroepen?
“Wout is een heel goede renner, laat dat vooropstaan. Het is altijd een optie om zijn deelname te overwegen voor een kampioenschap met wat klimwerk erin. Alleen dit klimwerk is niet van dien aard dat het op het lijf van Wout is geschreven. Met alle respect, laat dat duidelijk zijn. Neem nu iemand als Pogačar, dat is ook een geweldige klimmer. Maar hij is ook een stuk explosiever en dat maakt hier wel het verschil.”

Wout Poels aan het werk voor zijn kopman Jack Haig – foto: Cor Vos

Je wilt hier ook een aantal mannen van dichtbij aan het werk zien voor het WK. Weten die mannen dat en wie zijn dat voor onze beeldvorming?
“Neem bijvoorbeeld Ide Schelling. Hij heeft na de Tour de France zijn goede vorm doorgetrokken, onder andere in de Tour of Norway. Hij werd echter wat ziek voor de Bretagne Classic in Plouay, hij viel daar ook nog eens. Daarom is het interessant om te zien of hij dat heeft kunnen verwerken en waar hij nu staat. Zo kan ik de fitheid ervaren. Voor het WK kijk ik ook nog naar Sebastian Langeveld. Dat zijn twee verschillende coureurs en het is ook niet zo dat ze tegenover elkaar staan op papier. Beiden zouden een andere rol toebedeeld krijgen, mits geselecteerd.

Voor mij is dat belangrijk, omdat ik de renners zelden bij elkaar heb. Ik zit natuurlijk ook nog met wat vraagtekens rondom Mathieu van der Poel en Dylan van Baarle. Die waren allebei zekerheidjes. Natuurlijk had ik liever eerder mijn selectie bekendgemaakt. Maar aangezien de situatie nu zo is, kan ik ook net zo goed wachten tot na het weekend. Dan heb ik de meest recente info van iedereen, ook van de renners die hier voor Nederland rijden.”

Wat betreft dat WK: hoeveel plekken moet jij nog invullen?
“Dat zijn er nog maar een paar. Maar dat hangt af van de puzzel die ik kan leggen. Is Mathieu van der Poel wel of niet fit genoeg? Of hij wel of niet meedoet, dat is nogal een verschil. Ook in de tactiek. Een directe vervanger voor hem is er niet. Zonder hem moet Nederland anders koersen. Dat geldt ook als Dylan van Baarle er wel of niet is, wel op een ander vlak. Hij rijdt al heel het jaar op een heel hoog niveau. Hij is normaal ook een zekerheid in de finale. Mocht hij niet kunnen rijden, dan verandert onze tactiek ook. Maar misschien ook hoe ik de rest van de selectie dan wel invul.”

Komend weekend rijdt Van der Poel de Antwerp Port Classic. Zeker met zijn rugprobleem een heel intensieve koers met al die offroad-stroken. Een goede test. Maar is iemand met zo’n blessure in twee weken tijd nog klaar te stomen voor een rol als topfavoriet?
“Dat is een moeilijke. Wat ik heel belangrijk vind: het moet medisch gezien verantwoord zijn. Het moet niet zo zijn dat Mathieu in allerijl dat WK wil halen en dat hij daarna opnieuw problemen gaat krijgen, of dat we zijn rugblessure verergeren. Dat mag nooit de bedoeling zijn. Of hij in twee weken klaar te stomen is, vind ik heel lastig inschatten. Het is niet zo dat Mathieu stil heeft gezeten. Hij heeft wel gefietst, al is dat ook weer anders dan trainen. Het is echt afwachten tot zondag om te zien hoe dat uitpakt en om te bekijken wat hij nog mist. Hij zal daar een heel goede indicatie krijgen, medisch voor zijn rug en ook conditioneel. Dan is het afwegen wat voor werk er nog te doen is en daarna of dat ook nog haalbaar is.”

Tot wanneer stel je de beslissing uit om je selectie definitief te maken?
“Ik wil de selectie volgende week wel rond maken. Dat wordt ook wel tijd. Zonder daar nu een keiharde deadline op te plakken, wacht ik eerst Mathieu’s ervaringen van zondag af. Daarna kunnen we duidelijk inschatten hoe de zaken er concreet voor staan. Hij zal een stap vol vertrouwen richting het WK moeten maken komende zondag, dat is helder.”

Van der Poel tijdens het WK 2019 – foto: Cor Vos

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.