Parijs-Nice: Roglic wint op lastige aankomst in Biot, Teuns vierde
Primož Roglič heeft zijn tweede etappezege in Parijs-Nice te pakken. Op de lastige aankomst in Biot, die voor veel sprinters te zwaar bleek, was de Sloveen sterker dan Christophe Laporte en Michael Matthews. Dylan Teuns eindigde op de vierde plaats.
In Parijs-Nice is 12 maart onlosmakelijk verbonden met voormalig wielerprof Andrej Kivilev. Op die datum, nu alweer achttien jaar geleden, overleed de Kazach van Cofidis namelijk aan de gevolgen van een harde val, een dag eerder in de etappe naar Saint-Étienne. Het ongeval was voor de UCI de aanleiding om uiteindelijk een helmplicht in te voeren in het peloton. Terug naar 2021. Na een lange verplaatsing ging de Koers naar de zon verder in Brignoles. In deze zesde rit moesten de renners vijf beklimmingen over voordat aankomstplaats Biot werd bereikt.
Cavagna en Trentin vroeg in de aanval
Vier renners kwamen niet meer aan de start. Arkéa Samsic, de ploeg van Warren Barguil, moest verder zonder Maxime Bouet en Anthony Delaplace, bij BikeExchange stapte Amund Grøndahl Jansen niet meer op en Alpecin-Fenix verloor Louis Vervaeke. Na dertien kilometer zorgden Rémi Cavagna en Matteo Trentin voor de eerste serieuze aanval. Het sterke koppel reed enige tijd tien, vijftien seconden voor het grote pak uit, maar na 32 kilometer zag eerst Trentin en drie kilometer later ook Cavagna in dat de ontsnappingspoging heilloos was.
Op de eerste klim van de dag, de Côte des Tuillières na 50 kilometer, werd een nieuwe kopgroep gevormd. Anthony Perez verstevigde daar zijn koppositie in het bergklassement en reed samen met Victor Campenaerts, Kenny Elissonde, Alexey Lutsenko, Jonathan Hivert en Julien El Fares verder. Elissonde was het best geklasseerd van het stel; na vijf dagen stond de Franse renner 31e, op 2:24 minuten van leider Primož Roglič. Op de tweede klim, de Côte de Mont Méaulx, hadden de vluchters al bijna drie minuten te pakken.
Na twee uur koers kwam de nummer drie in het klassement, Brandon McNulty, hard ten val. De Amerikaan kon niet verder en moest de strijd staken. Daniel Arroyave, Miles Scotson, Kaden Groves en Dries van Gestel moesten onderweg eveneens opgeven. Vooraan werkte de kopgroep goed samen en op de Côte de Cabris en de Col du Ferrier breidden de zes vluchters hun voorsprong uit naar vier minuten. Daarmee was de maximale marge bereikt, want vervolgens schakelde het peloton op en konden de seconden worden weggestreept.
De eerste vluchters haken af
Perez was op alle beklimmingen steeds als eerste over de top gekomen en loste, met nog zestig kilometer te gaan, als eerste uit de kopgroep. Net voor de eerste tussensprint, op 56,9 kilometer van de streep, haakte ook El Fares af. Het verschil bedroeg toen ook nog maar twee minuten. Na de laatste klim, de Côte de Gourdon, sloeg een lekke band Lutsenko weg en naderde het peloton de overgebleven vluchters Campenaerts, Elissonde en Hivert tot op minder dan een minuut.
Elissonde vond het op het klimmetje naar de laatste tussensprint in Roquefort-les-Pins niet snel genoeg gaan en reed weg bij Campenaerts en Hivert. Wilde de Fransman winnen, dan moest hij op zijn eentje nog twintig kilometer overbruggen. Daarachter bepaalde Jumbo-Visma het tempo, terwijl ook de sprintersploegen opschoven. Op veertien kilometer van de aankomst sprong Jonas Rutsch in zijn eentje naar Elissonde toe. De neoprof van EF Education-Nippo won twee jaar terug nog Gent-Wevelgem voor beloften.
Elissonde – 1,69 meter – sprak zijn laatste krachten aan achter de rug van de boomlange Rutsch (1,97 meter), die de voorsprong weer wat wist op te rekken. Toch was het geen eerlijke strijd met de ploegen van de sprinters, die eerst Elissonde en in de slotkilometer ook Rutsch oppeuzelden. De laatste kilometer bleek te zwaar voor de echte sprinters, als Nacer Bouhanni en Sam Bennett. Guillaume Martin trok de eindspurt aan voor Christophe Laporte, maar de snelle man van Cofidis was niet opgewassen tegen Roglič die zijn tweede overwinning binnensleepte.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.