Pascal Ackermann zal volgend seizoen dan toch niet zijn debuut maken in de Tour de France, zo heeft BORA-hansgrohe-teammanager Ralph Denk laten weten in gesprek met Cyclingnews. “We hebben een duidelijk plan met Pascal en de aankomende Tour is niet ideaal voor sprinters”, zo vertelt de Duitser.

De 25-jarige Ackermann was dit seizoen al erg succesvol in de Giro d’Italia, door twee etappes en de paarse puntentrui te winnen. De aalvlugge Duitser zal ook in 2020 aan de start staan van de Italiaanse ronde, maar Ackermann maakt volgend seizoen ook zijn debuut in de Vuelta a España.

“Ik denk dat hij twee grote rondes moet rijden om nóg beter te worden”, aldus Denk. “Er bestaat geen twijfel dat hij in 2021 klaar zal zijn voor de Tour.” Ackermann zal in de komende Ronde van Italië zoals bekend het gezelschap krijgen van Peter Sagan. Voor de drievoudig wereldkampioen zal het zijn debuut worden in de Italiaanse ronde.

Sagan en de Olympische Spelen  
Maar Sagan zal door BORA-hansgrohe ook worden uitgespeeld als sprintkopman in de Ronde van Frankrijk. Het belooft kortom een pittig seizoen te worden voor de 29-jarige Slowaak. “Mijn seizoen zal ook eindigen na de Tour en de Olympische Spelen”, zo vertelt Sagan op de ploegenpresentatie in het Duitse Kolbermoor. “Het zullen zes zware maanden worden.”

Sagan begint het nieuwe seizoen in Argentinië met de Vuelta a San Juan. “En vervolgens ga ik op hoogtestage, neem ik deel aan de klassiekers, ga ik weer op trainingskamp en sta ik aan de start van de Giro. Na de Italiaanse ronde is het weer tijd voor een trainingskamp, allemaal met het oog op de Tour de France”, aldus Sagan, die zich stiekem toch ook richt op Tokio.

De alleskunner liet in een eerder interview nog weten niet te denken aan de Olympische Spelen. “Het parcours in Tokio ligt me niet”, zo was zijn eerste reactie. Nu klinkt Sagan echter een stuk optimistischer. “Het is een behoorlijk zwaar parcours, maar je weet nooit hoe de koers zal verlopen. Ik wil het zeker proberen.”