Petr Vakoč maakt deze dagen zijn rentree in het profpeloton tijdens de Vuelta a San Juan. De Tsjech van Deceuninck-Quick Step beschouwt de dag van het ongeluk als een tweede verjaardag. “Voor mij was het pure happiness”, vertelt de renner aan Het Nieuwsblad.

Vakoč kreeg vorige week al veel berichten en steunbetuigingen, toen de aanrijding exact een jaar geleden was. “Ik was eigenlijk helemaal niet in een rouwstemming. Voor de buitenwereld klinkt het wellicht raar, maar het voorbije jaar was voor mij echt… leuk. Eenmaal mijn revalidatie echt gestart was, heb ik genoten van elk moment. Ik wist gewoon dat ik zou terugkeren”, zegt de 26-jarige coureur.

Het ongeval gebeurde op 25 januari 2018, waarbij drie renners van de toenmalige Quick-Step Floors-ploeg zich rot schrokken van een vrachtwagen die de fietsers niet had gezien. Laurens de Plus en Vakoč waren er het ergst aan toe, Bob Jungels kwam met de schrik vrij. Dat Jungels later dat jaar Luik-Bastenaken-Luik won, deed Vakoč kijkend naar de televisie veel. “Toen Laurens en ik daar in het ziekenhuis lagen, is hij in zijn eentje moeten blijven trainen. Dat moet mentaal zeer zwaar geweest zijn, maar daardoor hebben we nu een vriendschapsband voor het leven.”

Zijn ploeg is altijd in Vakoč blijven geloven en verlengde ondanks alles zijn contract. In de eerste twee etappes van de Vuelta a San Juan reed de voormalig winnaar van de Brabantse Pijl al meerdere malen op kop van het peloton. “De contractverlenging was een prachtig gebaar. Dan is op kop rijden in een kleine wedstrijd bij veertig graden maar een kleintje om terug te geven.”

De laatste jaren was de Tsjech gefocust op het behalen van resultaten. “Mijn grote doelen, daar draaide het om: egoïsme. Dat is nu veranderd”, legt Vakoč uit. “Ik kan de kleine dingen des levens meer appreciëren. Toen ik in het ziekenhuis van Praag belandde, zag ik daar slachtoffers van veel zwaardere ongelukken liggen. Zij lagen al maanden op bed, terwijl ik de enige was die al mocht proberen te lopen. Zij zullen die kans misschien nooit meer krijgen.”

Toch is de renner ambitieus, vertelt hij tegen Het Laatste Nieuws. “De wattages die ik trap zijn vergelijkbaar met die van twee jaar geleden, wat me doet vermoeden dat ik op termijn opnieuw mijn oude niveau moet kunnen halen.”