Remco Evenepoel voelt zich winnaar van onbeslist duel tegen Tadej Pogacar
Opinie Nog nooit hadden ze in een eendagswedstrijd rechtstreeks in een close call de degens gekruist. In het eerste klassieke man-tegen-man gevecht tussen Tadej Pogacar en Remco Evenepoel zorgt outsider Mattias Skjelmose voor een onbesliste uitslag in de tweestrijd. In de Amstel Gold Race wordt duidelijk dat zelfs de allergrootsten van deze generatie mensen van vlees en bloed zijn die hun grenzen kennen.
Twee jaar geleden keek de hele wielerwereld uit naar hét duel in Luik-Bastenaken-Luik. Voor het eerst op hun favoriete klassieke terrein zouden Pogacar en Evenepoel elkaar tegen komen. Totdat Pogacar al na 88 kilometer ten val komt en meerdere breuken in zijn hand en pols oploopt. Een jaar later mist de Belg vervolgens de voorjaarsklassiekers door zijn zware val in het Baskenland. Op het WK in Zürich staan beide hoogvliegers wel aan de start, maar zorgt Pogacar met een aanval op 101 kilometer van de streep dat het nooit een strijd wordt. En in Lombardije heeft Evenepoel ook helemaal geen antwoord op de vroege aanval van de drievoudig Tour-winnaar.
Ook in de Amstel Gold Race dreigt Het Duel er weer niet te komen wanneer Evenepoel net voor het ingaan van de laatste honderd kilometer betrokken is bij een massale valpartij. Met schade aan zijn elleboog wordt hij lang tot achtervolgen gedwongen. Zelfs op het moment dat Pogacar reageert op een aanval van Julian Alaphilippe zit de tweevoudig olympische kampioen nog niet goed gepositioneerd en moet hij nog bijkomen van zijn eerdere inhaalrace.
Op de Eyserbosweg is het verschil al gegroeid naar dertig seconden en lijkt Pogacar bezig aan alweer een lange solo. Zoals hij dat in Lombardije, Luik, Strade Bianche, de Amstel, het WK in Zürich – ja, in zoveel wedstrijden al heeft geflikt. ‘Pogi’ is de beste renner van deze generatie. Iemand die geregeld met kop en schouders boven de rest van het peloton uitsteekt. Maar ditmaal, vecht hij in het Zuid-Limburgse heuvelland tegen de wind, tegen de kuitenbijters, tegen zichzelf en vooral tegen Remco Evenepoel.

foto: Cor Vos
Na de Keutenberg reageert Evenepoel op een uitval van Skjelmose. Eenmaal bij de Deen neemt de tweevoudig olympisch kampioen de kop over en kruipt hij in zijn aerodynamische houding. De tijdrijder in hem staat op. Het wordt een secondespel tussen Pogacar en Evenepoel met Skjelmose vooral in het wiel van de Belg. Een seconden winst, twee secondes verlies. Totdat de Belg op de voorlaatste keer Cauberg vijftien seconden terug pakt. Met de volle tegenwind op het plateau van Berg en Terblijt weet Pogacar dat hij dit niet gaat redden en wacht op de twee.
Zwarte sneeuw
We zien een grimas op het gezicht van Pogacar. Superman blijkt toch kwetsbaar te zijn. Iets dat we de laatste jaren weinig hebben gezien. Zijn inzinking op de Col de la Loze in de Tour van 2023 en vorig jaar ook zijn nederlaag in de Tour-rit naar Le Lorian tegen Jonas Vingegaard. De wereldkampioen ziet in de heuvelzone rond Valkenburg af. Al benadrukt hij op de persconferentie dat hij zeven dagen eerder op de stenen van Le Nord nog meer ‘zwarte sneeuw’ heeft gezien.
Op de persconferentie oppert Pogacar, zonder het hardop te zeggen, dat Parijs-Roubaix misschien toch nog in zijn benen zit. Dat hij deze inspanning nodig heeft en nu twee dagen kan relaxen om straks vanaf Waalse Pijl op te bouwen naar Luik-Bastenaken-Luik. Het Monument in de Ardennen waar hij zijn zinnen op heeft gezet.
Maar toch, het is duidelijk een tikje. Wie voorbij de finish de teleurstelling in zijn ogen leest om zijn sprintnederlaag tegen de sterke Skjelmose ziet de geboren winnaar in hem. Verliezen doet hem pijn. Ook al heb je alles al gewonnen, dan nog geven tweede plekken een sportieve rouwstemming.

foto: Cor Vos
Het is duidelijk dat Evenepoel zich zonder bloemen toch de winnaar van deze eerste tweestrijd voelt. “Zonder die val, ik denk dat ik gewoon had kunnen winnen”, neemt Evenepoel geen blad voor zijn mond op de persconferentie. Hij wijst dat hij Pogacar toch heeft weten te achterhalen. Hij geeft als voorbeeld de tijdwinst die hij boekt op de voorlaatste klim van de Cauberg op de Sloveen. En dan de sprint: “Daar maak ik de fout door vijftig meter te vroeg aan te zetten. Anders…”
Bravoure
Het is mooi dat Evenepoel tussen Maastricht en Valkenburg zijn bravoure weer terug heeft gevonden. Op 3 december kwam hij nog zwaar ten val bij een trainingsongeval waar hij tegen een openzwaaiende deur van een auto aan reed. Het 24-jarige goudhaantje brak een rib een liep breuken in zijn rechterschouderblad en rechterhand op.
Zeven maanden was hij uit competitie om vervolgens afgelopen vrijdag in de Brabantse Pijl direct de winst op te eisen. En in de Amstel Gold Race moet hij genoegen nemen met plaats drie. “Maar, wel met de wetenschap dat ik klaar ben voor de Ardennenklassiekers en dat mijn eerste Amstel Gold Race heeft aangetoond dat ik hier in de toekomst voor de winst kan gaan.”
Evenepoel heeft weer gesproken. Niet alleen met zijn benen, maar zeker ook weer met zijn zelfverzekerde woorden.
