Video Dat het Zwitserse Tudor stevig aan het nieuwe wielerjaar wilde beginnen met haar nieuwe kopmannen Marc Hirschi en Julian Alaphilippe, dat wisten we al. Van Rick Pluimers (24) hadden we niet meteen een overwinning verwacht, maar toch schoot hij in de Muscat Classic (1.1) in Oman direct raak. Normaliter functioneert de Nederlander vooral in de rol van wegkapitein en lead-out voor Arvid de Kleijn, en als het van hemzelf afhangt, zal hij die taken zeker blijven combineren.

In Oman geen Arvid de Kleijn, en dus was er voor Pluimers een opening om eens af te tasten waar zijn eigen grenzen liggen. “Dat is toch anders. Bij Arvid moet ik zorgen dat ik hem tot in de laatste kilometer breng, nou moet je het tot de finish doortrekken. Dat maakt wel degelijk een verschil. Afgelopen jaar heb ik een paar keer de kans gehad om voor eigen resultaten te gaan, en daar leer je toch veel van. Vooral om niet bang te zijn en op de juiste momenten aan te gaan. Vandaag liet ik al zien dat ik wel durfde aan te gaan.”

Moet je daarvoor mentaal een bepaalde switch maken?
“Dat was zeker het geval. Naast lead-out is mijn eerste rol bij de ploeg ook wegkapitein. Op dagen zoals vandaag is dat iemand anders, namelijk onze Luxemburger Luc Wirtgen. Dan moet ik nog leren om extra op mezelf te focussen, terwijl je dat als wegkapitein meer op anderen doet. Ik moet dan het vertrouwen tonen in Luc, maar het is sowieso heel gaaf om de hele ploeg op zo’n dag achter je te krijgen.”

Is het dan een verrassing dat het bij je eerste poging meteen lukt?
“Een beetje wel. Ik had er wel op gehoopt, en ik wist ook wel dat zo’n aankomst van zo’n koers me zou kunnen liggen. Maar om het dan ook echt te doen, is toch iets anders. Het vertrouwen was wel groot bij mezelf en ook bij de ploeg. Dan is het supermooi om het af te maken. En leuk om het seizoen zo te beginnen.”

Wat doet dat met je zelfvertrouwen?
“Natuurlijk geeft deze zege me extra veel vertrouwen. Je denkt zelf altijd dat het kan. En deze eerste overwinning pakken gaat me alleen maar helpen richting de volgende koersen. De semiklassiekers in België vind ik het leukste om te doen. Vorig jaar was ik al sterk in de Super 8 Classic en Wallonië. Dat soort koersen liggen me goed, en dit voorjaar wachten er ook een paar mooie kansen om dat opnieuw te laten zien.”

Pluimers leeft helemaal op – foto: Cor Vos

Vind je het niet af en toe gek dat je überhaupt die ambities kan uitspreken? Een paar jaar geleden moest je nog weg bij de opleidingsploeg van Visma | Lease a Bike.
“Het is allemaal best snel gegaan. Ik heb bij het toenmalige Jumbo-Visma een heel goede tijd gehad, maar op dat moment was er geen plek voor mij in de ploeg. Tudor kwam toen al vroeg met een aanbod. Met het plan dat ze hadden en de ambities voor mij persoonlijk, waren ze een perfecte match.”

“Dat is de afgelopen jaren ook gebleken. We hebben als ploeg laten zien dat we hard aan het groeien zijn en mee kunnen doen met de beste ploegen ter wereld. Ook op het hoogste niveau. Als je ziet wat voor jongens we erbij hebben gehaald deze winter en hoe we koersen en hoe we onze overwinningen pakken, dan rijd ik bij een goed team waar ik grote stappen kan zetten.”

Dan heb je het over Julian Alaphilippe en Marc Hirschi. Wat hebben zij in de ploeg teweeggebracht?
“We hebben met die twee écht twee kopmannen die op het hoogste niveau een zekerheid zijn om mee te doen in de finales. Voor mij is dat gewoon iets om van te leren en in mee te groeien. Van zulke mannen kan je alleen maar veel opsteken. Dat is voor mij dus alleen maar positief. Ook onze ambitie om naar de Tour te gaan, zal met hen wel gemakkelijker worden. Maar het blijft wel de Tour. Ik hoop dat we daar als ploeg kunnen starten en we kunnen laten zien wat voor ploeg we zijn.”

Koester je ook zelf die Tourdroom?
“In de toekomst wel, maar we moeten eerst zien hoe het voor de rest gaat. Het zou mooi zijn om voor de eerste keer een grote ronde te doen dit jaar, maar de tijd zal het uitwijzen of dat lukt.”

Tot slot: wat verandert deze zege aan je rol in de ploeg? Wil je nu vaker voor jezelf sprinten?
“Ik denk dat de echte massasprints net iets te veel zouden zijn voor mij. Daar hebben we met Arvid en Alberto Dainese al twee goede mannen voor. Ik vind het leuker om in dit soort koersen voor mezelf te gaan. Maar ook in die massasprints lead out te zijn, blijft een grote passie. Dat kan ik bij Tudor prima combineren, maar het is sowieso goed voor de ploeg om te weten dat ik het zelf kan afwerken.”