Roger De Vlaeminck (deel II): “Van Aert moet op de Poggio ‘gewoon’ Van der Poel volgen”
foto: Nico Dick
Nico Dick
zaterdag 20 maart 2021 om 10:45

Roger De Vlaeminck (deel II): “Van Aert moet op de Poggio ‘gewoon’ Van der Poel volgen”

Interview Met zes eindzeges in Tirreno-Adriatico en drie overwinningen in Milaan-San Remo was Roger De Vlaeminck in de jaren zeventig een van de toonaangevende figuren in deze fase van het seizoen. WielerFlits trok op visite naar Kaprijke voor een uitgebreid interview met de voormalige kampioen. Gisteren las u deel één. In dit tweede deel blikt De Vlaeminck vooruit op de Primavera.

De nieuwe edtie van RIDE Magazine is nu verkrijgbaar! Onze nieuwe 188 pagina’s dikke voorjaars-editie staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky, Demi Vollering, Sepp Kuss en Matej Mohoric. Verzeker je van jouw exemplaar en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

In het journaal op Eén wordt een korte samenvatting van Nokere Koerse getoond. Roger wijst naar het scherm. “Heb je gekeken? Ludovic Robeet, vent. Ik kende hem niet. Ik ben soms teveel gefocust op de toppers, hé. Maar knap hoe hij daar iedereen afhoudt. Mooie zege voor die ploeg (Bingoal-Wallonie Bruxelles, red.).”

Het gesprek kabbelt voort. Het is ondertussen bijna acht uur. Onze vragen worden af en toe onderbroken als De Vlaeminck zich weer een anekdote herinnert. De ene al sappiger dan de andere. Het wordt half negen. Roger zet opnieuw koffie en blijft gepassioneerd verder vertellen. Soms stuitert het gesprek alle kanten op, een andere keer laat hij zich afleiden door een beeld op tv. Maar De Vlaeminck ademt koers, daar bestaat geen twijfel over.

Tussen twee anekdotes door troont hij ons – met mondmasker! – mee naar de living. Veel koers zie je er niet, maar er staan toch een paar relikwieën op de kast. “Kijk, deze beker is van mijn derde zege in Milaan-San Remo. Ik heb jammer genoeg niet zo veel trofeeën of truien meer. Ik heb in de loop der jaren veel te veel weggegeven.”

Zaterdag Milaan-San Remo, Roger. Een hoogdag voor jou?
“Natuurlijk. Een klassieker die je drie keer gewonnen hebt, daar blijf je elk jaar weer naar uitkijken. Ik koerste zelf zeer graag in Italië. Niet dat ik daar rapper reed dan ergens anders, maar ik werd er wel op handen gedragen. Het was in ’72, na drie jaar Flandria, dat ik voor het eerst in Italiaanse loondienst reed.”

“Patrick Sercu heeft me toen bij Dreher (sponsor, Italiaans bierproducent, red.) binnengeloodst. Hij reed daar al een jaar en vroeg me op een dag of ik niet een keer wilde meevliegen naar Italië om over een transfer te spreken. Al tijdens het eerste gesprek kwam het tot een deal. Nog een jaar later verhuisden we samen naar Brooklyn. Het gevolg was wel dat ik veel koersen in Italië reed. Ik denk dat ik zeventig keer per jaar in de vlieger zat.”

Was het ook liefde op het eerste gezicht met Milaan-San Remo?
“Bij mijn eerste deelname, in ’70, werd ik meteen tweede. Eddy (Merckx, red.) reed weg op de Poggio. Ik gaf mij niet meteen gewonnen en wilde er in de afdaling proberen naartoe te rijden. Maar op de top van de Poggio zat ik achter Raymond Poulidor en ik geraakte hem niet rap genoeg voorbij.”

“Maar laat ons eerlijk zijn, de tactiek in die keren dat Eddy Merckx meedeed, was eenvoudig. Het was geen kwestie van aan te vallen op de Poggio, het was kwestie van proberen te volgen. Op Eddy zijn wiel rijden, het moment afwachten dat hij aanzette en zien dat je mee was. En als dat lukte, kon je hem proberen te kloppen in de sprint. Zo ging dat in die tijd.”

Ongetwijfeld vervult de Poggio ook in deze editie zijn taak als scherprechter…
“Ze gaan met drie wegrijden, hé, Van der Poel, Van Aert en Alaphilippe. Daar moet je zelfs niet aan twijfelen. En op de Via Roma gaan ze sprinten voor de eerste plaats.”

Zo overtuigd?
“Van der Poel demarreert als eerste. Tussen anderhalve kilometer en een kilometer van de top heb je een steiler stukje van tweehonderd meter. Hij zal het ondertussen wel kennen. Ideaal om zich te lanceren. Daar moet Van Aert opletten. Tot dan moet hij trouwens niets doen. Uit de wind blijven, niet op kop rijden. En op de Poggio meegaan met Van der Poel.”

“Nee, Van Aert moet zelf niet demarreren. In Van der Poel zijn wiel blijven. En als hij versnelt, hem geen dertig meter geven, maar zo snel mogelijk reageren, want met zijn explosiviteit neemt Mathieu onmiddellijk een paar fietslengtes. En eenmaal over de Poggio moeten ze samenwerken. Al dan niet met Alaphilippe er nog bij. En sprinten.”

Dat klinkt gemakkelijk…
“Ja, maar ’t is rapper gezegd dan gedaan. Ik heb het Van Aert drie, vier jaar geleden al gezegd. Hij moet meer op het wiel zitten en minder op kop rijden. En hij moet niet bang zijn om te sprinten tegen Van der Poel. Hij mag alleen niet meer zo lang wachten als in de Ronde van Vlaanderen, want Mathieu zijn eerste meters zijn verschrikkelijk.”

Je noemt alleen die drie toppers? Maakt de rest geen kans?
(zucht) “Die drie zijn van een andere categorie, toch? Als ze hun verstand gebruiken, rijden ze altijd samen weg. En kunnen ze mekaar ook nergens lossen. Van der Poel en Van Aert hebben mekaar zo sterk gemaakt in de cross. Ze hebben elkaar explosiever gemaakt, niet normaal. Dat in combinatie met hun talent, uiteraard.”

Als Philippe Gilbert wint, wordt hij na Eddy Merckx, Rik Van Looy en jezelf de vierde renner die de vijf monumenten wint.
“Ik gun het hem. Maar normaal heeft die jongen geen schijn van kans meer, hé. Hij kan er die drie nooit afrijden en in de sprint kan hij ze ook niet kloppen. Het is de wet van de sterkste. Gilbert is intussen ook 38. Wat moet hij doen? Ergens proberen wegrijden? Maar waar? Nee…”

Eddy Merckx en Roger de Vlaeminck, zij aan zij – foto: Cor Vos

Maar stel dat het hem wel lukt, Roger… Eddy Merckx, Rik Van Looy en Roger De Vlaeminck. Hoort Gilbert in dat rijtje thuis?
“Als hij Milaan-San Remo zou winnen? Natuurlijk. Phil is een goede coureur, toch? En als je de vijf monumenten wint, bewijst dat dat je veelzijdig genoeg bent en hoor je in dat rijtje thuis wat mij betreft. Op termijn komen Van Aert en Van der Poel daar trouwens bij. Als zij willen, hé. En een paar keer de moeite doen om alle monumenten te rijden.”

Tot slot de vraag waar het voorbije half jaar de hele wielerwereld zich al heeft over gebogen. Moet Van Aert voor winst in een grote ronde gaan?
“Nee! Hij moet ritten winnen. En voor de groene trui gaan in de Tour. Dat is het maximum. En binnen een paar jaar, als hij zich goed voelt en de omstandigheden ideaal zijn, kan hij eens een poging doen om te zien waar hij strandt. Maar voor mij moet het niet.”

Voor de fans: hieronder nog een aantal foto’s van Roger De Vlaeminck in Italiaanse wedstrijden. De beelden maken deel uit van het archief van Mark Van Hamme.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.