Rozetruidrager Juan Pedro López, een allemansvriend met een bikkelharde mentaliteit
foto: Cor Vos
Youri IJnsen
zaterdag 21 mei 2022 om 07:00

Rozetruidrager Juan Pedro López, een allemansvriend met een bikkelharde mentaliteit

Special Sinds de aankomst op de Etna in de vierde etappe, is Juan Pedro López de trotste eigenaar van de roze leiderstrui in de Giro d’Italia 2022. De 24-jarige Spanjaard geldt als een onbeschreven blad, maar er blijkt genoeg over de klimmer te vertellen zijn. WielerFlits legde haar oor te luister bij Steven de Jongh (ploegleider Trek-Segafredo), Koen de Kort (Team Support manager Trek-Segafredo) en Kevin Inkelaar (vriend en voormalig ploeggenoot).

Geluk vinden in het geluk van een ander
In 2018 reed Polartec-Kometa voor het eerst op een Continental-licentie. López was een van de renners die daarvan onderdeel ging uitmaken. Kevin Inkelaar was nieuw dat jaar, toen hij overkwam van Lotto Soudal U23. Als klimmers reden ze vaak samen. “Dat jaar heb ik hem leren kennen, we konden het vrijwel meteen uitstekend met elkaar vinden. JuanPe is nu een goede vriend van me, dat kan ik wel zeggen. Hij is een goede jongen, altijd vrolijk. Het mooie aan hem is dat het een echte teamplayer is. Hij vindt het geluk in het geluk van een ander. Als ik destijds ergens een rit won, was hij net zo blij met dat resultaat als dat ik dat zelf was.”

Nadat López de leiderstrui veroverd had, was de jonge Spanjaard zichtbaar geraakt. “Ik vond het mooi om te zien hoe emotioneel je hem nu zag. Dat is wie Juan Pedro is. In 2019 maakte ik de overstap van Polartec-Kometa naar het toen nieuwe Groupama-FDJ U23. Ik won dat jaar een rit in de Giro Valle d’Aosta U23. Ondanks dat we geen ploeggenoten meer waren, reageerde JuanPe toen ook zo. Hij zocht me meteen op, hij omhelsde me; hij was oprecht blij voor mij. Dat is echt iets dat hem kenmerkt, vind ik. Buiten dat hij dus een echt goede wielrenner is, is López ook een heel goed, warm persoon. Een echte familiejongen.”

Uiteraard feliciteerde Inkelaar – die sinds dit jaar uitkomt voor het Luxemburgse Leopard – zijn oud-ploeggenoot meteen met het roze. “Ondanks zijn status als prof, is JuanPe niets veranderd. Voetjes op de grond, hard werken, beleefd. Hij zal ook altijd vragen hoe het met je ouders is, of je goed in je vel zit, dat soort dingen. Wat ook wel leuk is: als je hem een appje stuurt, krijg je meestal een spraakberichtje terug. Nog vaker belt hij eventjes, meestal via FaceTime”, lacht Inkelaar. “López is superspontaan. Hij reageerde nu ook meteen nadat ik hem feliciteerde. Hij geniet er echt van. Door wie hij is, gun je JuanPe dit ook echt enorm.”

López die meedeelt in Inkelaars vreugd – foto: Giro Valle d’Aosta 2019

Uitgroeien tot klassementsrenner
Ook Steven de Jongh leerde López kennen via de Fundación Alberto Contador. De ploegleider zag hem in het voorjaar van 2015 al aan het werk, toen alle ploegen van Contadors ploeg werden voorgesteld. De Jongh was daar op uitnodiging van de voormalig Spaanse toprenner, met wie hij jarenlang samenwerkte bij Tinkoff en daarna ook bij zijn huidige ploeg Trek-Segafredo. “In 2019 werd hij uiteindelijk ook stagiair bij ons. López viel gelijk heel goed in de groep. Hij praatte Engels en hij deed heel erg goed zijn best om ook in die taal te communiceren. Niet evident, want de meeste Spanjaarden doen dat niet.”

“Als renner heeft hij vooral een aanvallend karakter”, gaat De Jongh verder over de jonge klimmer. “In 2020 reed hij als eerstejaars prof meteen de Vuelta a España en daar zat hij dikwijls mee in de ontsnapping. Hij reed toen alleen nog niet echt verstandig, dat heeft hij echt moeten leren. Afgelopen jaar reed hij opnieuw de Vuelta, dit keer in dienst van Giulio Ciccone. Dat deed Juan Pedro heel goed. Toen Ciccone in de zestiende rit uitviel, kon López zelf nog naar een dertiende plek in het eindklassement rijden. Dat is voor ons als ploeg ook leuk, als je een jonge renner erbij neemt en je ziet hem dan vervolgens zo gestaag groeien.”

Naast zijn attractieve koersstijl en zijn warme persoonlijkheid, toont López ook karakter. Daarvoor gaat De Jongh terug naar het Critérium du Dauphiné van 2020. “In de tweede rit finishten we op de Col de Porte. Hij viel toen heel hard aan de voet van de slotklim. Zijn arm zag er echt niet goed uit. Juan Pedro kon zijn stuur niet meer vasthouden, hij kon niets. Alleen hij wilde wel finishen.”

“‘Mocht het gebroken zijn, dan kunnen we dan altijd nog naar huis. Maar is het niet gebroken, dan kan ik misschien morgen nog starten’. Die jongen reed dus door. Kwamen we na de rit in het ziekenhuis: geen twijfel over mogelijk, die arm was heel duidelijk gebroken. Net dat is ook tekenend voor Juan Pedro: het is geen opgever.”

Volgens De Jongh zat er in de Ronde van het Baskenland (elfde) zelfs een top-10-plek voor López in. “Hij bevestigde daar voor ons wel zijn Vuelta van vorig jaar. Bij ons in de ploeg zien we hem als een renner die voor ons in de toekomst voor klassementen kan gaan in de grote rondes. Hij krijgt daarvoor ook alle ruimte. Sterker: we hebben er al voorzichtig over gesproken om hem dit jaar in de Vuelta voor een klassement te laten gaan. Maar wat hij nu laat zien in de Giro, laat zien wat wij al wisten: Juan Pedro is een goede renner die altijd een degelijk niveau haalt in de bergen. Hij is heel constant en hij kent weinig slechte dagen.”

Steven de Jongh – foto: Cor Vos

De Jongh vertelt dat de rol van López in deze ronde was om zelf voor etappezeges te gaan en Ciccone en Mattias Skjelmose te ondersteunen in hun klassementsambities. “Hij is dan meegegaan in de ontsnapping naar de Etna, waarin hij met de roze trui een heel groot cadeau heeft gekregen. Voor hem is dat een hele mooie ervaring met het oog op de toekomst, wat voor druk daarbij komt kijken. Voor onze Italiaanse sponsor Segafredo is het natuurlijk ook mooi dat we het roze dragen. We gaan die trui ook niet zomaar weggeven. De klassementsploegen zullen daar ook blij mee zijn, dat ze het nog niet hoeven te verdedigen.”

‘Met JuanPe is het nooit saai’
Wie goed opgelet heeft, leerde López hier op deze site al kennen via de serie ‘Op rapport bij Koen de Kort’ tijdens de Vuelta van 2020. Intussen is De Kort prof-af, maar als Team Support manager werkt hij nog altijd bij Trek-Segafredo. Hij heeft nog altijd goed contact met López.

JuanPe is een heel enthousiaste, sociale jongen, die heel erg positief is ingesteld. Ook naar het personeel toe, iedereen houdt van die jongen. Een echte allemansvriend. Hij kan ook niet rustig zitten. López is altijd met van alles bezig, hij kent ook iedereen, hij heeft veel vrienden. Ook in de koers wil hij er dus altijd invliegen. Rustig aandoen, dat kent hij niet.”

Een werkpuntje, volgens De Kort. “In het begin is dat ook een beetje een probleem geweest. Ik denk dat hij al veel meer mooie uitslagen had kunnen rijden als hij iets behoudender had gekoerst. Maar inmiddels heeft hij het niveau dat die aanvalsdrang juist in zijn voordeel spreekt, want daarmee veroverde hij het roze. Al baalt hij wel van het mislopen van die ritzege. Want die had hij eigenlijk moeten winnen.”

“Normaal is Lennard Kämna sneller, maar JuanPe zat wel op het wiel. Daarom rijdt hij er in die laatste bocht ook tegenaan. Daarnaast speelde López het goed, want Kämna moest naar hem toe rijden. Dan ben je in het voordeel in het sprintje. Maar die kans heeft hij niet gehad, dat frustreert hem.”

Koen de Kort – foto: Joris Knapen

Dat zal ’s avonds aan tafel wel zijn weggeëbd, vermoedt De Kort. “Het is echt een gezelligheidsdier. Hij zit ook altijd veel met zijn telefoon om contact te onderhouden met zijn vrienden. Er is nooit een saai moment als JuanPe erbij is. Daarom is het hem ook zo gegund. Hij vraagt altijd om advies, hij reageert altijd vrijwel direct op berichten. Een echte spring-in-‘t-veld.”

“López is ook echt een sportliefhebber. Hij is een enorm fan van de voetbalclub Betis Sevilla, waar hij ook regelmatig shirtjes van draagt. Daarnaast is JuanPe goede vrienden met MotoGP-coureur Aleix Espargaró. Die motorcoureurs fietsen ook allemaal, alle Spanjaarden uit die sport kennen Juan Pedro ook. Hij is fanatiek volger van de MotoGP.”

Net als De Jongh, vindt ook De Kort dat hij mogelijkheden heeft als klassementsrenner. “Daarvoor zal hij nog wel moeten werken aan zijn tijdrit. Maar door zijn aanvallende karakter, is hij in de bergen in staat om mooie dingen te laten zien. Ritzeges horen daarbij. Alleen die dertiende plek in de Vuelta van vorig jaar – waar hij tweederde van de ronde gewoon voor de ploeg moest werken – laat zien dat hij ook voor een klassement kan gaan. Een top-10 behoort tot de mogelijkheden, zelfs deze Giro al. Ik denk dat hij daartoe in staat is. Het zou me niet verbazen als hij op een bepaald punt veel tijd verliest, maar dat hij weer terug kan komen door in ontsnappingen mee te zitten.”

Nam het peloton dan geen risico om hem mee te laten zitten in die rit naar de Etna? João Almeida kwam in 2020 ook vroeg in de ronde in het roze te rijden. De Portugees kreeg destijds vleugels en capituleerde pas in de laatste ritten. “Als hij nu acht of tien minuten voorsprong in het klassement had gehad, dan hadden ze een probleem gehad”, denkt De Kort.

“Maar nu is de achterstand van de klassementsmannen te overzien. Maar als we het over Almeida hebben: die vind ik nog niet echt super overtuigend tot nu toe. Zoals López er nu voor staat, zal hij zo lang mogelijk proberen om aan te haken. Wie weet komt het wit dan in zijn vizier. Als je ergens voor kunt vechten, kun je vast iets extra’s. Maar ik denk vooral dat JuanPe nog gebrand is op een ritzege, ondanks dat zijn Giro nu al geslaagd is.”

Met gangmaker López is het nooit saai – foto: Cor Vos

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.