Robert Gesink blijkt toch last te hebben van een gebroken sleutelbeen na zijn valpartij in de derde etappe van de Tour de France. De ervaren klimmer van Jumbo-Visma gaat vandaag in Amersfoort onder het mes. “De Ronde van Spanje is het volgende doel, daar ga ik naartoe werken”, laat hij weten aan het Algemeen Dagblad.

Voor Gesink zit de Tour de France er al na twee en een halve dag op. De 35-jarige renner van Jumbo-Visma kwam vroeg in de derde etappe ten val omdat hij de gevallen Geraint Thomas niet kon ontwijken. Jumbo-Visma liet eerst weten dat Gesink bij de valpartij het gewricht tussen het sleutelbeen en het schouderblad heeft ontwricht, maar de Nederlander blijkt nu ook last te hebben van een breuk in zijn sleutelbeen.

De routinier liep twee jaar geleden op vrijwel dezelfde plek een breuk op, na een valpartij in Luik-Bastenaken-Luik. “De boel is toen met een plaatje weer vastgezet. Nu zit er aan het einde van dat plaatje een breuk”, aldus Gesink. “Die gaat er dus uit en er komt waarschijnlijk iets anders in. Ik verwacht dat het herstel vrij snel zal gaan. Verder heb ik qua pijn nergens echt last van.”

“Het is waardeloos”
“Maar het is wel gebroken, dus ik kan niet verder fietsen. Het is waardeloos dat het in één keer afgelopen is, nadat ik zoveel maanden met toewijding en opgaves op andere gebieden naar dit doel heb toegewerkt. Het kost een paar dagen om dat te verwerken, maar dan ga ik weer door. De Ronde van Spanje is het volgende doel, daar ga ik naartoe werken.”

Gesink beschrijft in gesprek met het AD ook nog even de valpartij. “Thomas rolde languit over de breedte van de weg, als een soort keeper die in z’n goal ligt. Zijn fiets lag links, hij rechts. Ik kon nergens heen. Ik probeerde nog over hem heen te springen, maar dat lukte niet. Ik ging over de kop en brak daarbij het laatste puntje van mijn sleutelbeen af.” Thomas heeft zich inmiddels geëxcuseerd bij Gesink.