Tom Dumoulin: “Deze Giro is voor mij ook spannend”
foto: Cor Vos
Kerckhoffs Raymond
woensdag 4 mei 2022 om 07:50

Tom Dumoulin: “Deze Giro is voor mij ook spannend”

Interview Vrijdag start Tom Dumoulin voor de vijfde keer in zijn loopbaan in de Giro d’Italia. Op de Trofeo Senza Fine staat zijn naam bij het jaar 2017 gegraveerd. Het is inmiddels alweer vijf jaar geleden dat de Limburger op de slotdag in Milaan alsnog de roze trui wist te veroveren. In zijn geliefde Ronde van Italië hoopt hij na enkele jaren, waarin diverse problemen hem van optimaal presteren afhielden, zijn talent voor het grote rondewerk terug te vinden.

Zijn aanloop naar deze Giro d’Italia verliep verre van vlekkeloos. Had hij op zijn hoogtestage in januari het gevoel dat de topvorm er weer was, door een rugblessure kon hij in de UAE Tour die goede benen niet verzilveren.

In de aanloop naar Strade Bianche werd hij geveld door een Corona-besmetting, waarvan hij later in de Ronde van Catalonië nog niet helemaal hersteld was. Uiteindelijk moest hij in de Spaanse ronde dan ook de strijd staken. WielerFlits sprak met Dumoulin net voordat hij op hoogtestage naar Tenerife ging voor zijn laatste voorbereiding op de Giro d’Italia. Een stage waar Dumoulin volgens sportief manager Merijn Zeeman van Jumbo-Visma een goed gevoel aan overhield.

Je hebt je uitgestippelde schema naar deze Giro d’Italia niet kunnen volgen. Is dat een groot nadeel?
“Ik heb niet het gevoel dat ik daardoor achterstand heb opgelopen. Nee, ik maak me niet zoveel zorgen. Voor het gevoel was het beter geweest wanneer ik een gewoon voorjaar had gereden waarin ik alle koersen had gedaan en een paar uitslagen had neergezet. Dat goede mentale gevoel neem je dan ook mee naar de Giro. Dan zit je toch wel wat lekkerder in je vel.”

“Qua fysieke voorbereiding had ik het liever ook anders gezien. Mijn resultaten uit het verleden sterken me wel in de gedachte dat het goed komt. Ik ben wel vaker na blessures zonder een ideale voorbereiding goed aan een grote ronde begonnen.”

“Denk aan de Vuelta a España in 2015 die ik bijna won. Als je dan ziet hoe weinig koersdagen ik toen in de vier maanden in de aanloop naar die ronde had (14 koersdagen, red.). En daar kwam nog mijn val in de Tour bovenop. Ik was in die Vuelta al meteen op dag één goed, terwijl ik door die schouderbladbreuk ook ruim een week heel weinig heb kunnen doen.”

Tom Dumoulin tijdens de Volta Limburg Classic – foto: Raymond Kerckhoffs

In 2018 had je net als nu ook maar elf koersdagen richting de Giro d’Italia. In dat jaar won je op de eerste dag meteen de tijdrit in Jeruzalem.
“Toen liep het in het voorjaar eigenlijk net zo slecht als nu. Dat is het jaar dat ik met mijn fiets heb gesmeten in de Abu Dhabi Tour en na vier dagen ben afgestapt in de Tirreno-Adriatico.”

Glimlachend: “Wat dat betreft lijkt het er zelfs op dat ik een aanloop met problemen nodig heb.”

Toch is die situatie anders, want in die jaren presteerde je op het allerhoogste niveau. Nu heb je de afgelopen jaren nauwelijks gekoerst.
“Ik heb geen idee of dat een verschil maakt. Dat kan ik pas na de Giro d’Italia vertellen.”

In 2018 was je de titelverdediger in de Giro. Toen ging je toch met een heel ander gevoel van start in de Giro dan nu.
“Ja natuurlijk. Ondanks dat ik dat jaar ook enige twijfels had, wist ik dat mijn laatste fantastische benen van een paar maanden eerder waren. Het seizoen 2017 was immers het beste jaar dat ik tot dusver heb gekend. Natuurlijk is de situatie nu anders. Ik ben over mijn laatste jaren niet helemaal tevreden. Dat maakt het anders. Ga ik dan twijfelen of ik nog in mijn beste vorm aan de start van de Giro kan staan? Nee! Ik weet dat dit fysiek en mentaal gezien kan lukken met de tijd die ik tussen de Corona-besmetting en de Giro-start nog heb.”

Het je dan de afgelopen maanden niet getwijfeld?
“Nee, over de Giro niet.”

Ook niet over je aanloopperiode naar de Giro. Je had bijvoorbeeld de Amstel Gold Race kunnen overslaan om eerder naar Tenerife te gaan?
“Nee. Ik heb wel gevraagd om de Volta Limburg Classic toe te voegen aan mijn programma omdat ik Strade Bianche miste. Dat is de enige wijziging geweest.”

Dumoulin met Jos van Emden – foto: Cor Vos

Wat weet je van het parcours van deze Giro d’Italia?
“Heel weinig. Maar ik heb me vooraf nooit zo in het etappeschema van een grote ronde verdiept. Ik weet meestal alleen hoeveel tijdritten er zijn. Nu weet ik natuurlijk wel dat de eerste drie ritten in Hongarije zijn. We verplaatsen dan naar Sicilië en krijgen in de vierde rit meteen de beklimming van de Etna. De slotrit is dan weer een tijdrit. Maar meer informatie wil ik nu ook niet hebben. Ik wil nu niet dag-in-dag-uit met het schema van de Giro bezig zijn.”

Begin je daar dan tijdens je hoogtestage op Tenerife over te denken?
“Dat begint bij mij pas tijdens de koers. Mijn voorbereiding wordt toch niet bepaald door hoe het schema van een grote ronde eruitziet. Ik weet waar ik aan moet werken. Aan mijn tijdritten moet ik altijd aandacht besteden, maar ik moet vooral zorgen dat ik met een goed gewicht en goede klimbenen aan de start sta.”

Ga je dan niet eens kijken welke bergen er in het schema hebben gezeten en in welke plaatsen je al bent geweest?
“Nee, dat doe ik niet.”

Hoe gaat de wisselwerking met Tobias Foss zijn?
“In de aanloop naar de hoogtestage hebben we niet zoveel contact gehad, maar op Tenerife zit je natuurlijk drie weken samen. Ik heb het altijd goed met Tobias kunnen vinden, dus dat gaat goed komen.”

Hoe kijk jij inmiddels naar je concurrenten in de Giro. Jouw beste prestaties in grote rondes waren tegen tegenstanders als Chris Froome, Geraint Thomas en o.a. Vincenzo Nibali. Nu staat er toch een nieuwe generatie waarvan je bijvoorbeeld Richard Carapaz in de Giro tegenkomt.
“Ik heb heel weinig vergelijkingsmateriaal tegenover die nieuwe mannen. Ik heb maar één grote ronde in de laatste drie à vier jaar gereden. Inmiddels weet ik echter al vrij goed wat ik moet doen om een goed klassement te rijden. Uiteindelijk komt het op je eigen benen aan. Ik kan wel druk bezig zijn met wat heeft Carapaz de laatste jaren allemaal gepresteerd en wat kan ik daar tegenoverstellen. Wat heeft dat voor zin?”

“Jullie journalisten kijken volgens mij heel anders naar zo’n Giro dan ik. Ik probeer mij gewoon zo goed mogelijk voor te bereiden op die ronde en dan ga ik drie weken elke dag volle bak naar de finish rijden. Veel meer maak ik er niet van. Jullie maken hele analyses over bepaalde ritten, daar ben ik echt he-le-maal niet mee bezig. En nooit geweest ook. Ik zou daar ook helemaal gek van worden.”

“Mijn enige doel in de aanloop naar de Giro is om in een zo goed mogelijke vorm aan de start te staan. Ter plekke gaan we gewoon rit voor rit bekijken. Wat Carapaz dan in zijn voorbereiding heeft gedaan, dat zal me echt worst wezen. Ik wil het niet eens weten! Wat schiet ik daar mee op? Wat verandert het aan mijn voorbereiding als ik weet dat Carapaz allemaal ritten heeft verkend. Niks.”

Dumoulin en zijn ploeggenoten vieren de Giro-winst, 2017 – foto: Cor Vos

Sta je in de aanloop naar deze Giro nog stil bij je eindzege van 2017?
“Dat is alweer heel wat jaren geleden. Ik ben niet zo bezig met ik moest daar winnen of ik moet dit of dat. Natuurlijk hoop ik weer te winnen. Op die Giro-zege kijk ik echter nog steeds met veel trots en blijdschap terug. Dat was mijn ’finest’ moment in mijn carrière tot nu toe. In die Giro viel uiteindelijk alles goed, al zijn er ook wat momentjes geweest dat ik mindere dagen had. Het was een fantastische ervaring.”

Sterkt die ervaring van het winnen van een grote ronde je nu?
“Ik heb inmiddels al heel wat grote rondes gereden en een aantal keren op het podium gestaan. Ik weet wat je moet doen om een grote ronde te rijden en ik weet dat ik een kort klassement kan rijden. Anderzijds weet ik ook dat het al best lang geleden is dat ik het nog heb laten zien.”

“In 2020 eindigde ik nog als zevende in de Tour de France. Dat was best goed, maar absoluut niet het niveau dat ik in de Giro in 2017 haalde. Het is alweer een tijd geleden dat ik op een podium in een grote ronde stond. Dat maakt het voor mij ook spannend. Kan ik nog voor de eerste plek in het klassement strijden? Moeten we concluderen dat ik ietsje minder ben geworden? Dat zijn voor mij ook vragen.”

Vorig jaar was de olympische tijdrit de grote uitdaging en kende je ook de nodige onzekerheden in de aanloop naar dat doel. Is die situatie vergelijkbaar met nu?
“Jazeker, toen zat ik met dezelfde vragen als nu richting de Giro. Kan ik het nog? Blijkbaar kon ik het in de tijdrit nog. Die prestatie helpt me dit jaar zeker. Die voorbereiding was heel gebrekkig. Eigenlijk veel moeilijker nog dan nu. Die tweede plek was heel mooi. Anderzijds moeten we wel eerlijk zijn dat dit een tijdrit was en geen grote ronde.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.