Tour 2022: Voorbeschouwing etappe 11 bergrit naar Col du Granon
foto: Cor Vos
woensdag 13 juli 2022 om 07:45

Tour 2022: Voorbeschouwing etappe 11 bergrit naar Col du Granon

In etappe elf van de Tour de France staat de eerste van twee bergritten door de Alpen op het programma. Voor de klassementsmannen is het zaak om de bij de les te zijn. De rit begint in Albertville en eindigt op de top van de Col du Granon. Een Alpenreus met een bijzonder verhaal die pas voor de tweede keer in de Tour beklommen wordt. WielerFlits blikt vooruit!

De rit begint in Albertville, dat de laatste jaren een vast station in het Tourparcours is geworden. Sinds 1998 ontving het al twaalfmaal La Grande Boucle. Alleen bij zijn debuut was het een finishplaats. Die dag kon alleen Marco Pantani een ontkende Jan Ullrich volgen op de Col de la Madeleine. Ze daalden samen af richting Albertville, waar uiteindelijk Der Jan de sprint-a-deux won van Pantani.

De laatste jaren is Albertville vooral startplaats van Touretappes. Vorig jaar begon de tiende rit naar Valence vanuit Albertville. Geen bergrit, maar een klassieke sprintrit die na een indrukwekkende lead-out van Deceuninck-Quick-Step gewonnen werd door Mark Cavendish. Het was zijn tweede van in totaal vier sprintzeges.


Parcours

Ter ere van de dertigste verjaardag van de Olympische Winterspelen in Albertville 1992 is er geen sprintersrit, maar een loodzware bergrit gepland. De eerste hindernis van de dag is een van de mooiste beklimmingen ter wereld; de Lacets de Montvernier. Slechts 3,6 kilometer lang, maar met 18 haarspeldbochten die tegen een rotswand omhoog lopen, is het een van de meest fotogenieke beklimmingen. De helikopterbeelden van een peloton dat als een slang naar boven glijdt, hebben in korte tijd een iconische status gekregen. De eerste keer dat de Tour hier omhoog reed, was pas in 2015. Na een nieuwe passage in 2018 zal er in 2022 voor de derde keer een gele trui door bergdorpje Montvernier rijden.

Na het opwarmertje van de Lacets de Montvernier (gemiddeld 8,2%) daalt het parcours al snel weer af naar de oever van de rivier de l’Arc, die het al sinds de start van de rit volgt. De twee cols die vanaf hier volgen, hebben weinig introductie nodig. Het zijn twee iconische Tourcols die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Vanuit Saint-Michel-de-Maurienne kronkelt de weg omhoog naar skidorp Valloire, waar de top van de Col du Télégraphe (11,8 km aan 7,1%) ligt.

Vlak buiten het dorp begint de klim van de nog meer befaamde Col du Galibier. De beklimming van de noordflank van deze klassieke Tourcol is maar liefst 17,5 kilometer lang (6,9% gemiddeld) met een piek van 11,9%. Het brengt de renners naar een hoogte van 2.629 meter. De eerste renner die de top bereikt, ontvangt de Souvenir Henri Desgrange, een geldprijs die is vernoemd naar de geestelijk vader van de Tour en jaarlijks te verdienen is op de hoogste bergpas van die ronde.

Na de top volgt een lange afdaling via de Col du Lautaret, waar de renners de kans krijgen iets te herstellen en zich voor te bereiden op een spetterend slotstuk. De finish ligt op de top van de Col du Granon. Een col die pas voor de tweede keer in de Tourhistorie beklommen zal worden. En daar zit een verhaal achter waarvoor we teruggaan in de tijd, naar 1986.

Op de flanken van de Col du Granon kreeg geletruidrager Bernard Hinault na een sportief gevecht met ploegmaat Greg LeMond een inzinking waardoor hij minuten achterstand opliep en ook de leiding in het algemeen klassement verspeelde. Op die bewuste 20 juli 1986 verloor hij 9m47s op de Spaanse ritwinnaar Eduardo Chozas. LeMond, die tweede in het algemeen klassement stond met slechts 34 seconden achterstand op zijn Franse ploegmaat en kopman, finishte op de top als derde op 6m26s van de winnaar. De Amerikaan veroverde daardoor zijn eerste gele trui. Een paar dagen later won hij in Parijs zijn eerste van in totaal drie Tours de France.

Het verhaal gaat dat Hinault zo gekrenkt was van het verlies van zijn laatste gele trui dat de Tour, waar hij jarenlang als podiummeester diende, er daardoor niet meer op bezoek zou komen.

Wat de beklimming nog typerender maakt, is dat er op top nauwelijks iets is. Geen bruisend bergdorp met hotels, cafés en restaurants, geen skiresort. Op de top waar de weg eindigt, is alleen een kleine militaire basis. Wie naar beneden wil, zal moeten omdraaien en over dezelfde weg afdalen, want er is maar één verharde weg omhoog. Wie met een mountainbike naar boven fietst, kan via onverharde paden een andere route terugnemen.

De vergeten reus is een ruim 11 kilometer lange regelmatige, maar steile klim. De weg omhoog heeft continu een stijgingspercentage dat schommelt tussen de acht en elf procent. De renners krijgen geen gelegenheid meer om te herstellen. Wie hier een slecht moment krijgt, kan net als Hinault in 1986 vele minuten verliezen.

Officieuze start: 12.15 uur
Officiële start: 12.30 uur
Finish: tussen 16.40 en 17.15 uur
Afstand: 151,7 kilometer

Tijdschema belangrijke passages:
Tussensprint Aiguebelle: tussen 12.50 en 12.55 uur
Passage Lacets de Montvernier: tussen 13.45 en 13.55 uur
Passage Col du Télégraphe: tussen 14.45 en 15.00 uur
Passage Col du Galibier: tussen 15.30 en 16.00 uur (Souvenir Henri Desgrange)


Favorieten

De eerste Tourweek heeft ons al het nodige geleerd. Dat Tadej Pogačar goed op weg is om zijn derde opeenvolgende Tour de France te winnen, bijvoorbeeld. Dat de mannen van Jumbo-Visma absoluut nog niet zijn uitgeschakeld voor de eindzege. Dat Daniel Felipe Martínez en Jakob Fuglsang al een kruis kunnen maken over een goede eindklassering in Parijs. Dat Jumbo-Visma over het sterkste collectief beschikt, maar dat we UAE Emirates en INEOS Grenadiers zeker niet mogen onderschatten.

En toch zitten we na tien etappes ook nog met de nodige vragen. Woensdag, in de rit naar de Col du Granon, krijgen we wellicht antwoorden.

Wat we tot nu toe hebben gezien van de klassementsrenners, kunnen we gerust bestempelen als voorspel. Als de eerste inleidende beschietingen. Op de flanken van La Super Planche des Belles Filles kregen we al een beeld van de waardeverhoudingen tussen de toppers, maar de rit van woensdag is toch écht andere koek. We trekken voor het eerst in deze Tour namelijk naar het echte hooggebergte. De tweede Alpenetappe naar Alpe d’Huez op donderdag 14 juli is in veel opzichten de koninginnenrit van deze Ronde van Frankrijk, maar dat wil niet zeggen dat de rit naar de Col du Granon een opwarmertje is. Verre van.

Tadej Pogačar – foto: Cor Vos

Met de Lacets de Montvernier, Col du Télégraphe, Col du Galibier en Col du Granon in de laatste honderd kilometer belooft het een lood- maar dan ook loodzware onderneming te worden. De maskers zullen definitief afvallen en de sterkste klimmers komen hoe dan ook naar voren. Dan denken we allereerst aan de man in het geel: Tadej Pogačar. De kopman van UAE Emirates regeert momenteel met ijzeren hand in de Tour, heeft al twee ritzeges op zak en lijkt op weg naar een nieuwe Tourzege. De Sloveen kan het zich al permitteren om afwachtend te koersen, in het wiel van zijn belangrijkste concurrenten voor eindwinst.

Maar Pogačar is er niet de man naar om af te wachten: de 23-jarige renner houdt ervan om de koe bij de horens te vatten en de koers zelf in een bepaalde plooi te leggen. De tweevoudig Tourwinnaar is bijzonder eergierig en zal woensdag ongetwijfeld ook zijn stempel willen drukken op het koersverloop. De vraag is of hij zijn ploeggenoten laat controleren voor een eventuele derde etappezege. Maar als de kans zich voordoet om te winnen, hapt veelvraat Pogačar maar wat graag toe. Het is aan Brandon McNulty, Marc Soler en laatste man Rafał Majka om de gele man zo lang mogelijk bij te staan zodra de weg omhoog loopt.

Een probleem voor Pogačar is wel dat hij al twee ploegmaats kwijt is vanwege een coronabesmetting. Vegard Stake Laengen was de eerste, George Bennett was het volgende slachtoffer. UAE Emirates likt met andere zijn wonden en is duidelijk aangeslagen. Geeft dit woensdag de doorslag?

Jonas Vingegaard in het wiel van Pogačar – foto: Cor Vos

Er lijkt kortom geen vuiltje aan de lucht voor Pogačar, maar de Sloveen zal wel zo pienter zijn om zijn tegenstanders niet te onderschatten. De leider in de koers is met name beducht op de klimkwaliteiten van Jonas Vingegaard. De Deen van Jumbo-Visma is na tien etappes de grootste uitdager van Pogačar en was zeker in de voorbije ritten de evenknie van de geletruidrager. Die laatste moest op flanken van La Super Planche des Belles Filles zelfs alle zeilen bijzetten om een beresterke Vingegaard alsnog te remonteren voor de ritzege. Het laat zien dat Pogačar en Vingegaard momenteel aan elkaar gewaagd zijn.

Het geeft de burger en met name de mannen van Jumbo-Visma moed. Het verschil tussen de nummers één en drie in het klassement is nog altijd maar 39 seconden. Er kan met andere woorden nog veel gebeuren, in de wetenschap dat er in een rit als die naar de Col du Granon met minuten kan worden gesmeten. Steven Kruijswijk, ploegmaat van Vingegaard, heeft er nog altijd vertrouwen in. “La Super Planche des Belles Filles is Pogačar op het lijf geschreven. Als Jonas dan tweede wordt, heb ik veel vertrouwen in de komende weken. Dat hij op die klim strijd kan leveren met Pogačar, is een goed teken.”

Primož Roglič – foto: Cor Vos

Ook onze columnist Johan Bruyneel verwacht nog een spannende Tour. “In de man-tegen-manduels moeten we het eerst nog zien of iemand in staat is om op Pogačar achterstand te rijden. Toch zal met name Vingegaard motivatie hebben na zijn actie op La Planche des Belles Filles en hieruit moed putten voor de Alpen en Pyreneeën. Het gaat in ieder geval een heel andere Tour dan vorig jaar worden.” Jumbo-Visma kan ook op een andere manier Pogačar en UAE Emirates onder druk zetten, namelijk door Primož Roglič – de nummer dertien in het voorlopige klassement – al relatief vroeg in de aanval te sturen.

De Sloveen begon als de grootste uitdager van Pogačar aan de Tour, maar staat na een catastrofale kasseienrit al op bijna drie minuten van zijn jongere landgenoot. De 32-jarige Roglič lag in de touwen, maar rechtte zijn rug en liet in de bergrit naar La Super Planche des Belles Filles (derde achter Pogačar en Vingegaard) zien dat we nog altijd rekening moeten houden met de drievoudig Vuelta-winnaar. Het gaat allemaal niet van harte, Roglič kampt nog altijd met een pijnlijke onderrug, maar op karakter doet hij toch nog mee om de prijzen. We sluiten niet uit dat hij woensdag optimaal kan profiteren van de sterkte van zijn ploeg.

Adam Yates – foto: Cor Vos

Over een sterke ploeg in de breedte gesproken: INEOS Grenadiers staat nog altijd met drie man in de voorlopige top-10. In de rit voor de tweede rustdag kreeg de Britse formatie een eerste echte tegenvaller te verwerken. Daniel Felipe Martínez, toch een van de kandidaten voor het eindpodium, kende een slechte dag op weg naar Châtel en kan zijn klassementsambities opbergen. De drie Britse kanshebbers, Geraint Thomas, Adam Yates en Tom Pidcock, wisten wel te overleven en staan er nog altijd uitstekend voor. Thomas staat voorlopig vierde, Yates is de nummer vijf en Pidcock vinden we terug op plek acht.

De vraag is of de jonge Pidcock al over de motor beschikt om drie weken lang op een hoog niveau te acteren. Het is voor de regerend wereldkampioen veldrijden woensdag vooral van belang om de schade te beperken. Thomas en Yates kennen inmiddels wel het klappen van de zweep en we verwachten ze ook in de eerste Alpenetappe van voren. Thomas is weer de regelmaat zelve en heeft zichzelf inmiddels opgewerkt naar de vierde plaats, op 1m17s van Pogačar. De Tourwinnaar van 2018 moet momenteel wel zijn meerdere erkennen in de Sloveen en Vingegaard, maar waar twee Tourpretendenten vechten om een been…

Yates kan misschien ook wel profiteren van een (mogelijk) duel tussen Jumbo-Visma en UAE Emirates, en zo ‘geruisloos’ naar de overwinning fladderen. De Britse klimmer kende een moeizame voorbereiding op de Tour en stond in Kopenhagen met de nodige vraagtekens aan de start, maar is de eerste week bijzonder goed doorgekomen en staat nu toch maar mooi vijfde in de stand. En er zit misschien nog wel meer in het vat.

Nairo Quintana – foto: Cor Vos

We gaan ervan uit dat de klassementsrenners op de flanken van de Col du Granon zullen strijden om de ritzege, ook al omdat er maar weinig recuperatiestukken in het parcours zitten waar de koers kan/zal stilvallen. Vluchters zullen met andere woorden al flink moeten doortrappen om een mooie voorsprong bijeen te fietsen. Met Pogačar, Vingegaard, Roglič en de mannen van INEOS Grenadiers hebben we de belangrijkste kanshebbers al besproken, maar we verwachten ook wel iets van Nairo Quintana (Arkéa-Samsic) en – dat klinkt misschien gek – Louis Meintjes (Intermarché-Wanty-Gobert).

Van Quintana hebben we deze Tour nog maar weinig gezien, maar de Colombiaanse klassementskopman van Arkéa-Samsic staat er nog wel goed voor in de algemene rangschikking. Quintana is voorlopig twaalfde, weliswaar op meer dan twee minuten van gele trui Pogačar, maar wel op minder dan een minuut van nummer vier Geraint Thomas. De 32-jarige Quintana, die al drie keer op het Tourpodium mocht plaatsnemen, maakt een scherpe indruk: zo werd hij al vijfde in Longwy en tiende in Châtel. Op de flanken van La Super Planche des Belles Filles kende hij wel een minder moment, maar Quintana is ook nooit de man geweest van de explosieve inspanningen.

De winnaar van twee grote rondes moet het vooral hebben van lange beklimmingen, het liefst op hoogte, in de Alpen of Pyreneeën. De rit naar de Col du Granon past wat dat betreft perfect in het straatje van Quintana. De keuze voor Meintjes is misschien wel verrassend: de Zuid-Afrikaan vinden we immers pas terug op de negentiende plaats in het algemeen klassement. Toch geeft dit een vertekend beeld, aangezien Meintjes al aardig wat tijd verloor in de hectische eerste Touretappes en de kasseienrit naar Wallers-Arenberg. Bergop is hij wel degelijk in orde: zonder materiaalpech finisht hij in de rit naar La Super Planches des Belles Filles gewoon bij de eerste tien.

Thibaut Pinot – foto: Cor Vos

Dat is misschien nog geen reden om Meintjes bij de favorieten te plaatsen voor de rit van woensdag, maar de renner van Intermarché-Wanty-Gobert heeft ook nog het ‘voordeel’ dat hij al redelijk ver staat in het klassement. Meintjes zal dus niet zo snel worden gezien als een bedreiging voor het geel en krijgt dus ongetwijfeld de ruimte om op jacht te gaan naar dagwinst, mocht de klimmer woensdag besluiten om alle schroom van zich af te gooien. En wat mogen we verwachten van Enric Mas (Movistar), David Gaudu (Groupama-FDJ) en Romain Bardet (Team DSM)? Mas is niet de man van de uitschieters, Gaudu heeft weleens moeite met de opeenvolging van zware cols en Bardet kampt na een valpartij met een pijnlijke knie.

Er zullen ook veel renners tuk zijn om uit een vroegere ontsnapping de etappe te winnen. Thibaut Pinot is een kandidaat-winnaar, mocht een vroege vlucht toch een vrijgeleide krijgen van de klassementsteams. De Franse rasaanvaller deed zondag in de rit naar Châtel ook al een gooi naar ritwinst, maar botste die dag op een ijzersterke Bob Jungels. Toch was Pinot optimistisch na de finish. “Ik ben blij om het gevoel terug te hebben en de benen te hebben om te strijden. Ik heb vertrouwen voor de rest van de ronde. Ik ga op de rustdag goed uitrusten. De mooiste weken moeten nog komen.”

Woensdag lijkt een uitgelezen dag voor de renner van Groupama-FDJ om nog eens in de aanval te gaan. Dat is ook het geval voor Pinots ploegmaat Michael Storer. Andere namen om op te schrijven, zijn die van Bob Jungels, (AG2R Citroën), Patrick Konrad (BORA-hansgrohe), Rigoberto Urán (EF Education-EasyPost), Warren Barguil (Arkéa-Samsic), Dylan Teuns (Bahrain Victorious), Chris Froome, Michael Woods, Jakob Fuglsang (Israel-Premier Tech), Bauke Mollema (Trek-Segafredo), Carlos Verona (Movistar) en Pierre Latour (TotalEnergies).

Favorieten volgens WielerFlits:

Tour 2022: Deelnemerslijst


Weer en TV

De renners krijgen in de tweede Tourweek te maken met tropische temperaturen, zo meldt Weeronline. Ook woensdag is het zomers heet. Bij de start in Albertville schijnt de zon volop. Het blijft droog en het is al vrij snel tegen de 30 graden. Onderweg blijft de zon volop schijnen. Er zullen af en toe wat wolkenvelden verschijnen, maar verder blijft het droog. In de dalen is het 32 graden, maar op de bergtoppen is het een stuk aangenamer met waarden tussen 15 en 20 graden.

De elfde etappe is vanaf 12.00 uur live te zien via Eurosport 1 en de Eurosport Player. De NOS schakelt twintig minuten later in, Sporza op Eén is er bij vanaf 12.05 uur (afwisselend op Eén en Canvas). Ben je niet in de gelegenheid om naar de tv te kijken, dan hoef je in het liveblog van WielerFlits niets te missen van deze Alpenrit!

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.