Voorbeschouwing: Tour de Wallonie 2021
foto: Cor Vos
dinsdag 20 juli 2021 om 12:00

Voorbeschouwing: Tour de Wallonie 2021

Wallonië haalde de afgelopen week het internationale nieuws met de onfortuinlijke overstromingen, maar van 20 tot en met 24 juli wordt er toch weer gekoerst in de Tour de Wallonie. Met dertien WorldTeams is het peloton bijzonder goed gestoffeerd, en de Waalse kuitenbijters leveren bovendien altijd een aantrekkelijke wedstrijd op. Wie kroont zich tot opvolger van Arnaud Démare? WielerFlits blikt vooruit.

Historie

Lang voor de Tour de Wallonie haar huidige status had, begon de rittenkoers als een vierdaagse voor amateurs. De wielerclub van het Henegouwse Péruwelz, niet ver van Moeskroen, lag in 1974 aan de basis van de van de Ronde van Wallonië. Al ging de wedstrijd toen nog door het leven als de Tour du Hainaut Occidental. Opvallend feitje: ei zo na was Wolfpack-baas Patrick Lefevere de eerste naam op de erelijst geweest. Alleen Luc Demets ging hem vooraf.

Een jaar later moesten we deze wedstrijd op de kalender zoeken onder de naam Trois Jours de Péruwelz, of ook de Driedaagse van Péruwelz. Wat Lefevere niet lukte, deed Jean-Luc Vandenbroucke nu wél. Dankzij hem kwam er dan toch een legendarische teammanager op de erelijst – de oom van Frank Vandenbroucke leidde de Lottoploeg in de jaren 90.

Voormalig Lotto-baas Vandenbroucke was een van de eerste laureaten – foto: Cor Vos

Naamsveranderingen zouden een rode draad doorheen de Tour de Wallonie blijven. Eerst was er sprake van de Tour du Hainaut, dan Quatre Jours du Hainaut Occidental, om uiteindelijk zelfs even terug te keren naar de oorspronkelijke naam: de Tour du Hainaut Occidental. En ook al betrof het toen nog een amateurkoers, met ex-wereldkampioen Abraham Olano, Maurizio Fondriest, Eric Vanderaerden en Fons Dewolf kwamen er enkele leuke namen op de erelijst.

Het was Hector Gallée, vicevoorzitter van de KBWB, die aandrong op een verdere professionalisering van deze rittenkoers. De Waal vroeg om deze rittenkoers te organiseren om de Belgische renners voor te bereiden op de wereldkampioenschappen. Onder impuls van Yves Vanassche en André Losfeld groeide de wielerronde uit tot een volwaardige rittenkoers voor profs.

Vanaf 1996 hebben we het over de Tour de Région Wallonne, meteen de reden waarom de wedstrijd in de volksmond vandaag nog steeds ‘de TRW’ genoemd wordt. Frank Vandenbroucke trad in 1998 in de voetsporen van zijn oom, en ook Paolo Bettini en Axel Merckx zetten zich op de erelijst.

Greg Van Avermaet juicht in Thuin in 2013: hij is nu recordhouder – foto: Cor Vos

In 2007 kreeg de rittenkoers de huidige naam: de Tour de Wallonie. Sindsdien zijn de ritten vaker op sprinters gericht, met telkens wel één of twee echt lastige etappes. Greg Van Avermaet zette zich met twee eindzeges naast recordhouder Mario Kummer. Ook Giacomo Nizzolo, Gianni Meersman, Niki Terpstra, Dylan Teuns en Arnaud Démare werden hier eindwinnaar.

Laatste tien winnaars Tour de Wallonie
2020: flag-fr Arnaud Démare
2019: flag-be Loïc Vliegen
2018: flag-be Tim Wellens
2017: flag-be Dylan Teuns
2016: flag-be Dries Devenyns
2015: flag-nl Niki Terpstra
2014: flag-be Gianni Meersman
2013: flag-be Greg Van Avermaet
2012: flag-it Giacomo Nizzolo
2011: flag-be Greg Van Avermaet


Vorig jaar

Ondanks de coronapandemie vond de Tour de Wallonie vorig jaar toch een plekje op de najaarskalender, en niet eens een slechte plek. Halverwege augustus vormde het voor veel renners de ideale voorbereiding op de Tour de France, die tien dagen later vertrok. Met name de snelle mannen en Tourbelgen kwamen hun ultieme voorbereiding op Waalse wegen afwerken.

Vanwege de pandemie betrof het evenwel een verkorte versie, met vier etappes. Etappe één was er meteen eentje voor de sprinters. In de regen en op een licht aflopende finish werd het al bij al nog een gevaarlijk gedoe, maar het was wel Caleb Ewan die Sam Bennett in laatste instantie remonteerde. De twee wisten meteen waar ze aan toe waren in functie van de Tour.

In etappe twee had Ewan misschien wat te veel zelfvertrouwen gekregen, want zijn aanzet was nu wel héél vroeg in de eindsprint. Gevolg: Arnaud Démare overtrof hem nog en pakte meteen enorm belangrijke bonificatieseconden. Démare had bovendien niets verliezen, want hij zag een Tourselectie door zijn neus geboord. De FDJ-troepen gingen vol voor het klassement van Thibaut Pinot.

foto: Cor Vos

In de lastige derde etappe kenden de renners een chaotische finale, na een lastig middenrif. Het werd een bijltjesdag voor de sprinters, want mannen als Ewan, Merlier, Cavendish en Bouhanni die de vorige dagen hadden gekleurd, moesten al vroeg passen. In de sprint ging het razendsnel, maar de aanzet van Démare was niet voldoende om het af te maken. Ditmaal was het Sam Bennett die hem kon remonteren.

De slotetappe was op papier de lastigste van de vier. Tweemaal de supersteile Côte de Beffe in de finale én ook nog eens een oplopende finish, dat moest mogelijkheden scheppen. Jhonathan Narvaez ging op de laatste Beffe zelfs solo, maar de mannen van Démare waren knap samengebleven.

Ze loodsten de Fransman perfect naar de slotkilometer en brachten alles samen. Een vroege aanzet van Philippe Gilbert mocht niet baten. Démare pakte logischerwijs ook de eindzege dankzij de vele boni’s.

Eindklassement Tour de Wallonie 2020
1. flag-fr Arnaud Démare (Groupama-FDJ)
2. flag-be Greg Van Avermaet (CCC) op 20s
3. flag-be Amaury Capiot (Sport Vlaanderen-Baloise) op 25s
4. flag-fr Florian Sénéchal (Deceuninck-Quick Step) op 26s
5. flag-fr Clément Venturini (AG2R La Mondiale) op 27s


Parcours

Door de verschillende overstromingen die de afgelopen week in de regio plaatsvonden, lijkt het op het eerste zicht geen sinecure om deze Ronde van Wallonië te organiseren. Een check bij de organisator, Christophe Brandt, leert ons dat alleen de startplaats van etappe twee, Verviers, mogelijk hinder ondervindt. Een oplossing zou bijvoorbeeld een lokaal circuit met start- en aankomst in Herve kunnen zijn.

Dinsdag 20 juli, etappe 1: Genappe – Héron (182 km)


De eerste etappe, die vooral door de provincie Luik gaat, is op papier zeker niet de lastigste van de vijf ritten. Na een vlakke aanloop komen de renners op een meer heuvelachtig terrein met de Côte de Froidvau, vlakbij Dinant, de Côte de Vincon in Ciney en de Fond des Malades.

Op veertig kilometer van de streep is er een eerste passage langs de finishlijn, waarna een weer iets vlakker lokaal circuit volgt. De Côte de Marneffe (700 meter aan 6,1 %) op twintig kilometer van de streep is de enige noemenswaardige hindernis, al loopt ook de aankomststrook nog stevig op. Volgens organisator Christophe Brandt is het echter niet meer dan ‘langdurig vals plat’.

Start: 12.15 uur
Finish: 16.54-17.22 uur

Woensdag 21 juli, etappe 2: Heusden-Zolder – Heusden-Zolder (120 km)

Circuit Zolder op archiefbeeld – foto: Cor Vos

Eigenlijk zou de tweede etappe over 172 kilometer van Vervier naar Herve gaan, maar startplaats Verviers liep afgelopen week quasi helemaal onder water en ook dorpjes als Pepinster in de finale waren er slecht aan toe. Daarop werd aanvankelijk besloten om deze rit te annuleren.

Dinsdag werd bekend dat de organisatie een alternatief had gevonden voor de tweede etappe. De rit vindt plaats op het racecircuit Circuit Zolder en gaat over dertig ronden van vier kilometer. De rit bevat drie bonificatiesprints die meetellen voor het algemeen klassement.

“We bedanken het circuit van Zolder voor dit mooie alternatief voor de Tour de Wallonie, een fraai gebaar naar onze nationale feestdag. Zo kunnen we onze renners op woensdag toch een etappe voorleggen”, aldus wedstrijddirecteur Christophe Brandt.

Start: 15.00 uur
Finish: n.n.b.

Donderdag 22 juli, etappe 3: Plombières – Érezée (180 km)


Volgens Christophe Brandt moeten we deze derde etappe als de koninginnenrit beschouwen. Het profiel liegt er dan ook niet om: net als gisteren gaat het bijna de hele dag op en af. De rit speelt zich voornamelijk af tegen de Oostkantons en in het Luxemburgse deel van het land, waardoor ze op de Baraque Michel (13,5 kilometer aan 3 %) het hoogste punt van België naderen.

Het middenrif van de etappe bevat met de Côte de Ferme Libert (1,3 kilometer aan 10,9 %), de Côte de Wanne (2,4 kilometer aan 6,8 %) en Côte de Marcadènes (4,1 kilometer aan 4 %) een aantal korte passages die in de benen zullen kruipen, met het lokale circuit rond Érezée en La Roche-en-Ardenne nog in het achterhoofd. We zitten dus echt in het hartje van de Belgische Ardennen.

Dat lokale circuit betreft een rondje van een veertigtal kilometer, dat gekruid wordt door de Côte de Cielle (1,1 kilometer aan 5,2 %), de steile Côte de Beffe (1,6 kilometer aan 8,6 %) en alsof dat nog niet genoeg is een oplopende aankomst in Érezée van één kilometer aan 4,7 %. Het is daar dat Démare vorig jaar de kroon op het werk zette door, na een gelijkaardige finale inclusief de Côte de Beffe, Gilbert het nakijken te geven. Sterke sprinters zijn verre van kansloos.

Start: 12.30 uur
Finish: 16.54-17.21 uur

Vrijdag 23 juli, etappe 4: Neufchâteau – Fleurus (206 km)


Etappe vier zou een zekerheidje voor de snelle mannen moeten zijn. Vanaf Neufchâteau, diep in Belgisch Luxemburg, blijft het peloton de golvende wegen van de Semoisvallei volgen, met toch beduidend minder hindernissen dan de afgelopen dagen.

Aankomstplaats Fleurus doet meteen denken aan de voormalige finale van het Circuit de Wallonie. Ook daar was de Côte du Petit Try (1,1 kilometer aan 6,6 %) telkens een van de scherprechters. Nu moet deze kuitenbijter twee keer beklommen worden op het lokale circuit van een dikke veertig kilometer, telkens op tien kilometer van de aankomst.

Verder is het nog opletten voor de bochtige slotfase. Op een goede anderhalve kilometer van de aankomst ligt er nog een verraderlijke scherpe bocht naar rechts te wachten. Iets verderop zijn er vervolgens nog twee 90 graden-bochten naar links, alvorens de renners de laatste achthonderd meter zien. Dat kan nog gevaarlijk worden…

Start: 12.00 uur
Finish: 17.05-17.36 uur

Zaterdag 24 juli, etappe 5: Dinant – Quaregnon (192 km)


In de slotetappe blijven de renners wederom gespaard van de grote hoogteverschillen. Vanuit Dinant gaat het in zuidwestelijke richting bijna parallel met de Maas – die deze week nog uit haar oevers trad – tot de Franse landsgrens. Vanaf daar varen de renners een noordwestelijke koers, waarop we weinig tot geen hindernissen tegenkomen tot het lokale circuit in en rond Quaregnon.

Ook het Henegouwse stadje zal bij de wielerliefhebber een belletje doen rinkelen vanwege de GP de Cerami, die vaak de Tienne du Dragon (300 meter aan 6,5 %) als scherprechter had. Verder kan ook de Côte de Rossignol (500 meter aan 7,8 %) nog voor onrust zorgen. Zo worden de laatste vijftien kilometer best verraderlijk, maar een sprint zou het meest logische scenario zijn.

Start: 12.21 uur
Finish: 17.04-17.33 uur


Favorieten

De Tour de Wallonie is dit jaar sterk gestoffeerd. Dertien WorldTeams, zeven ProTeams en vijf continentale formaties zorgen zowaar voor een nog sterker deelnemersveld dan vorig jaar, toen het de ultieme voorbereiding op de Tour de France betrof. Een jaar geleden waren er slechts tien WorldTeams present.

Het favorietengedeelte is voor de Tour de Wallonie ieder jaar weer een moeilijke afweging. Op papier is het een ideaal terrein voor de specialisten van de Ardennenklassiekers, maar in de praktijk komen dat soort punchers hier niet eens aan het vertrek. Het terrein is dan wel vaak lastig, maar een echte moeilijke aankomst heuvelop er ook niet echt. Bovendien kunnen sprinters veel boniseconden nemen onderweg.

Hoe komt Noorse beer Kristoff uit zijn zomerslaap? – foto: Cor Vos

Het wordt uitkijken naar de snelle mannen die een heuvel kunnen overleven, en dat zijn er heel wat. Denk bijvoorbeeld aan Alexander Kristoff of Giacomo Nizzolo. De Noorse beer, die volgend jaar bij Intermarché-Wanty-Gobert vaker op dit terrein actief zal zijn, is in rondjes als de Arctic Race of Tour of Norway altijd op zijn best om een lastige finale naar zijn hand te zetten. En ook dit terrein zou hij op papier moeten aankunnen. Alleen is het de vraag hoe hij er na een koersloze maand voor staat…

Giacomo Nizzolo toonde afgelopen Giro nog maar eens dat hij een veelzijdig renner is, die in een finale met een paar hellinkjes zijn mannetje kan staan. Bij Qhubeka NextHash is hij dit jaar ontegensprekelijk de grote man, die de verwachtingen probleemloos waarmaakt. Zelfs zijn Girocomplex zette hij zonder problemen recht, want voor het eerst in acht deelnames won hij een etappe. Vergeet trouwens ook niet dat Nizzolo in zijn jonge jaren hier al eens eindwinnaar werd.

Deceuninck-Quick Step heeft zoals steeds meerdere ijzers in het vuur. Fransman Florian Sénéchal is zo’n typische renner die dit heuvelachtig terrein perfect aankan, maar ook in een lastige sprint zijn mannetje kan staan. Voor de vlakke sprints wordt er allicht gerekend op Fabio Jakobsen, op het lastige terrein mag Sénéchal zich uitleven. Al is het ook afwachten hoe toptalent Andrea Bagioli terugkeert na een maandenlange koersonderbreking door een knieblessure. En Yves Lampaert vlakken we nooit uit.

Sénéchal kan op bijna elk terrein uit de voeten – foto: Cor Vos

Rasmus Tiller is misschien wel dé ontdekking van de Bingoal Cycling Cup tot nu toe. Tweede in Le Samyn, winnaar van Dwars door het Hageland. Wie had dat op voorhand verwacht van de 24-jarige Noor, die de afgelopen jaren bij NTT toch niet helemaal tot zijn recht kwam. Bij Uno-X is dat een ander verhaal. Organisatoren als Christophe Brandt mogen blij zijn dat de Noren erbij zijn, want de formatie van Kristoffer Halvorsen zorgt quasi altijd voor spektakel.

Verder is het uitkijken naar die typische Italiaanse heuvelsprinters, die op dit terrein steevast uitblinken. Nizzolo noemden we al, maar vergeet ook Girorevelatie Davide Cimolai (Israel Start-Up Nation), Andrea Pasqualon (Intermarché-Wanty-Gobert) en Andrea Vendrame (AG2R-Citroën), de knappe nummer zes van vorig jaar, niet. Deze Italiaanse drievuldigheid kan best wat lastigheid verdragen, en als ze de klimmetjes kunnen overleven in de eerste groep, zullen ze ‘op z’n Démares’ zich in de strijd gooien voor de boniseconden. Pasqualon heeft ook Quinten Hermans achter de hand.

Mannen als Piet Allegaert en Timo Roosen zijn geen pure sprinters, en moeten het vooral hebben van de lastige finishes op dag twee en drie. Allegaert kent een voortreffelijk seizoen bij de troepen van Cofidis, maar zowel in de Tro Bro Leon als Boucles de la Mayenne ontbrak het aan een uitschieter. Roosen kan als Nederlands kampioen wél op zo’n uitschieter terugkijken. Benieuwd of het rood-wit-blauw hem meteen ook vleugels geeft…

Timo Roosen mag hier voor het eerst rijden in het rood-wit-blauw – foto: Cor Vos

Andere mannen die het op dag twee en drie moeten doen: Lilian Calmejane (AG2R-Citroën), Odd Christian Eiking (Intermarché-Wanty-Gobert), Dimitri Claeys (Qhubeka-NextHash), Amaury Capiot (Arkea-Samsic), Gianluca Brambilla (Trek-Segafredo), Florian Vermeersch (Lotto Soudal), Gianni Vermeersch (Alpecin-Fenix) en veldrijders Toon Aerts (Trek-Baloise Lions) en Eli Iserbyt (Pauwels Sauzen-Bingoal). Cruciaal wordt hoeveel sprinters ze overboord krijgen, alleen is het een beetje dubbel dat veel van deze jongens ook zo’n sprinter in hun gelederen hebben…

Bij de snelle mannen kijken we nog uit naar Jake Stewart (Groupama-FDJ) – niet voor niets de nummer twee van de Omloop Het Nieuwsblad, Dylan Groenewegen (Jumbo-Visma), Fernando Gaviria (UAE-Emirates), Alexander Krieger (Alpecin-Fenix), John Degenkolb (Lotto Soudal), Luca Mozzato (B&B Hotels), Timothy Dupont (Bingoal Pauwels Sauces WB) en waarom niet Thibau Nys (Trek-Baloise Lions). Voor deze jongens lijkt een ritzege echter het hoogst haalbare, al mogen ze ons altijd verrassen.

Update (zondag, 16.00 uur): in de definitieve selectie van Lotto Soudal blijkt ook Tim Wellens te zitten. Als er iemand in staat is om het peloton uit de wielen te rijden op een lastig klimmetje, dan is hij het wel. Wellens was drie jaar geleden al eens eindwinnaar en hoopt zich hier te herpakken na een moeilijke maand juni. De Limburger verklaarde toen dat zijn lichaam niet optimaal reageerde op de trainingsprikkels en nood had aan rust.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Florian Sénéchal
*** Alexander Kristoff, Tim Wellens
** Rasmus Tiller, Giacomo Nizzolo, Piet Allegaert
* Andrea Bagioli, Andrea Vendrame, Davide Cimolai, Timo Roosen

Website organisatie
Deelnemerslijst


Weer en TV

Alleen de drie laatste ritten van de Tour de Wallonie zijn live te volgen. De Eurosport Player en het RTBF-kanaal Tipik beginnen op 22 juli vanaf 14.45 uur met de live-uitzending. Op 23 juli zijn beide kanalen present vanaf 15.00 uur. De 24e juli moeten de Belgische kijkers op La Une zijn vanaf 15.00 uur en ook kan iedereen weer in de Eurosport Player terecht.

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.