Voorbeschouwing: Tro-Bro Léon 2018
foto: Henri Santing
zondag 15 april 2018 om 11:00

Voorbeschouwing: Tro-Bro Léon 2018

De keiklassiekers eindigen traditioneel met een laatste krachtexploot op de wielerbaan van Roubaix. De blik is inmiddels gericht op de heuvelwedstrijden, met de Amstel Gold Race als volgend epicentrum. In Frankrijk – Bretagne om precies te zijn – vindt er aankomende zondag echter nog eenmaal een koers plaats op atypische ondergrond. Het is tijd voor de ribinoù! Tijd voor de Tro-Bro León! WielerFlits blikt vooruit.

Historie
Jean-Paul Mellouët: voor wie niet thuis is in het métiers du cyclisme, zou denken dat we hier te maken hebben met een zestiende-eeuwse Franse componist van ballades of groteske opera’s. Met een – in de hogere kringen van de Lodewijk XIV verkerende – aristocraat, schilder of kardinaal. Of met een van de voornaamste aanstokers van de Franse revolutie, de kreet Vive la République! A bas le roi! door de straten en steegjes van het achttiende-eeuwse Parijs galmend.

Jean-Paul Mellouët is echter niet een door de geschiedenis ingehaald figuur, maar de organisator van de Tro-Bro Léon. Een ruim tweehonderd kilometer lange tocht door het Bretonse landschap. Bretagne: de streek van cultuurbolwerken Rennes, Quimper en Brest. Meer dan tweeduizend jaar geleden ingenomen door de Kelten, een verzameling volkeren en stammen die vanuit Centraal-Europa in rap tempo uitvlogen naar meer westelijke contreien. Bretagne bleek een gewilde pion op het schaakbord der macht, met de invallen van de Britten en de Noormannen, maar ook zijn inkapseling in het – vanaf de 16e eeuw uitbreidende – Franse koninkrijk, als beslissende zetten.

Stof waait op bij het opdraaien van een van de vele ribinoù – foto: Henri Santing

Bretagne is – naast een centrum van cultuur-historisch schoon – een wielerregio bij uitstek. Sterker nog: men beschouwt le vélo als het achtste sacrament. “In geen enkele andere provincie van het land vinden zoveel koersen plaats. Elk dorpje heeft zijn eigen wedstrijd, anders tel je niet mee. Sommige amateurwedstrijden trekken zelfs meer dan tienduizend toeschouwers”, aldus oud-renner Jean Bobet tijdens de Tour de France van 1995, toen de karavaan de regio aandeed. Via de ontelbare wielerclubs en verenigingen wisten vele Bretoense beloften uit te groeien tot wielerhelden, waaronder Tour de France-winnaars Jean Robic en Louison Bobet.

De bekendste Bretoen luistert uiteraard naar de naam Bernard Hinault. Le Blaireau (De Das) – die op zijn erelijst onder meer vijf Tour’s, drie Giro d’Italia’s, twee Vuelta a España’s, één wereldtitel en vijf monumenten heeft staan – kent wel het geheim achter de vele Bretoense successen. “De Bretoen is moedig, bereid om alles te doen om te winnen. De renners uit andere delen van Frankrijk hebben dat niet, die klagen veel meer. Bretoense coureurs vertonen gelijkenissen met Nederlanders en Belgen. Hun mentaliteit is beter. De Bretoen houdt niet van verliezen: die wil vandaag én morgen winnen.”

De Bretoen houdt niet van verliezen. Die wil vandaag én morgen winnen
Bernard Hinault

De Bretoen is volgens Hinault dus iemand met een ijzeren discipline, die moedig en zonder morren het hoofd biedt aan de op zijn weg verschijnende obstakels. Was het deze kenschets die Mellouët in zijn achterhoofd had, toen hij in 1984 besloot om een peloton waaghalzen over ontelbare boerenlandweggetjes te sturen? Het idee ontstond in 1983 tijdens de finale van Parijs-Roubaix, als toeschouwer langs de kant van de weg. De totale ontreddering in de blik van koploper Hennie Kuiper na het lek rijden op zes kilometer van de streep. De rood doorlopen ogen die angstvallig op zoek waren naar een reservefiets. Het beeld van een oppergod die plots in elkaar kromp tot een uitgemergeld hoopje mens. Het maakte een diepe indruk op de Fransman.

Dit was het pure wielrennen! De excentriek ogende Mellouët wilde ‘zijn’ Bretagne vanaf dat moment laten oplichten met een eigen Paris-Roubaix: met zijn uitgestrekte akkervelden, rondtrekkende tractoren, samenklittende boeren, modder, grind, gras, lekke banden, verlies en victorie. “Aangezien ik vond dat alle wedstrijden op elkaar leken, wilde ik de koers laten kennismaken met de Bretoense landweggetjes”, gaf hij in 2011 aan in gesprek met Le Télégramme. De tekenaar – Mellouët verdiende onder meer de kost met het maken van wielerposters – wilde met de Tro-Bro Léon ook sponsors werven voor de taalschool van Diwan in Lannilis, dat al decennia instaat voor het behoud en uitbreiding van het Bretons.

Frédéric Guesdon, die hier in 1997 zijn moment du gloire beleefde als winnaar van Parijs-Roubaix, won elf jaar later de Tro-Bro Léon – foto: Sirotti

Wat in 1984 begon als een sprong in het diepe, kunnen we 34 jaar later beschouwen als een succes. De lijst met winnaars oogt (uiteraard) niet zo indrukwekkend als die van grotere broer Parijs-Roubaix of andere kasseiklassiekers, door de jaren heen temden wel enkele mooie namen de Bretoense grond. De onbekende Bruno Chemin won de eerste twee uitgaven, maar de eerste topper op de erelijst volgde in 1992. Het was een toen nog bleue Jaan Kirsipuu die zegevierde. Andere puike tweewielers luisteren naar de namen Jo Planckaert (2000), Jacky Durand (2001), Australiërs Baden Cooke (2002) en Mark Renshaw (2006) en de Franse stofvreter Frédéric Guesdon (2008).

In de voorbije tien jaar waren er maar liefst acht Fransen aan het feest. Alleen de Canadees Ryan Roth en de Deen Martin Mortensen konden de hegemonie doorbreken. Iemand die ook op de erelijst prijkt, is Alexandre Geniez. De gevierde klimmer – dit jaar alweer goed voor drie zegeruikers – vatte na zijn zege in 2015 de essentie van de Tro-Bro Léon goed samen. “Deze race zorgt voor chaos, maar het is daarmee ook een geweldige wedstrijd. Het deed me denken aan een mountainbikekoers.”

Deze race zorgt voor chaos, maar het is daarmee ook een geweldige wedstrijd. Het deed me denken aan een mountainbikekoers
Alexandre Geniez 

Laatste tien winnaars Tro-Bro Léon
2008: flag-fr Frédéric Guesdon
2009: flag-fr Saïd Haddou
2010: flag-fr Jérémy Roy
2011: flag-fr Vincent Jérôme
2012: flag-ca Ryan Roth
2013: flag-fr Francis Mourey
2014: flag-fr Adrien Petit
2015: flag-fr Alexandre Geniez
2016: flag-dk Martin Mortensen
2017: flag-fr Damien Gaudin

Parcours

Waarom wilde Mellouët het wielerpeloton 34 jaar geleden lokken naar Bretagne? Om ze te laten kennismaken met de zogeheten ribinou; de typische Bretoense grindwegen. Boerenlandweggetjes die men vaak vergelijkt met de Noord-Franse keien van Parijs-Roubaix. Ze luisteren ook wel naar de naam pavé van Bretagne. De Tro-Bro Léon als le petit Paris-Roubaix (de kleine Parijs-Roubaix) of l’Enfer de l’Ouest (De Hel van het Westen). Maar het temmen van beide ondergronden vereist een totaal andere aanpak.

Waar insiders De Hel van het Noorden weleens beschouwen als het mekka van de crossers, is renner Pierre-Luc Périchon van mening dat dit eerder van toepassing is op de Tro-Bro Léon. “De aanloop naar de ribinoù doet wel denken aan Parijs-Roubaix. Maar eenmaal op de stroken zelf, heeft het meer weg van cyclocross.” In vergelijking met de keien van Parijs-Roubaix, die door de mens zijn aangelegd en onderhouden, zijn de ribinoù door de eeuwen heen natuurlijk ontstaan. Ze verschillen daarnaast van ondergrond en samenstelling, wat de dynamiek van de wedstrijd ten goede komt.

De aanloop naar de ribinoù doet wel denken aan Parijs-Roubaix. Maar eenmaal op de stroken zelf, heeft het meer weg van cyclocross
Pierre-Luc Périchon

Maar hoe ziet de ideale ribinoù er nu uit? Als we Mellouët mogen geloven zijn dat twee parallelle zandwegen, in het midden gescheiden door een strook gras. Volgens de parcoursbouwer schuilt er weinig gevaar in het rijden op ribinoù. “Ze zijn niet gevaarlijk, zelfs als het regent. Als een renner valt, belandt hij in de graskant.” Wat overigens niet wil zeggen dat lekke banden en vastlopende kettingen niet als adders onder de boerenlandweggetjes liggen. De pechduivel draait tijdens Tro-Bro León overuren.

Tro Bro Leon

De volgens Mellouët ideale ribinoù: twee zandwegen met in het midden een strook gras – foto: Henri Santing

Over een afstand van 203,2 kilometer liggen 27 ribinoù de renners met een satanisch genoegen op te wachten, goed voor een totale afstand van 33,3 kilometer. De coureurs zullen met andere woorden ruim 16% van de tijd over de onverharde Bretoense landwegen koersen. Voordat de eerste ribinoù opdoemen, zal in Lannilis – een gemeente in het Franse departement Finistère – rond de klok van 13.15 uur de koers van start gaan. Hierna zetten de renners via de kust vaart richting havenstad Brest. Na respectievelijk 47 en 57 kilometer doemen met de Ty Douar (2100 meter) en Roudouverny (2300 meter) de eerste twee onverharde sectoren op.

Eenmaal Landernau gepasseerd – na kilometerpaal 75 – volgen de ribinoù elkaar in rap tempo op. Wanneer Kerlouan (130 km) in zicht is, zijn er al elf onverharde stroken afgevinkt. Hierop volgen goed vijftien kilometer waarin de coureurs de laatste plichtplegingen kunnen doen, want vanaf sector twaalf is het volle bak tot aan de finish. In de laatste zestig kilometer staan maar liefst vijftien ribinoù op het menu. Eenmaal aangekomen in start- en finishplaats Lannilis, staan er nog twee lokale rondes van 4,7 kilometer op de planning, waarin de 700 meter lange strook van Meshuel nog te wachten staat. Dit boerenlandweggetje moet het peloton uiteindelijk drie keer trotseren, met de laatste passage op slechts 2,1 kilometer van de meet.

Favorieten
De Tro-Bro Léon is de achtste van in totaal vijftien manches in de Coupe de France, het Franse regelmatigheidsklassement van Franse 1.1-wedstrijden. In Lannilis zullen twaalf ploegen het startblad ondertekenen. Met Groupama-FDJ en AG2R La Mondiale geven twee WorldTour-formaties acte de présence. Het aantal ProContinentale-teams oogt indrukwekkender met acht stuks, gevolgd door de twee overgebleven continentale ploegen Cibel-Cebon en Tarteletto-Isorex.

Samuel Dumoulin won in een ver verleden tweemaal de Tro-Bro Léon – foto: Sirotti

Als we de twee WorldTour-formaties ontleden, dan zien we dat AG2R La Mondiale het schaakbord betreedt met meerdere pionnen. De meest in het oog springende naam, zeker wat betreft zijn track record in de Tro-Bro Léon, is Samuel Dumoulin. De kleine Franse sprinter wist namelijk al tweemaal de Bretoense grond te temmen; zowel in 2003 als 2004 mocht hij als eindwinnaar het podium op. Dit mag dan wel vijftien (!) jaar geleden zijn, de inmiddels 37-jarige Dumoulin reed de afgelopen maanden al negenmaal naar een top 10-notering in verscheidene Franse koersen. Kan hij zich na anderhalve decennium weer eens kronen tot vainqueur van de Tro-Bro Léon?

Naast Dumoulin kan de ploeg nog enkele kaarten op tafel gooien. Wat mogen we bijvoorbeeld verwachten van kasseienvreter Stijn Vandenbergh? Voor zijn zware val in de Vierdaagse van Duinkerke van 2017 kleurde de rijzige Belg nadrukkelijk de voorjaarsklassiekers. Sindsdien heeft hij echter moeite om zijn oude niveau te halen. Toch liet hij zich in de voorbije Parijs-Roubaix (32e) positief opmerken in de finale. Andere gevaarlijke klanten zijn Gediminas Bagdonas (de nummer vijf van Le Samyn), sterke sprinter Rudy Barbier en de immer onvoorspelbare Alexis Gougeard.

Groupama-FDJ heeft net als AG2R La Mondiale zijn lot niet verbonden aan een absolute kopman, maar start met een resem vrijbuiters die op een goede dag ver kunnen komen. Wellicht is de jonge Daniel Hoelgaard de renner met de beste papieren. Dit seizoen kwam hij al dichtbij de overwinning in de Classic Loire Atlantique (tweede), terwijl hij zich in de Cholet-Pays de la Loire (zesde) en Parijs-Camembert (dertiende) ook vooraan wist te nestelen. Kan de Noor zijn hoogvorm verzilveren op de Bretoense grindwegen?

Titelverdediger Damien Gaudin leeft op bij heroïsche koersen a la de Tro-Bro Léon – foto: Sirotti

Wil AG2R La Mondiale zegevierend over de meet komen, dan zal het wel voorbij titelverdediger Damien Gaudin moeten. De carrière van de bonkige Fransman leek eind 2016 op een dood spoor te zitten, na zijn geruisloze vertrek bij nota bene AG2R La Mondiale. Bij de continentale legerploeg Armée de Terre veerde de kasseienvreter echter op, wat resulteerde in vijf overwinningen en een promotie naar Direct Energie. De Tro-Bro León was de mooiste van allemaal, zo erkende hij na afloop. “De Tro-Bro Léon is mythisch. Het is een tweede Parijs-Roubaix”. Hij zal dan ook graag een twee op een rij versieren, zeker na zijn recente opgave in De Hel van het Noorden. Gaudin zal zich ongetwijfeld vastklampen aan zijn prestatie in Le Samyn (derde), toen hij na een beresterke koers slechts hoefde te zwichten voor een ijzersterk Quick-Step Floors.

De Tro-Bro Léon is mythisch. Het is een tweede Parijs-Roubaix
– Damien Gaudin

Gaudin klopte vorig jaar medevluchter Frederik Backaert in een sprint-à-deux, nadat beiden de hele dag voorop hadden gereden. De Belg is net als de Fransman ook dit jaar weer van de partij, en zal hopen op een vergelijkbaar scenario. Wie de uitslagen erbij pakt van de coureur van Wanty-Groupe Gobert, ziet dat hij al het hele voorjaar voorzichtig op de deur bonkt. Zo eindigde hij in een knotsgekke editie van de E3 Harelbeke knap als vijftiende, en reed hij in een ijskoude versie van Le Samyn naar een negende plaats. Backaert kan met andere woorden genoeg adelbrieven voorleggen voor zijn favoriete koers. Een andere Belg die wellicht kan verrassen, is Roy Jans. De 27-jarige sprinter rijdt een uitstekend seizoen in dienst van het nietige Cibel-Cebon, met onder meer ritwinst in de Circuit des Ardennes en een podiumplaats in de Cholet-Pays de la Loire. De vraag is echter: kan Jans ook in een uitputtingsslag als de Tro-Bro León zijn streng trekken?

De Tro-Bro Léon is mijn favoriete koers. Het is de Strade Bianche van West-Frankrijk
Frederick Backaert 

Kan Christophe Laporte zijn succesvolle eerste seizoenshelft afsluiten met een knaller? – foto: Sirotti

De Franse ProContinental-ploegen zullen de wedstrijd ongetwijfeld kleuren, want het herbergt meerdere kanshebbers voor een goed resultaat. Zo start Cofidis met twee rappe mannen die ook in een zwaardere koers met de besten mee moeten kunnen. Christophe Laporte liet dit zien in Gent-Wevelgem (vierde) en Milaan-San Remo (dertiende), maar in Parijs-Roubaix vertoonde hij tekenen van vermoeidheid na een lang en succesvol voorseizoen. Kan hij zich nog één keer oprichten? Hugo Hofstetter is een andere jonge Franse sprinter die zich binnen Cofidis stormachtig weet te ontwikkelen. Hij reed zich dit seizoen al twaalf keer bij de eerste tien. Een zege ontbreekt echter nog op het palmares van Hofstetter. Kan hij in de Tro-Bro Léon – waar hij vorig jaar al naar een tiende stek wist te sprinten – zorgen voor de spreekwoordelijke kers op de taart?

Vital Concept stuurt dan weer Johan Le Bon naar de frontlinie. De 27-jarige Fransman heeft zijn belofte nooit kunnen inlossen, maar rijdt in dienst van zijn nieuwe werkgever zeker niet onverdienstelijk. Zo stak hij in de Ster van Bessèges (tiende) en de Ronde van Drenthe (negende) al zijn neus aan het venster. Dat Le Bon goed uit de voeten kan op de Bretoense landweggetjes, bewees hij met een tweede en vijfde plaats in respectievelijk 2013 en 2016. Zijn reactie nadat hij als tweede eindigde achter ploegmaat Francis Mourey, verraadde destijds ambitie. “Ik hoop ooit deze koers te winnen, net als mijn vader.” Komende zondag krijgt hij opnieuw de kans om in de voetsporen te treden van zijn vader Dominique, die hier won in 1987.

Ik hoop ooit deze koers te winnen, net als mijn vader
Johan Le Bon

Toptalent Damien Touzé laat al mooie dingen zien op het hoogste niveau – foto: Sirotti

Er staan tot slot nog een rits Fransen aan het vertrek die hopen op een goedkeurend knikje van opper-Bretoen Hinault. Zo staat de nummer vier van vorig jaar – Laurent Pichon (Fortuneo-Samsic) – aan het vertrek, net als zijn ploeggenoot Pierre-Luc Perichon, die vier jaar geleden nog als vierde finishte. Ook Damien Touzé geeft reist af naar Bretagne: kan het grote talent voor dit soort eendagklassiekers zijn achtste stek van vorig jaar verbeteren? Dat de Fransman het continentale niveau van zijn ploeg St. Michel-Auber93 allang is ontstegen, liet hij zien met straffe eindnoteringen in de Classic Loire Atlantique (vierde) en Parijs-Camembert (vijfde).

Het is ook nog uitkijken naar Matthieu Ladagnous (Groupama-FDJ). Een vraag is of Fortuneo-Samsic-coureur Benoît Jarrier – runner-up in 2012 én 2015 – na enkele misperen weer kan meedoen om de overwinning. En wat met de Italiaan in Franse dienst Mauro Finetto (Delko Marseille Provence KTM), Amaury Capiot en Piet Allegaert (Sport Vlaanderen-Baloise) en onze landgenoot Rob Ruijgh (Tarteletto-Isorex)?

Favorieten volgens WielerFlits
**** Damien Gaudin
*** Hugo Hofstetter, Frederik Backaert
** Damien Touzé, Johan Le Bon, Laurent Pichon
* Samuel Dumoulin, Christophe Laporte, Daniel Hoelgaard, Alexis Gougeard

Website organisatie
Deelnemerslijst
Parcours

Weer en TV
De Tro-Bro León is vanuit zichzelf al heroïsch genoeg, maar de weergoden zullen zondag naar alle waarschijnlijkheid een extra duit in het zakje doen. De neerslag zal niet met bakken uit de hemel vallen, maar regenbuien kunnen de Bretoense landweggetjes doen veranderen in modderstroken. Daarnaast waait de wind met een kracht van vijf op de schaal van Beaufort vanuit het zuiden, wat het apocalyptische karakter van de koers alleen maar zal doen vergroten. De gemiddelde temperatuur zal schommelen rond de zestien graden Celsius.

De wedstrijd is net als de voorbije jaren live te zien op Eurosport. Vanwege de Amstel Gold Race – die op dezelfde dag plaatsvindt – zal de Tro-Bro Léon pas laat zijn besluit vinden. Dit betekent dat Eurosport 1 er vanaf 17.30 uur live bij is. Bespreek het wedstrijdverloop van de koers in de Volg Hier van WielerFlits.

[poll id=”776″]

RIDE Magazine
19 Reacties
Sorteer op:
13 april 2018 19:06
Leuk, een voorbeschouwing op deze wedstrijd.
13 april 2018 19:14
Bert De Backer gaat dicht komen
13 april 2018 19:56
Lekker bezig WF !

Deze koers moet natuurlijk naar de zaterdag gehaald worden en dan het hele veld rouleurs en stampers binnentrekken dat veel meer hier te zoeken heeft dan in Limburg.
13 april 2018 20:19
Mooie voorbeschouwing!
13 april 2018 20:31
Zou de ASO het ooit aandurven om een dergelijk ritje in de Tour te doen? Strade Bianche werd door die heroïsche etappe in de Giro immers bekend en omarmd door het mondiale wielerpubliek.
13 april 2018 21:23
van Aert zou hier topfavoriet zijn nowadays
13 april 2018 23:38
Mooie voorbeschouwing van een mooie koers. Deelnemersveld zou een onsje meer mogen zijn maar misschien is de luwte juist wel lekker. Anders wordt er weer getoeterd dat het zo snel mogelijk WT moet worden en da’s wel het laatste wat we willen.
14 april 2018 04:35
Mooie voorbeschouwing, maar”loin avec le roi” is geen Frans. En Francais, on dirait plutot “a bas le roi”
14 april 2018 08:34
Lekkere voorbeschouwing, goed gevoel voor historie en koers. Mooie koers, wellicht nog net iets meer bekendheid. Voorlopig zeker geen WT, gewoon lekker koersen hier.
14 april 2018 09:12
Amaury Capiot had wel een vermelding verdiend.
14 april 2018 10:04
@Romans Vainsteins Ja, dat wel; maar hij zou natuurlijk uiteindelijk geklopt worden door Taco van der Hoorn. Ik hoop trouwens dat we die weer gauw op de fiets zien.
14 april 2018 13:11
Blijf die Gaudin echt of een DNF renner vinden en anders gewoon top 10. Snap dat niet helemaal met die jongen.
14 april 2018 15:04
hulde Wielerflits, mooie voorbeschouwing.

Romans, geheel met je eens, deze koers naar de zaterdag en ik hang de hele dag voor de tv. Samen met Strade Bianche en Le Samyn de meest heroische koers van het jaar.
14 april 2018 20:15
Voor zij die willen weten wat ze missen als ze naar al die o zo herkenbare limburgse weggetjes turen. https://www.youtube.com/watch?v=HQ_mqSdzMuY
14 april 2018 21:36
gaaf dat de organisatie de finishtijd aanpast zodat we na Amstel de koers live kunnen zien
14 april 2018 23:25
@Wim +1
Koers van vorig jaar echt met open mond gekeken. Strijd, prachtige wegen en echt fantastische omgeving. Heerlijk!
15 april 2018 10:23
@Wim
Vergeet Dwars door het Hageland niet, ook een geweldige koers in dit genre! Ben benieuwd naar de koers vandaag, gaaf om te zien, en hopelijk is er nog ergens een streampje eerder te vinden.
15 april 2018 12:35
Dwars dh Hageland, schaal Sels en ook Slag om Norg heerlijk.
15 april 2018 15:05
Purito +1000, schitterende voorbeschouwing met affiniteit voor de mythes en de uiteraard de regio zelf.

Toch grappig dat het juist dit soort historische ondergronden zijn (ribinoù, prachtig woord ook) die de toekomst lijken te hebben in het wielrennen, al mag deze vooral een walhalla blijven voor de locals en een enkele wielerhipster. Verhoogt alleen maar de cultstatus.

GP Herning in Denemarken is trouwens ook nog zo'n mooie.

Om te reageren moet je ingelogd zijn.