Vrijdag, de dertiende: hoe Larissa Hartog per ongeluk in de cross belandde
Hartog in Essen vorig jaar met nummer dertien - foto: Mabel Böhms
Youri IJnsen
zaterdag 30 november 2024 om 08:13

Vrijdag, de dertiende: hoe Larissa Hartog per ongeluk in de cross belandde

Op vrijdag om 13.13 uur lees je in onze winterse rubriek ‘Vrijdag, de dertiende’ een interview met een crosser of veldrijdster die in een van de weken voordien als dertiende is geëindigd. Dat loopt uiteen van de junioren meisjes tot aan de elite mannen, van C2-cross tot WK. Wat is het verhaal? Deze week de nummer dertien van de Flandriencross in Hamme bij de elite vrouwen: Larissa Hartog.

Door een hersenschudding in september kon de crosster van ZZPR-Orange Babies pas in de tweede week van november haar eerste veldrit rijden. De eerste klassementscross die ze deed was de X2O Trofee-manche in Hamme, de Flandriencross. “Ik ging van start op de derde rij. Dat ging goed, want ik dook als zesde het veld in. In het parcours zat één modderstrook en net daar koos ik het verkeerde spoor. Ik kwam stil te staan. Het was overweldigend om te zien hoe Lucinda Brand en Laura Verdonschot voorbij snelden. Dat ging mij net even te rap, ik had ook geen goede benen. Ik kwam toen op plek dertien terecht en heb daarna heel de cross in mijn eentje gereden.”

Groot mountainbike-talent
Toch was Hartog niet voorbestemd als veldrijdster. In de jeugdcategorieën behoorde ze namelijk tot de grootste mountainbike-talenten van ons land. Als eerstejaars junior werd ze nog Nederlands kampioen, een jaar later werd ze tweede achter winnares Puck Pieterse en voor Fem van Empel. “Ik ben daarmee begonnen toen ik in groep drie zat. De juf hield toen een presentatie over verschillende sporten die je kunt doen. Één daarvan was offroad fietsen. Toen ik thuiskwam wist ik de naam niet meer en zei ik tegen mijn ouders – die niet uit het wielrennen komen – dat je over heuveltjes moet fietsen. Daarna zijn we naar de lokale club in Honselersdijk (Westland Wil Vooruit, red.) gegaan.”

Hartog is meteen verkocht en vanuit het Zuid-Hollandse De Lier groeit ze uit tot een nationaal talent. Totdat ze last krijgt van onverklaarbare vermoeidheidsklachten. Die houden ruim tweeënhalf jaar aan. In 2020 bereikt ze het dieptepunt, als ze niet eens meer een half uurtje kan fietsen in training. Ze stopt ermee. “We wisten niet waar het vandaan kwam. Elke keer als ik op de fiets stapte voelde het alsof ik een heel zware wedstrijd van drie uur keihard fietsen had gereden. Mijn benen waren altijd verzuurd, ze waren altijd zwaar. Er kwam gewoon niet zoveel energie uit. Via verschillende bloedonderzoeken en andere testen konden we niets vinden en dus besloot ik ermee te stoppen.”

Het laatste redmiddel
In maart 2021 hoort ze via-via van een EMB-test bij een diëtist. Hartog vindt het een beetje zweverig, maar ziet het als haar laatste poging om haar probleem te ontdekken. “Daar kwam uit dat ik intolerant ben voor gluten en lactose”, legt ze uit. “Drie maanden lang heb ik volledig gluten- en lactosevrij gegeten. Dat was écht héél moeilijk, want maak maar eens een maaltijd waar dat niet in zit. Laat staan drie op een dag, drie maanden lang. Wat bleek: het werkte! Ik kon weer fietsen zonder dat ik last van mijn benen had. Sindsdien let ik veel meer op wat ik eet, dat het niet te veel is. Blijkbaar kan mijn lichaam daar niet zo goed tegen. Nu is dat onder controle.”

Hartog vond niet het plezier terug in de mountainbike, om zoals vroeger heel de wereld over te reizen. Ze koos voor wegwielrennen als nieuwe uitdaging. Om die volgende winter (2022 op 2023) door te komen, wilde ze als laatstejaars belofte ‘gewoon’ een paar crossjes rijden. Dat ging eigenlijk veel beter dan ze verwacht had. Op het NK werd ze derde bij de beloften vrouwen en niet veel later belde bondscoach Gerben de Knegt – die ze nog uit het mountainbiken kende – op: ‘je gaat het WK in Hoogerheide rijden’. “Ik had toen ook al twee Wereldbekers gedaan, maar dat was niet zo succesvol. Dat waren net twee waarbij je veel moest lopen, maar dat kon ik helemaal nog niet.”

Hartog werd in 2023 derde bij het NK veldrijden U23, achter winnares Leonie Bentveld en Iris Offerein – foto: Cor Vos

‘Per ongeluk vond ik crossen ineens heel leuk!’
Hartog vond er wel een nieuwe uitdaging. “Met het idee dat ik zou overwinteren, ben ik een beetje per ongeluk in de cross beland”, lacht de Zuid-Hollandse, die tegenwoordig op haar zelf in Delft woont. “Ik vond het veel leuker dan verwacht! Toen heb ik besloten om vorige winter voor het eerst een heel seizoen te rijden. Mijn basistechniek uit het mountainbiken is supergoed, al is de cross wel anders. Maar ik merk wel dat ik in sommige passages daardoor sneller doorrijd. Maar het was vooral het lopen wat moeilijk was. In het begin kon ik dat geen vijf minuten volhouden, omdat mijn spieren dat niet gewend waren. Vooral afgelopen jaar trainde ik veel op hardlopen.”

Ze noemde zichzelf in loopcrossen voorheen kansloos. Hartog is nieuwsgierig of ze het dit jaar beter gaat doen in dat soort wedstrijden. “Maar dat komt vast goed. Niet om zielig te zijn, maar in het verleden heb ik echt veel pech gehad. Sinds de nieuwelingen is er ieder jaar wel iets van een blessure of tegenvaller geweest. Daar heb ik wel doorzettingsvermogen mee ontwikkeld, om steeds weer uit dat kuiltje te klimmen. Dat is wel een positieve eigenschap van mij, waar anderen wellicht allang bij de pakken neer waren gaan zitten. Daar ben ik wel trots op.”

Ze crosst dus sinds vorige winter voor ZZPR-Orange Babies, waar ze het ontzettend naar haar zin heeft. “Ik voel me goed bij de ploeg en ze ondersteunen me met goed materiaal en specifieke crosstrainingen. Daarnaast is het fijn om van ploeggenoten een aantal specifieke crosstips te krijgen, omdat ikzelf wat minder ervaring heb in de veldritwereld. Ook voel ik geen druk om te presteren bij mijn team.. Alleen is het jammer dat verre reizen er niet echt inzitten. Mechaniekers moeten dan bijvoorbeeld ook vrij vragen om met me mee te gaan. Dat zorgt ervoor dat ik de Wereldbekers in Dublin en Sardinië niet zal rijden.”

Hartog op het WK U23 in Hoogerheide, 2023 – foto: Cor Vos

Voorspellingsmodel voor ongeboren baby’s
Maar wie denkt dat Hartog zich de komende twee weken verveelt, heeft het goed mis. “Afgelopen juni ben ik afgestudeerd aan de opleiding Toegepaste Wiskunde. Ik werk nu part-time op dinsdag – mijn rustdag in de week – en op drie andere ochtenden of middagen als data scientist bij het onderzoekscentrum voor gezondheidszorg op de Hogeschool van Rotterdam. Ik onderzoek data uit het verleden, waarmee we in de toekomst beter kunnen handelen en gezondheidszorg kunnen verbeteren. Op dit moment kijk ik naar de database van alle pasgeborenen in Nederland. Dat doe ik omdat ik werk aan een voorspellingsmodel om te kijken of er vroegtijdige zorg nodig kan zijn.”

“Wat ik dan doe is dat ik ga kijken of ik tijdens de zwangerschap van een vrouw kan voorspellen of we haar baby’tje op de neonatale intensive care moeten opnemen”, legt Hartog uit. “Dat is eigenlijk de IC voor baby’tjes. We proberen er alles aan te doen om de overlevingskansen van een baby te vergroten. Het doel is dat we de vroegtijdige zorg alvast klaar kunnen maken, dat daar minder tijd tussen zit. Maar ook aan de andere kant, dat we aan een vrouw het advies kunnen geven dat het beter is om in het ziekenhuis te bevallen. Met alle data die ik heb, probeer ik dus een risicoanalyse te maken of een kindje zorg nodig heeft en daarna sneller de juiste zorg ook krijgt. Gelukkig heb ik veel vrijheid in het indelen van mijn uren om te crossen.”


Profiel Larissa Hartog

Hartog in Hamme, met Sanne Cant achter zich – foto: SportifyLens

Naam: Larissa Hartog
Land: flag-nl Nederland
Leeftijd: 23 jaar
Categorie: elite vrouwen
Ploeg: ZZPR-Orange Babies
Favoriete cross: “Ik heb er twee. Herentals, want daar kan ik met mijn mountainbike-achtergrond gewoon heel goed uit de voeten. En Zonhoven, die vind ik echt gaaf! Sowieso dat parcours met die zandkuilen, maar helemaal de sfeer die er hangt. Vorig jaar reed ik hem voor het eerst, dat was echt schitterend.”
Als ik geen crosser was, was ik: “Zonder twijfel fulltime data scientist. Waarschijnlijk was ik daar dan verder in gaan kijken of ik ook mijn PhD zou kunnen doen.”
Carrièredoel: “Zo veel mogelijk eruit halen. Ik vind het heel interessant om te zien hoe ver ik kan komen met mijn capaciteiten. Ik hoop vooral een keer op een jaar zonder pech, dat ik mezelf echt kan ontpoppen. Hoe veel rek erop zit, weet ik niet. Maar ik werk hard om dit jaar een stap te zetten om aan te sluiten bij de subtop.”
Bijgelovig: “Nee, eigenlijk niet. Ik heb ook geen ongeluksgetal. Sommige rensters draaien nummer dertien bijvoorbeeld om, maar dat soort zaken doe ik niet. Misschien brengt dat nummer juist wel geluk.”


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.