Vuelta 2020: Op rapport bij Koen de Kort – “Een krappe voldoende”
Van links naar rechts: López, Liepiņš, De Kort, Ries en Eg - foto: Trek-Segafredo
Youri IJnsen
zondag 15 november 2020 om 08:40

Vuelta 2020: Op rapport bij Koen de Kort – “Een krappe voldoende”

Voor, tijdens en nu ook na de Vuelta a España hield Koen de Kort voor WielerFlits wekelijks een rapportje bij over het optreden van zijn vooral jonge ploeggenoten in de Ronde van Spanje. Vandaag het laatste deel in deze rubriek; het eindoordeel.

We bellen enkele dagen na de finish van de Vuelta, en bijval het gehele wielerseizoen met de 38-jarige Nederlander. Hij is op dat moment druk met het regelen van een aantal zaken in zijn eigen restaurant in Andorra, dat te maken heeft met de gevolgen van het coronavirus.

Ook de Vuelta kreeg daarmee te maken. De maatregelen die door de organisatie en ploegen echter getroffen zijn, verdienen volgens De Kort een pluim. “Er werd constant op gehamerd op het naleven van de bubbels, die sowieso heel sterk waren. Dus ook in de hotels. Tijdens de koers waren er heel vaak geen toeschouwers. En als ze er waren, stonden ze op afstand.”

“Ook de interviews vonden plaats op afstand. Het was allemaal echt heel strak en helder. De PCR-testen waren duidelijk, makkelijk en snel. Alles straalde veiligheid uit. Ik voelde me er in ieder geval veilig”, gaat de Nederlander verder.

“Of ik me veiliger voelde dan in andere koersen? Ja. Al hoorde ik dat het in de Tour de France ook zeker zo streng was en goed geregeld. In andere wedstrijden was het ook wel goed geregeld, maar dan zat je in hotels waar het dan weer niet zo was. In de Vuelta waren we altijd de enige op een verdieping in het hotel, altijd een individuele kamer voor het eten. Altijd afgezonderd.”


flag-dk Niklas Eg (25)

De Deense klimmer Niklas Eg – die eerder al de Tour de France betwistte – reed volgens De Kort heel erg sterk in die vijftiende rit. “Niklas is pas 25 jaar oud en dit was zijn tweede grote ronde van het jaar. In de toekomst gaat hij daar zeker profijt van hebben. Maar de laatste week was voor hem wel lastig”, aldus de Nederlander.

“Het was voor hem goed dat de Vuelta was afgelopen. Je merkte dat hij aan het einde van zijn latijn was. Ik keek bijvoorbeeld al uit naar het einde, moet je nagaan hoe dat is als je twee grote rondes in één seizoen rijdt. Dat is niet zo gek. Achteraf kun je stellen dat hij het laatste restje energie in rit vijftien heeft gebruikt.”


flag-lv Emīls Liepiņš (27)

Emils Liepins – foto: Cor Vos

Voor Emīls Liepiņš was vooral die vijftiende etappe naar Puebla de Sanabria (uiteindelijk gewonnen door Jasper Philipsen) een goede leerschool. “Vanuit de ploeg was aangegeven dat we hoe dan ook voor hem zouden rijden, slechte dag of niet”, legt De Kort uit.

“We hadden ook niemand in de kopgroep – dat was wel de bedoeling – die dag, dus we hadden niets te verliezen. Juan Pedro López heeft wel nog geprobeerd om in zijn eentje over te steken naar de eerste kopgroep, maar zij werden allemaal teruggehaald door het peloton. Daarna zijn we gaan rijden. Emīls gaf aan dat hij er niet veel vertrouwen in had, maar dat hij het wel wilde proberen. Dat kwam er uiteindelijk niet uit, maar dat gebeurt.”

Het voornaamste wat de Let deze ronde geleerd heeft, is alles rondom de situatie met Sam Bennett in de negende etappe. De Ier werd na twee kopstoten gedeclasseerd, waarbij Liepiņš ook het nodige over zich heen kreeg.

“Dat is een ervaring die hij de rest van zijn carrière zal meedragen. Ook heeft hij de druk vanuit de ploeg gekregen, dat we voor hem gingen rijden in de vijftiende etappe. Dat zal hij in de toekomst ook zeker meenemen. Hij heeft twee sprints gereden. In die rit met Bennett zat hij perfect en in Madrid liep het plan dat wij samen bedacht hadden niet helemaal lekker. Ook als lead out leert hij daarvan.”


flag-es Juan Pedro López (23) en flag-lu Michel Ries

Juan Pedro López zat in de bergrit naar La Covatilla nog mee in de kopgroep en was er hoop op een uitschieter. Die kwam er niet. “Behoudens de vijftiende etappe, was het niet helemaal wat we ervan gehoopt hadden”, vindt de ervaren Nederlander.

“We hadden iets vaker willen meegaan met ontsnappingen. Maar als je vol rijdt tijdens zo’n vijftiende rit met heel veel hoogtemeters, kou, regen en wind, dan heb je daar de volgende dag – zeker tijdens een derde week in een grote ronde – nog wel last van. Al bij al hadden we dus iets meer van die laatste week verwacht. Maar ook dat is weer een goed leermoment voor hen geweest.”

JuanPe López – foto: Cor Vos

Voor Michel Ries en ook López was het vooral jammer dat Kenny Elissonde vroeg moest afhaken, onderstreept De Kort nogmaals. De Franse klimmer was nochtans goed begonnen. “Voor hen en ook voor de rest van de ploeg, is dat doorslaggevend geweest”, zegt De Kort.

“Het had heel veel kunnen schelen in met name uitslagen. Daarnaast hadden Michel en JuanPe heel veel van hem kunnen leren in de bergen. Dat is gewoon heel erg jammer. Desondanks hebben zij – en ook de andere jongens – dat stuk voor stuk goed opgepakt. Iedereen is er voor blijven vechten en dat is ook een verdienste die ze met zich blijven meedragen de komende jaren.”


flag-nl Koen de Kort (38)

In de slotweek had Trek-Segafredo één rit aangestipt waar ze een sprint wilden bewerkstelligen voor Emīls Liepiņš. Dat was de etappe die uiteindelijk werd gewonnen door Jasper Philipsen. “Helaas had Emīls daar een slechte dag”, vertelt De Kort.

“Hij werd eraf gereden. Uiteindelijk moest ik daar zelf sprinten en dat was toch wat onverwacht. Ik zat er zelf ook helemaal doorheen aan de finish. Maar goed, ik was er nog bij en ik heb gesprint, al was dat niet voor een heel mooi resultaat (zeventiende, red.). Als ploeg was het goed om echt mee te doen. We hebben daar een bijdrage geleverd aan de koers en dat is belangrijk.”

De Kort had vooraf zelf ook de ambitie uitgesproken om voor eigen kans te rijden. “Ik moet eerlijk zeggen dat op de momenten waar de kopgroep over het algemeen is weggereden, het terrein te lastig was voor mij. Ik kon toen simpelweg niet mee. Het is elke dag echt oorlog geweest”, zegt hij.

“Dat ik niet in een kopgroep heb gezeten is op zich jammer, maar ik had daarvoor ook heel weinig kansen. Mijn hoofddoel was om de jonge jongens te begeleiden. Dat is denk ik wel heel goed gelukt. Ik heb één keer voor mezelf kunnen sprinten, dat ging niet heel vlot. Voor mezelf rijden, daar ben ik blijkbaar niet heel goed meer in”, grapt De Kort.

De Kort tijdens de tijdrit in de Vuelta – foto: Cor Vos

Een teleurstelling wil hij dat echter niet noemen. “Nu, achteraf, misschien wel. Maar als ik het seizoen in z’n geheel bekijk, dan niet. Ik heb me het hele jaar niet in topvorm gevoeld. In de Vuelta had ik dat gevoel wel. Daarom kan ik het heel moeilijk als een teleurstelling zien”, geeft hij aan.

“Deze Vuelta is voor mij juist een bevestiging geweest dat ik er nog steeds toe doe als renner. Ook als begeleider van die jonge mannen heb ik voor mezelf kunnen bewijzen dat ik volgend seizoen nog een plaats heb ik het peloton. Niet alleen omdat ik nog een contract heb, maar ook omdat ik er nog iets te zoeken heb. Wat dat betreft is de Vuelta echt goed geweest.”


Eindoordeel voor het team

Trek-Segafredo trok naar Spanje met de doelstelling om veel te leren. “Dat is sowieso gelukt”, beoordeelt De Kort. “Soms hadden we iets meer geluk kunnen hebben. Als ploeg hoop je echter altijd op meer. We eindigen met vijf renners. Twee jongens (Kenny Elissonde en Matteo Moschetti, red.) die al vroeg wegvallen en eentje (Alexander Kamp, red.) die later uitviel, maar waarvan we wel dachten dat hij het einde zou halen. Dat bemoeilijkt de situatie ook wel. Ik denk alleen niet dat we super tevreden mogen zijn, al gingen we hier niet naartoe met de verwachting om ritten te winnen of een goed klassement te rijden.”

“Aan de andere kant hebben we ook niet zwaar teleurgesteld. We hebben ons doel bereikt, er had alleen meer ingezeten. De grootste winst is dat al die jonge jongens niet meer dezelfde renner zijn als dat ze drie weken geleden waren, vooral qua koersinzicht”, vindt de routinier.

“Een grote ronde is van een ander niveau. Zeker dit jaar lag dat in de Vuelta heel hoog. Wat voor cijfer ik onszelf zou geven? Dat vind ik lastig, maar dan geef ik het een krappe voldoende. We moeten wel eerlijk blijven. Je kunt niet zeggen dat je het supergoed gedaan hebt, zonder topresultaat. Maar een onvoldoende vind ik ook niet op z’n plek.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.