Als we het Baskische EITB mogen geloven, dan zal de Vuelta a España ook volgend jaar een bezoekje brengen aan het wielergekke Baskenland. De derde grote ronde van het jaar begint eerst met een driedaagse passage door Nederland, maar vervolgens reist de karavaan door naar het uiterste noorden van Spanje.

Eind vorig jaar werd bekend dat de Vuelta a España 2020 start in Nederland. Het begint allemaal op vrijdag 14 augustus met een ploegentijdrit in het centrum van Utrecht, gevolgd door een rit van Den Bosch naar (opnieuw) Utrecht. De derde en laatste etappe op Nederlands grondgebied brengt de renners van en naar Breda.

Het is vrij ongebruikelijk, maar volgens EITB krijgen de renners op maandag al een eerste rustdag voorgeschoteld. Een dag later is het dan weer tijd voor de eerste etappe op Baskische bodem, om precies te zijn tussen Irun en Arrate, een bijna zeshonderd meter hoge berg net buiten de stad Éibar.

Klimmen naar Arrate 
Deze beklimming is een bijna jaarlijkse scherprechter in de Ronde van het Baskenland, maar ook de Vuelta heeft ervaring met het finishen bij het iconische Heiligdom van Arrate. De organisatie speelt met het idee om de Arrate via Karakate op te rijden, een beklimming van bijna zes kilometer aan 8%.

De Vuelta zal het Baskenland woensdag weer verlaten, om in de derde week weer terug te keren voor een etappe van Vitoria-Gasteiz naar Álava. Koersdirecteur Javier Guillén zou denken aan een aankomst bij het heiligdom van Estibaliz. Het definitieve parcours zal op woensdag 18 december worden gepresenteerd.