Borut Bozic had afgelopen seizoen een groot aandeel in het succesvolle debuutjaar van Vacansoleil. Na een etappezege bij zijn debuut in een grote ronde had de Sloveen de ploegen voor het uitkiezen. Hij besloot echter Vacansoleil trouw te blijven. Ambitieus kijkt hij vooruit naar 2010. Met hulp van onder meer Alberto Ongarato hoopt hij Mark Cavendish te kunnen verslaan. Wielerflits sprak met hem.

In de winter van 2009 startte Borut Bozic bij zijn vierde werkgever in evenveel seizoenen. De samenwerking begon moeizaam voor de Sloveen. “Ik kwam terecht in een nieuw team. Iedereen moest elkaar nog leren kennen. We hebben veel goede renners, maar het heeft even tijd gekost om het juiste systeem te vinden.” Met twee ritzeges in de Ronde van België bevestigde hij in mei zijn reputatie van een gevaarlijk snelle sprinter.

In het najaar maakte hij definitief naam. “Het begon al in Polen. Die overwinning was erg speciaal voor mij. Vanaf toen wist iedereen dat ze rekening met mij moesten houden. Als ik in vorm ben komt de snelheid vanzelf,” vertelde Bozic. In Warschau versloeg hij André Greipel en droeg hij een dag de leiderstrui. Het leverde hem een plek op in de Vuelta-selectie en in de derde etappe naar Venlo kon enkel Greg Henderson hem voor blijven. In de zesde etappe was het wel raak en versloeg hij Tyler Farrar en Daniele Bennati.

In de najaarsklassieker Parijs-Tours bleek hij zijn vorm nog niet verloren te hebben. “Eigenlijk wilde ik deze wedstrijd helemaal niet rijden. Na de Vuelta was ik op. Ik had eigenlijk te veel wedstrijden gereden. Maar mijn ploegleider Hilaire van der Schueren overtuigde mij om toch van start te gaan. ” Bozic werd aan de Avenue de Grammont verrassend derde en bezorgde Vacansoleil de eerste podiumplaats in een klassieker.

Ondanks interesse van andere ploegen bleef Bozic bij Vacansoleil. “Het belangrijkste is dat we bij Vacansoleil elkaar inmiddels goed kennen. We weten wat we aan elkaar hebben.” In 2010 is hij klaar voor een volgende stap. Hij rekent hierbij op de steun van nieuwkomer Alberto Ongarato. De ervaren Italiaans kwam over van Team LPR en trok de afgelopen jaren de sprint aan voor Alessandro Petacchi. “Ongarato wordt heel belangrijk voor ons,” voorspelt Bozic. “Zoals tijdens de wedstrijdbespreking vooraf en voor beslissingen in de koers. Er is zoveel wat ik nog van hem kan leren. Zoals op tactisch gebied, waar ik bijvoorbeeld moet rijden in de laatste tien kilometer van een koers. ”

De samenwerking moet leiden tot meer overwinningen. Concurrent Mark Cavendish toonde zich de afgelopen twee jaar haast onverslaanbaar in de massasprints. Bozic legt zich echter niet bij voorbaat neer bij een tweede plek. “Mark is natuurlijk de beste, maar als ik 100% in vorm ben dan kan het. Op een goeie dag kan ik Cavendish verslaan,” vertelt hij. “Maar vlak ook Farrar niet uit. Die is ook behoorlijk snel.”

Bozic begint zondag in de Grand Prix La Marseillaise aan zijn seizoen. Vervolgens start hij in de Ruta del Sol. Milaan-San Remo wordt zijn eerste belangrijke afspraak dit seizoen. De Poggio boezemt hem geen angst in. “Wanneer ik goed ben kan ik daar meedoen om de zege.” In juli hoopt hij zijn debuut in de Tour de France te mogen maken. “Hoewel Italië voor mij ook speciaal is zal iedere renner zeggen dat hij het liefst een Touretappe wint.”

Met de komst van Romain Feillu is Bozic in 2010 niet meer de enige snelle sprinter in de ploeg. Bozic ziet de Fransman niet als een concurrent. “We zullen samenwerken als professionals. De koers zal uitwijzen wie van ons de beste is.”