De revalidatie van Wout van Aert zal langer duren dan aanvankelijk gedacht, zo laat zijn ploeg Jumbo-Visma weten. De Belg hoopte over twee maanden zijn rentree te maken, maar een tweede operatie gooide roet in het eten. “De val heeft een grotere impact gehad”, aldus Van Aert.

Van Aert kwam op vrijdag 19 juli zwaar ten val tijdens de individuele tijdrit in de Tour, nadat hij met zijn been bleef haken aan een hek. De Belg liep daarbij een diepe vleeswond op, waardoor hij een operatie moest ondergaan. Er werd na de ingreep gesproken over een revalidatieperiode van ongeveer twee maanden.

De 24-jarige Van Aert moest echter nog een keer onder het mes, aangezien een pees moest worden gehecht. “Ik ben vorige week in Pau geopereerd en daar vier dagen in het ziekenhuis gebleven”, zo begint hij zijn verhaal. “Toen ging alles best goed. Ik kon met krukken lopen en de arts zei dat ik wat tijd nodig had om te herstellen.”

Wout van Aert tijdens de individuele tijdrit in en rond Pau – foto: Cor Vos

Tweede operatie 
Niet veel later kreeg Van Aert echter een tegenslag te verwerken. “Ik ben in een ander ziekenhuis opnieuw onderzocht. Daaruit bleek dat de eerste operatie niet voldoende was om optimaal herstel te garanderen. Daarom moest ik afgelopen woensdag voor een tweede keer onder het mes. Deze operatie was erg belangrijk voor het vervolg van mijn carrière.”

“De dag na de operatie had ik veel pijn, maar vrijdag ging het al wat beter. Ik lig nu nog in bed zonder dat ik iets kan. Ik doe een paar kleine oefeningen om de beweging erin te houden”, zo schetst Van Aert, die vanuit het ziekenhuis zag hoe zijn ploeggenoot Steven Kruijswijk naar het podium reed.

“Als ik zie hoe de ploeg nu presteert, had ik graag een steentje willen bijdragen. Het is heel mooi om het te zien en te volgen, maar ook pijnlijk”, aldus Van Aert. Het is nog niet bekend wanneer de wegrenner annex crosser weer een rugnummer kan opspelden.