Giro 2024: Voorbeschouwing favorieten puntenklassement – Tim Merlier een van de uitdagers van Jonathan Milan
foto: Cor Vos
dinsdag 30 april 2024 om 19:30

Giro 2024: Voorbeschouwing favorieten puntenklassement – Tim Merlier een van de uitdagers van Jonathan Milan

Roze, dat is de kleur waar iedereen direct aan denkt bij de Giro d’Italia. Iedereen, behalve de sprinters. Zij zullen de komende weken vooral met de kleur paars in hun hoofd zitten. De leider van het puntenklassement draagt namelijk de Maglia Ciclamino, de paarse trui. Met Olav Kooij, Fabio Jakobsen en Tim Merlier behoren enkele renners uit de Lage Landen tot de favorieten voor dit tricot. Troeft een van hen titelverdediger Jonathan Milan af? WielerFlits blikt vooruit!

De nieuwe edtie van RIDE Magazine is nu verkrijgbaar! Onze nieuwe 188 pagina’s dikke voorjaars-editie staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky, Demi Vollering, Sepp Kuss en Matej Mohoric. Verzeker je van jouw exemplaar en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

Historie

Laatste tien winnaars puntenklassement Giro d’Italia
2023: flag-it Jonathan Milan
2022: flag-fr Arnaud Démare
2021: flag-sk Peter Sagan
2020: flag-fr Arnaud Démare
2019: flag-de Pascal Ackermann
2018: flag-it Elia Viviani
2017: flag-co Fernando Gaviria
2016: flag-it Giacomo Nizzolo
2015: flag-it Giacomo Nizzolo
2014: flag-it Nacer Bouhanni


Laatste editie

Milan won vorig jaar de Maglia Ciclamino – foto: Cor Vos

Uitslag puntenklassement Giro d’Italia 2023
1. flag-it Jonathan Milan (Bahrain Victorious) – 217 punten
2. flag-ca Derek Gee (Israel-Premier Tech) – 164 punten
3. flag-au Michael Matthews (Jayco AlUla) – 101 punten
4. flag-gb Mark Cavendish (Astana Qazaqstan) – 101 punten
5. flag-de Pascal Ackermann (UAE Emirates) – 95 punten


Puntentelling

Sinds 2014 is het puntenklassement van de Giro d’Italia weer voor de sprinters. Daarvoor waren in alle etappes evenveel punten te verdienen, waardoor het vaak bergachtige parcours de klimmers in de kaart speelde. Geen Joaquim Rodríguez, Alberto Contador en Cadel Evans meer, maar Mark CavendishNacer Bouhanni en Arnaud Démare als winnaars van dit nevenklassement.

In vlakke etappes zijn tegenwoordig meer punten te verdienen dan in de bergetappes. Om het verschil te duiden: de winnaar van een vlakke rit krijgt 50 punten voor het puntenklassement, de winnaar van een bergetappe en een tijdrit ontvangt 15 punten. Voor heuvelachtige etappes is weer een andere puntentelling opgesteld, die 25 punten oplevert voor de winnaar.

Fernando Gaviria Giro 2017

Fernando Gaviria won de puntentrui in 2017 – foto: Cor Vos

Daarnaast zijn bij tussensprints punten te halen. De meeste ritten bevatten drie tussensprints, maar bij de laatste zijn enkel bonificatieseconden (respectievelijk 3, 2 en 1 seconde) te verdienen. Deelnemers voor de paarse puntentrui moeten dus rekening houden met de eerste tussensprint én de intergiro-tussensprints. De intergiro is een apart klassement, maar er zijn óók punten te verdienen voor het reguliere puntenklassement.

flag-it  Vlakke etappes (3, 4, 11, 13, 18 en 21)
Aan de finish: 50 – 35 – 25 – 18 – 14 – 12 – 10 – 8 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1

flag-it Heuvelachtige etappes (Etappes 1, 2, 5, 6, 9, 10, 12 en 19)
Aan de finish: 25 – 18 – 12 – 8 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1

flag-it Bergetappes en individuele tijdritten (Bergetappes 8, 15, 16, 17 en 20 + Tijdritten etappes 7 en 14)
Aan de finish: 15 – 12 – 9 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1

flag-it Tussensprints (eerste tussensprint en intergiro-tussensprint)
Onderweg: 12 – 8 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1


Favorieten

De sprinters krijgen behoorlijk wat kansen op dagsucces deze Giro d’Italia. Misschien wel zeven of acht. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er veel snelle mannen aan de start staan. De allersnelste van hen is – dit jaar alleszins – Tim Merlier. De 31-jarige renner van Soudal Quick-Step wist dit seizoen al zeven keer te winnen. En de kans is groot dat hij dat totaal in Italië nog wat verder opschroeft.

Het paars naar Rome brengen, is echter een ander verhaal. Een topklimmer hoef je uiteraard niet te zijn om het puntenklassement te winnen, maar óók mee kunnen sprinten in de ritten die toch nog wat hoogtemeters hebben, is wel fijn. Voor Merlier blijkt dat vaak lastig. Bovendien is het nog maar de vraag of de Belg het einde überhaupt haalt. Van de drie grote rondes die hij tot nog toe betwistte, reed hij slechts één uit.

Merlier is op papier de rapste van het pak – foto: Cor Vos

Voor Jonathan Milan zal dat geen probleem zijn, Rome halen. Hij bracht de Giro vorig jaar al tot een goed eind. Een heel goed eind, zelfs. De Italiaan won bij zijn debuut namelijk een rit én het puntenklassement. Ook was hij vier keer tweede, wat zijn consistentie bewijst. Nu, een jaar later, rijdt Milan voor Lidl-Trek en lijkt hij nóg een stap te hebben gezet. Zo won hij in maart al twee sprintritten in Tirreno-Adriatico, tegen Jasper Philipsen.

In de daaropvolgende kasseiklassiekers kwam Milan ook goed voor de dag, totdat hij viel in Parijs-Roubaix. De 23-jarige krachtpatser liep bij die schuiver ‘vermoedelijk’ een lichte hersenschudding op, maar al met al viel de schade nog mee. In de Giro zal hij er – gesteund door onder meer Simone Consonni, Edward Theuns en Daan Hoole –  ongetwijfeld weer staan.

Dat mag ook verwacht worden van Olav Kooij, die zich opmaakt voor zijn eerste grote ronde. De Nederlander is nog altijd maar 22, maar behoort al jaren tot de snelste renners van het peloton. Kijk maar naar zijn resultaten van dit seizoen. Hij begon in februari met een overwinning in de Clasica de Almeria, pikte vervolgens een rit mee in de UAE Tour en schoot ook nog twee keer raak in Parijs-Nice.

Kooij is dus katterap, maar hij kan meer dan alleen sprinten. Het Jachtluipaard van Numansdorp heeft geen moeite met wat heuveltjes, wat in de strijd om de puntentrui goed van pas komt. Wel moet hij het deze Giro stellen zonder Wout van Aert, zijn beoogde lead-out. Met Christophe Laporte heeft Visma | Lease a Bike echter een uitstekende vervanger opgetrommeld.

Olav Kooij kon al vier keer zegevieren dit seizoen – foto: Cor Vos

Terwijl de zegeteller van Kooij al op vier staat, boekte Fabio Jakobsen dit seizoen nog slechts één overwinning. En op die overwinning moest hij lang wachten. Pas eind april, in de Ronde van Turkije, was het raak voor de Nederlander. In de openingsrit van de achtdaagse rittenkoers sprintte hij naar de zege. Met overmacht, als vanouds. Dat zal een hoop vraagtekens hebben weggenomen. Maar zijn daar geen nieuwe twijfels voor teruggekomen?

De dagen nadien haakte Jakobsen bergop namelijk wel erg vroeg af. Te vroeg, als hij kans wil maken op de paarse puntentrui in de Giro. En als hij de hellingen wél overleefde, verliep het positioneren voor de sprint vaak niet perfect. Een tweede Turkse zege zat er dan ook niet in. Opvallend genoeg profiteerde Tobias Lund Andresen – ploeggenoot van Jakobsen bij dsm-firmenich PostNL – daar het meeste van. De Deen won maar liefst drie ritten en overklaste zo zijn kopman. Andresen benadrukte dat Jakobsen de kopman blijft voor de Giro, maar dat was in de Ronde van Turkije ook de bedoeling…

Net als voor Merlier, geldt ook voor Jakobsen overigens de vraag: haalt hij Rome? De Hulk van Heukelum reed weliswaar drie van zijn vier grote rondes uit, maar ditmaal is de situatie iets anders. Hij heeft nu namelijk ook de Tour nog op zijn programma. Indien hij zijn ritzege in de Giro binnen heeft, zou hij de zware slotweek weleens over kunnen slaan om zo fris aan de start te staan van de Ronde van Frankrijk.

Jakobsen boekt zijn eerste zege voor dsm-firmenich PostNL – foto: Cor Vos

Caleb Ewan reed de Giro nog nooit uit, ondanks dat hij al vijf keer startte. Hem zien we dus niet als serieuze kanshebber voor de puntentrui. Alberto Dainese zal de ronde van zijn land ongetwijfeld wel weer uit willen rijden, zoals hij al deed bij zijn vorige deelnames, in 2022 en 2023. De Italiaan wist toen ook telkens een rit te winnen, iets wat hem eveneens lukte in de Vuelta a España van vorig jaar. Hij slaat dus altijd wel één keer toe, maar écht meespelen voor de puntentrui in een drieweekse rittenkoers? Daarvoor ontbrak tot nog toe de consistentie. Maar wie weet komt daar in zijn eerste grote ronde voor Tudor verandering in.

Kaden Groveswon al eens het puntenklassement in een grote ronde: de Ronde van Spanje 2023. Terwijl Dainese daar één rit pakte, was Groves driemaal aan het feest. In de eerste week snelde hij twee keer naar etappewinst, maar vooral zijn zege in de slotrit zullen we ons nog lang heugen. De Australiër bewees daar eens temeer wat voor klasbak hij is. In plaats van de massasprint af te wachten, ging hij op avontuur met kleppers als Remco Evenepoel – en maakte hij het koelbloedig af.

Zulke straffe stoten hebben we dit jaar nog niet van Groves gezien. Dat kwam vooral door knieproblemen, waar hij inmiddels van verlost is. In de Giro, waar hij vorig jaar al een ritzege boekte, zal hij maar wat graag willen zien dat hij terug is.

Dainese in het zwart van Tudor – foto: Cor Vos

Ook Biniam Girmay zal zich willen bewijzen in de Ronde van Italië. In zijn topjaar 2022 won hij nog een rit in de Giro, voor Mathieu van der Poel, maar nadien bleven de topprestaties uit. Hoewel de Eritreeër het afgelopen voorjaar zeker niet slecht was, bleef een groot succes uit. Zijn val in Dwars door Vlaanderen zal daar ongetwijfeld ook een rol bij hebben gespeeld. Inmiddels zal Girmay daar wel weer helemaal van hersteld zijn en denkt hij ongetwijfeld opnieuw aan topuitslagen. En aan het paars? Wellicht. Toen hij in 2022 uitviel (het kurkincident, remember?), stond hij per slot van rekening ook tweede in puntenklassement.

In het verleden behaalde resultaten bieden natuurlijk geen garantie voor de toekomst, maar helemaal nietszeggend zijn ze ook weer niet. Daarom noemen we ook Fernando Gaviria. De Colombiaan won het puntenklassement in 2017 en was nadien nog een keer tweede (2022) en derde (2021). Het huidige seizoen begon goed voor de nog altijd maar 29-jarige renner van Movistar, met winst in de openingsrit van de Tour Colombia, maar aan die uitstekende opening kon hij nog geen vervolg geven. Met de hulp van Davide Cimolai zal hij nu het tij willen keren.

Laurence Pithie begon 2024 ook sterk. De renner van Groupama-FDJ noteerde verschillende ereplaatsen in de Tour Down Under, waarna hij zegevierde in de Cadel Evans Great Ocean Road Race. In tegenstelling tot Gaviria, wist hij die lijn daarna wél door te trekken. Hoewel de uitslagen het niet direct weerspiegelen, was hij een van de revelaties van het klassieke voorjaar. In verschillende grote wedstrijden maakte hij mee de koers. Wat in de context van het Giro-puntenklassement echter nog belangrijker is, zijn de sprintkwaliteiten van de 21-jarige Nieuw-Zeelander. Die toonde hij vooral in Parijs-Nice, waar hij een keer tweede en derde werd. Dat belooft wat voor zijn debuut in een grote ronde!

Pithie reed een sterk voorjaar – foto: Cor Vos

De allersterkste sprinters van deze Giro d’Italia hebben we gehad, maar de allersterkste renner tout court nog niet. We doelen natuurlijk op Tadej Pogacar. Hij boekte in 2024 al zeven zeges, terwijl hij slechts tien koersdagen in de benen heeft. Ongekend. In de Giro zal dit gemiddelde ongetwijfeld wat zakken, maar het is goed mogelijk dat Pogi ook deze ronde als zegekoning afsluit. En wie de meeste zeges pakt, pakt automatisch ook een sloot punten voor het puntenklassement. Maakt de Sloveen zodoende – zonder er echt voor te gaan – kans op het paars?

Ja, al is die kans niet heel groot. Pogacar zal zich met het oog op de Tour de France wellicht iets zuiniger rijden en hoewel hij in het merendeel van de ritten punten kan sprokkelen, zullen de grote klappers voor de sprinters zijn. Dat heeft te maken met de puntentelling. In het hooggebergte en de tijdritten – het terrein waar Pogacar als klassementsrenner toe moet slaan – zijn relatief weinig punten te pakken. Drie bergetappes winnen (45 punten) levert minder op dan zegevieren in één vlakke rit (50 punten).

Daar staat tegenover dat er maar liefst acht heuvelritten (25 punten) zijn, waar Pogacar in veel gevallen ook dé topfavoriet is. Neem bijvoorbeeld de eerste twee etappes, naar Turijn en Oropa. Het is niet ondenkbaar – of beter gezegd: de kans is reëel – dat de kopman van UAE Emirates deze allebei wint. In dat geval moeten de sprinters meteen in de achtervolging. Een bijkomend voordeel voor Pogacar is dat er veel sterke sprinters aan de start staan. Dat vergroot de kans dat de koek ‘eerlijk’ verdeeld wordt en niet een van de sprinters alle vlakke ritten wint. Bovendien zijn slechts zes ritten als zodanig gekwalificeerd. Zoveel kansen om de volle buit te pakken, zijn er dus ook weer niet voor de snelle mannen.

Pakt Pogacar ‘per ongeluk’ paars? – foto: Cor Vos

Maar goed, genoeg over Pogacar. Die komt nog wel genoeg aan bod de komende drie weken. Laten we, tot slot, nog kijken naar wat outsiders voor het paars. Vooral Giovanni Lonardi (Polti Kometa), Ethan Vernon (Israel-Premier Tech), Juan Sébastian Molano (UAE Emirates), Phil Bauhaus (Bahrain Victorious) en Danny van Poppel verdienen een vermelding. Die laatste neemt de sprinthonneurs waar bij BORA-hansgrohe, waar Sam Welsford ontbreekt.

Daarnaast is het ook letten op onder meer David Dekker, Jenthe Biermans (Arkéa-B&B Hotels), Enrico Zanoncello (VF Group-Bardiani CSF-Faizanè), Max Kanter en Davide Ballerini (Astana Qazaqstan). Door vaak mee te zitten met de juiste vlucht, zouden ook mannen als Andrea Vendrame, Aurélien Paret-Peintre (Decathlon AG2R), Simon Carr (EF Education-EasyPost), Stefano Oldani (Cofidis) en Jhonatan Restrepo (Polti Kometa) nog hoog kunnen eindigen. Vorig jaar werd Derek Gee op die manier immers tweede in het puntenklassement.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Jonathan Milan
*** Olav Kooij, Laurence Pithie
** Tim Merlier, Fabio Jakobsen, Alberto Dainese
* Tadej Pogacar, Kaden Groves, Biniam Girmay, Fernando Gaviria

Website organisatie
Deelnemerslijst (WielerFlits)


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.