Weekendinterview: Ramon Sinkeldam
zondag 4 januari 2015 om 09:00

Weekendinterview: Ramon Sinkeldam

Weekendinterview Ramon Sinkeldam WI

foto: Sirotti

Een opvallend beeld afgelopen week in Loenhout: niet Wout van Aert, Sven Nys of Lars van der Haar, maar wegrenner Ramon Sinkeldam (25) was de man die als eerste het veld indook. Sinkeldam reed naast de Azencross ook de veldrit in Surhuisterveen, maar de focus van de gelegenheidscrosser ligt het komende jaar op zijn rol in de sprinttrein van Marcel Kittel en John Degenkolb. “De crossen rijd ik gewoon voor de lol, een nieuw contract versieren op de weg is de échte prioriteit in 2015”, vertelt de renner van Giant-Alpecin in het Weekendinterview.

Het is niet toevallig dat net Sinkeldam zijn ploegmaat Lars van der Haar voor een tweetal wedstrijden kwam bijstaan in de cross. De renner uit Wormer begon zijn carrière als veldrijder. En dankzij zijn Nederlandse titel bij de juniores in 2007, met bijna twee minuten voorsprong op onder meer Twan van den Brand, werd hem zelfs een grote toekomst als crosser voorspeld. Afgelopen week pikte hij voor het eerst sinds lang de draad weer op het hoogste niveau op. “Ik probeer elke winter wel even terug te keren naar het veld, maar meestal doe ik dat vooral in wat nationale wedstrijdjes. Dat is dus nooit echt onder de aandacht van de mensen gekomen. Ik doe dit gewoon omdat ik nog steeds heel graag cross.”

Sinkeldam koos deze winter voor crossen van Loenhout en Surhuisterveen. En vooral in die eerste wedstrijd kon hij rekenen op de nodige belangstelling. De renner van Giant-Alpecin, die nochtans op de allerlaatste rij van start moest gaan, perste een lange sprint uit zijn benen, met als resultaat een razendsnelle start en veel publiciteit. “Dankzij die snelle start kon ik als eerste het veld induiken. Op het eerste zicht verrassend, maar ik had er eerlijk gezegd vooraf al stiekem van gedroomd. Voor een wegrenner als ik is het niet te doen om daar een uitslag te rijden, dus was mijn enige optie om mij in de kijker te rijden iets doen bij de start. Vlak voor de eerste bocht zag ik wat ruimte, en besloot ik er vol voor te gaan. Maar halverwege de eerste ronde merkte ik dat mijn tempo niet hoog genoeg was om die koppositie vast te houden, dus heb ik niet verder aangedrongen en mij terug laten zakken om niemand van de toppers in de weg te rijden.”

Door de vele trainingskampen in de winter heb ik gewoon geen tijd om meer veldritten te rijden. Jammer, want ik heb er weer van genoten.

Enkele dagen later kon hij hetzelfde nummertje bij de start niet overdoen in Surhuisterveen, maar zijn eindpositie was ditmaal wel stukken beter. Waar Sinkeldam in Loenhout de wedstrijd niet beëindigde, finishte hij in de Centrumcross als dertiende, op ruim vijf minuten van winnaar en ploegmaat Lars van der Haar. “Veel heb ik niet kunnen doen voor Lars, maar het was best gezellig om samen even voor de start in de camper te zitten en een praatje te maken. De uitslag doet er niet echt toe. Mocht ik echt ambitie hebben gehad, dan had ik voor een andere voorbereiding moeten kiezen.” Een vervolg komt er dan ook niet voor Sinkeldam. “Door de trainingskampen in de winter heb ik er gewoon de tijd niet voor. Jammer, want ik heb er weer met volle teugen van genoten.”

Ook opvallend: Sinkeldam reed op twee januari – net als Van der Haar – niet in het tenue van zijn ploeg Giant-Alpecin, maar in de sponsortrui van Giant-Shimano van 2014. “Niet omdat ik nog niet over mijn nieuwe shirt beschik, maar gewoon omdat de ploeg ons dat gevraagd heeft. Het shirt wordt op 7 januari openbaar gemaakt op de ploegvoorstelling, en dat moesten wij respecteren.” Waar de jongeling dan wél voor het eerst in het Giant-Alpecin-tenue zal rijden, staat nog niet helemaal vast. “Op mijn voorlopig programma staan als eerste de Rondes van Qatar en Oman. Daarna volgen de Omloop Het Nieuwsblad en Parijs-Nice. Vroeger op het jaar zou ik normaal gezien niet in actie komen.”

Of ik veel merk van de nationaliteitsverandering van Giant-Alpecin? Voorlopig is er geen enkel verschil. Zelfs de ploegbasis blijft gewoon in Nederland.

Behalve de naam en het shirt, veranderde er de voorbije winter een ander belangrijk element aan de ploeg waar Sinkeldam actief voor is. Giant-Alpecin rijdt namelijk voortaan niet meer onder een Nederlandse, maar een Duitse licentie. “Echt belangrijk is dat eigenlijk niet. De andere renners en ikzelf merken voorlopig geen enkel verschil. Natuurlijk is het leuker om voor een Nederlandse ploeg te rijden, maar de renners zelf, de ploegleiding en het personeel blijft ook het komende jaar grotendeels Nederlands. Ook de ploegbasis blijft gewoon in Nederland. Maar goed ook, want de ploegleiding had ons vooraf gegarandeerd dat we in de toekomst niets zouden merken van die verandering.”

Voor Sinkeldam wordt het zijn derde, maar vooral zijn belangrijkste jaar bij de profs tot nu toe. “Ik hoop heel erg dat dit jaar mijn jaar van de doorbraak wordt. Op vlak van de sprint kwam dat er misschien al wel vorig seizoen in de World Ports Classic (waar Sinkeldam de slotrit met aankomst in Rotterdam met een banddikte verschil op zijn naam schreef, red.). Die overwinning was natuurlijk erg mooi en ik ben daar nog steeds erg trots op, maar meedoen in de finale van een klassieker zou voor mij veel meer waard zijn dan die zege. In de drie jaar dat ik bij de profs rijd, heb ik in die klassiekers nooit kunnen laten zien wat ik écht waard ben. Dat kwam de ene keer door ziekte, de andere keer door verkeerde trainingen of voeding. Kortom, er was altijd wel iets.”

“Vorig najaar heb ik het gevoel dat ik pas écht stappen voorwaarts gemaakt heb, en ik denk dat ik nu helemaal klaar ben om mij eindelijk te tonen in de kasseiklassiekers. Als ik volgend voorjaar mijn steentje kan bijdragen in de finale van een klassieker, dan pas kan ik spreken van een echte doorbraak. Maar dat wil niet zeggen, dat ik mijn sprintkwaliteiten ga verwaarlozen. In de maand mei, waar ik de voorbije jaren altijd goed was in de Vierdaagse van Duinkerken, de Ronde van België en de Tour de Picardie, zou ik mij misschien weer kunnen tonen. In de pikorde sta ik nog steeds ver onder John Degenkolb en Marcel Kittel, maar als zij daar niet rijden, kan ik mijn kans grijpen.”

Mijn overwinning in de World Ports Classic was mooi, maar meedoen in de finale van een klassieker zou voor mij veel meer waard zijn.

Nieuw voor de Giant-Alpecin-renner is dat er ditmaal ook de nodige druk op zijn schouders ligt. Zijn contract bij de Duitse ploeg loopt aan het einde van dit jaar af. “Het is de eerste keer dat ik zo’n situatie meemaak, omdat ik de voorbij seizoenen mijn contract steeds een jaar op voorhand had verlengd. Toch brengt dat niet per se extra stress met zich mee. Ik moet na drie jaar prof eindelijk kunnen laten zien waar ik goed in ben, want met of zonder aflopend contract: druk is er sowieso nu. Afgelopen winter heb ik mij er alleszins niet door laten leiden. Alles is vooralsnog namelijk super gegaan. Zowel op trainingskamp in Spanje als in Nederland heb ik de nodige uurtjes op de fiets gezeten, waardoor ik mij beter dan ooit voel. Het vertrouwen is er, nu de prestaties nog.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.