Dit zijn de vijf langste keienstroken in Drenthe
foto: Cor Vos

Dit zijn de vijf langste keienstroken in Drenthe

Fietstoerisme Wie graag stuiterend met zijn racefiets over slecht geplaveide wegen knalt, hoeft daarvoor niet Vlaanderen of Noord-Frankrijk op te zoeken. Ook in Nederland hebben we genoeg kasseienstroken. In Drenthe bijvoorbeeld, al zijn het daar geen kasseien maar keien die voor veel wielrenners geliefde obstakels vormen.

Velen vinden het prachtig en minstens evenveel vinden het vreselijk; dokkeren over slecht begaanbare wegen. Of het nou om de kasseien van Noord-Frankrijk gaat, de Romeinse Via Appia Antica of de Drentse keienstroken, de wegen met een slechte ondergrond hebben vaak een ongrijpbare aantrekkingskracht tot wielerfanatici.

Het zijn vooral kasseien in België en Noord-Frankrijk die grote bekendheid genieten, maar ook in eigen land zijn er genoeg stroken die een fietser flink door elkaar kunnen schudden. Vooral in Brabant en Zeeuws-Vlaanderen zijn zat authentieke kasseienstroken te vinden.

Het profpeloton op een van de keienstroken tijdens de Ronde van Drenthe – foto: Cor Vos

Maar ook noordelijker dus, vooral in Drenthe. Daar tref je de nodige keienstroken. Alhoewel ze net als kasseien een ruw wegdek opleveren, zijn er enkele wezenlijke verschillen. De keien – ofwel flinten – zijn zwerfstenen die in Drenthe belandden na de voorlaatste ijstijd, toen de smeltende ijskappen eindeloze hoeveelheden gletsjerpuin achterlieten. De grootste stenen werden gebruikt om hunebedden te maken, terwijl de kleinere door boeren werden gebruikt om de weg te plaveien.

Tegenwoordig liggen niet alle stroken er even goed bij, omdat ze nog wel eens onder een laag mos en modder willen verdwijnen. Tegelijkertijd zijn de nodige prima te berijden. Dat geldt vooral voor de passages die in de Ronde van Drenthe worden opgenomen, omdat ze jaarlijks een schoonmaakbeurt krijgen. We zetten de vijf langste kasseienstroken in Drenthe op een rij.

1. De Schaapstreek
De eerste flintenstrook op dit lijstje is de Schaapstreek, die met een lengte van 3400 meter gelijk een stevige knauw is. De strook begint net buiten het dorpje Odoorn. Je duikt het bos in, waar het begin van de weg eerst nog een flauwe bocht kent. Niet voor lang, want vervolgens loopt de weg anderhalve kilometer nagenoeg kaarsrecht rechtdoor.

Klimmen op keien kan ook in Drenthe, op de Col du VAM – foto: Cor Vos

Hier is het fietsen op keien zoals het bedoeld is. Handjes bovenop het stuur, een iets lager verzet, billen naar achter en de armen laten veren. Rechttoe, rechtaan, stoempen op de fiets. Zo loopt de strook niet helemaal door, want in de laatste anderhalve kilometer (officieel heet de weg hier de Manrhowijk) zit ook nog twee keer een haakse bocht. Nog een extra uitdaging dus, als je na de bocht jezelf weer op snelheid moet brengen.

2. Boslaan-voorbosweg
Net iets noordelijker ligt de combinatie van de Boslaan en de Voorbosweg, die samen goed zijn voor 3500 meter aan gestuiter. Deze strook loopt ten noorden van Exloo door de bossen en heeft een hoop weg van de Schaapstreek.

Op papier klinkt het niet lang, maar met zijn 3500 meter is het een stevige inspanning. Zeker als je door het bos rijdt – waar de weg uit twee lange rechtdoor lopende stroken bestaat – lijkt het einde van deze strook maar niet te komen. Er is weinig afleiding en je wordt flink door elkaar geschud, dus het is fysiek en mentaal hard werken.

3. Valtherzandweg
Net ten zuiden van Exloo ligt de 3700 meter lange Valtherzandweg, die ook dit jaar weer de Ronde van Drenthe kleurt. Deze weg voert je afwisselend door bos en langs weilanden. Al is de kans groot dat je daar weinig oog voor hebt als je op het smalle paadje vooruit probeert te komen.

foto: Henri Santing

Het moge ondertussen duidelijk zijn dat deze hoek van Drenthe één van de absolute keienhotspots is. In een afstand van iets meer dan 15 kilometer kan je hier ruim tien kilometer keien voorgeschoteld krijgen. De Valtherzandweg is wel behoorlijk smal, dus je moet hier extra goed je lijn kiezen. Mocht je echt even uit willen rusten, dan kan je altijd kiezen voor het fietspad naast de weg.

4. Bosweg-Echtendijk
Voor de vierde strook op de lijst gaan we naar het zuidwesten van Drenthe. Okay, dit zijn in feite twee stroken, maar ze liggen zó dicht bij elkaar, dat we ze toch even onder één kap scharen. De Bosweg en Echtensedijk, ten noorden van Echten, zijn samen goed voor maar liefst 5000 meter aan keien.

Die lange afstand wordt dus wel gesplitst door ongeveer 200 meter aan asfalt, wat eigenlijk wel een welkom rustmoment is. Gezien deze stroken vaak buiten het bereik van de Ronde van Drenthe liggen, is het er één die nog wel eens onder een flinke laag mos en zand wil verdwijnen, al zijn grote delen vaak goed te doen op de racefiets.

5. Staatsbos
Met maar liefst 6100 meter is het Staatsbos de absolute koning van de Drenthse flintenstroken. Deze strook ligt tussen Borger en Gieten. De keien worden een paar keer enkele meters onderbroken door een asfaltweg die de route kruist, maar verder is dit dus kilometerslang hard werken.

Het Gasselterveld – foto: Leonie Wiers

De goed onderhouden strook kronkelt lichtjes door de boswachterij Gieten-Borger, waar je onder andere het Gasselterveld passeert. Het fraaie, diverse bos vormt bij vlagen een welkome afleiding. Want hoewel de strook in een prima staat verkeert, maakt de grote lengte het een stevige uitdaging. Niet alleen voor de benen, maar voor het hele lichaam.


Benieuwd waar je nog meer kasseienstroken kan vinden in Nederland en België? Op deze website vind je een kaart met het merendeel van de kasseienstroken in de lage landen.

Om te reageren moet je ingelogd zijn.