Interview Quinten Hermans van Intermarché-Wanty-Gobert staat in tegenstelling tot wat de deelnemerslijst belooft, morgen niet aan de start van de Druivenkoers. En dat ondanks dat het parcours een generale repetitie blijkt voor het WK op de weg. “Bondscoach Sven Vanthourenhout zou het me wel hebben laten weten als ik kans maakte op een WK-selectie”, zegt Hermans in gesprek met WielerFlits.

“Ik ben eigenlijk van de deelnemerslijst van de Druivenkoers gehaald om me beter te kunnen voorbereiden op het veldritseizoen”, begint de 26-jarige Hermans verrassend, die een sterk seizoen rijdt met onder meer een zesde plaats in de Ronde van Wallonië, een veertiende plaats in de Waalse Pijl en recent nog een zesde plaats in een etappe van de Ronde van Polen. De Druivenkoers en bij uitbreiding het WK-parcours zou hem moeten liggen.

“Zondag rijd ik wel nog de GP Plouay (Bretagne Classic-Ouest France, red.) in Frankrijk. Na die koers ga ik mezelf weer volledig focussen op het veldritseizoen. Dan trek ik met de crossploeg op stage en volgen alleen nog wegkoersen zoals de GP Isbergues in functie van het veldrijden. Ik heb al een heel drukke zomer achter de rug met tussen de veertig en vijftig koersdagen. Daarom is het stilaan tijd om ook op de cross te beginnen focussen.”

Een mogelijke WK-selectie heeft nooit in je hoofd gezeten?
“Nee, het is altijd de bondscoach die zoiets beslist. Ik hoor Sven Vanthourenhout af en toe, dus ik weet dat hij me het al verteld zou hebben als ik kans zou maken op een selectie. Ik denk dus niet dat ik echt rekening moet houden met die mogelijkheid, ik hoop er alleszins niet meer op. Al zou het wel een hele eer geweest zijn met het parcours in eigen land. Toch… In België zijn er gewoon heel veel sterke renners: Wout van Aert, Remco Evenepoel, Jasper Stuyven,…”

“Dit jaar heb ik wel veel grote koersen gereden en weinig kleine. Ik vind van mezelf dat ik daarin mooie resultaten heb laten zien, maar ik kan niet hetzelfde palmares voorleggen als een Greg Van Avermaet, die misschien geen topseizoen heeft maar wel heel veel ervaring heeft. Als ik heel eerlijk ben: ik zou voor een ander land wel in aanmerking komen. Misschien is het volgend jaar prijs.”

Quinten Hermans droeg in de Ronde van Wallonië de paarse trui en werd er zesde – foto: Cor Vos

Wat verwacht je van de Bretagne Classic-Ouest France zondag?
“In Plouay moeten we met de ploeg in staat zijn om een goede uitslag te rijden. Ik heb al van een paar mannen van de ploeg gehoord dat die me moet liggen, maar ik ben er nog niet eerder gestart. Sinds de Ronde van Polen heb ik zeker de goede vorm te pakken en met de ploeg zijn we de laatste tijd goed bezig. We smeten ons er in de Ronde van Polen al goed tussen en ik verwacht dat we dat ook zondag zullen doen.”

In de Ronde van Polen koerste Intermarché-Wanty-Gobert verrassend sterk als collectief. Jullie namen de koers zelf in handen. Zelf werd je zesde in een etappe en zakte je pas na de tijdrit van plaats 12 naar 18 in het eindklassement.
“We moeten eerlijk zijn: wij hebben in de ploeg dit jaar nog geen kopman als een Tim Wellens of Andrea Bagioli. Maar we hebben wel een ploeg waarin heel veel renners op niveau rijden. (Lorenzo Rota, Biniam Ghirmay, Georg Zimmermann en Hermans zelf eindigden allemaal in de top 35 van het eindklassement van de Ronde van Polen, red.) Door het gebrek aan een echte kopman probeerden we elke dag de juiste man die een goede dag heeft uit te spelen. Zo stonden we met nog heel wat mannen vooraan. Jammer van de tijdrit op het einde, want daarvoor stonden we op plaats 5 en 12. Daar moeten we nog aan werken.”

Nu jullie dit seizoen onder een WorldTour-licentie koersen, lijkt jullie koerstactiek veranderd. Wat zijn de grootste verschillen met vorig jaar?
“Een heel geslaagde tactiek is om renners vooraan in het klassement te houden. Daardoor pakt Odd Christian Eiking nu bijvoorbeeld de leiding in de Vuelta en in diezelfde Vuelta deed Rein Taaramäe hem dat al voor. Er wordt vaak op gehamerd om zo weinig mogelijk tijd te verliezen in een klassement, en dat betaalt zich nu uit. Het zat altijd al in het DNA van Intermarché-Wanty-Gobert Matériaux om in de vroege vlucht mee te springen. Maar nu is dat met als doel om bijvoorbeeld de leiderstrui te nemen.”

“Zoals ik het aanvoel koersen we dit jaar echt om te winnen. Ook wordt meer gekeken om niet elke dag in de aanval te gaan, maar wordt meer bestudeerd welke dagen het nuttig kan zijn om aan te vallen. Toch kan ik moeilijk de vergelijking maken met vorig jaar, want toen heb ik door een blessure amper koersen gereden.”

Heeft die periode van vorig jaar waarin je aan de kant stond je iets geleerd? Had je bijvoorbeeld tijd om eens terug te denken aan je solozege op het BK veldrijden voor beloften in Oostende 3,5 jaar geleden?
“Ja, toch wel. Als belofte en in het begin als prof leefde ik altijd heel sterk in het nu. Maar na mijn val vorig jaar heb ik beseft dat het zomaar gedaan kan zijn met een carrière. Nu koester ik die momenten meer. Truien en rugnummers van koersen die ik gereden heb, hou ik nu bijvoorbeeld bij. Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar op dat BK in Oostende nog helemaal niet bewust mee bezig was.”

“Wielrennen is een gevaarlijke sport. Ik smijt mij er soms tussen om een sprint aan te trekken en dan zie je hoe hard het eraan toegaat vooraan. En dat terwijl wij eigenlijk niet meer dan een turntruitje aanhebben. Dan verschiet ik ervan dat het nog vaak zo goed afloopt.”