Materiaalzone Parijs-Roubaix is een ware test voor mens én machine. Bij geen koers krijgt het materiaal zoveel aandacht als bij Parijs-Roubaix. WielerFlits werd door Specialized uitgenodigd om daags voor de hel van het noorden te ervaren hoe ploegen een half jaar van tevoren al uitgebreide materiaaltests doen om de beste materiaalkeuzes te kunnen maken.

Jaarlijks organiseert Specialized in oktober testdagen, waar ze met de profploegen die ze sponsoren tal van materialen gaan testen. Dat doen ze vanaf het Domaine de Luchin, de trainingsgronden van Lille OSC, met wiens voorzitter het Amerikaanse fietsenmerk warme banden onderhoudt.

Dat complex grenst aan de Carrefour de l’Arbre, waarmee er een perfecte strook is om het materiaal aan een flinke test te onderwerpen. Het materiaal wat daarbij getest wordt zijn frames, wielen en banden, terwijl er ook met bandenspanning en instelingen van het Future Shock veringssysteem in de Roubaix SL8 wordt geëxperimenteerd.

Zo gaan de coureurs verschillende rondes rijden om te ervaren wat het effect is van verschillende materiaalcombinaties op het rijgedrag van de fiets. Dat draait niet enkel om comfort, maar vooral om balans: de teams en coureurs zijn op zoek naar de materiaalcombinatie die niet enkel comfortabel en betrouwbaar is op de kasseien, maar ook snel genoeg op de vele asfaltstroken die er nog zijn in Parijs-Roubaix.

En die keuzes gaan verder dan de breedte van de banden. Uiteraard: of er met een 32 millimeter of misschien zelfs een 35 millimeter brede band wordt gestart is een voor de hand liggende vraag, maar voor de profs telt ieder detail en kijken ze dus nog naar veel andere zaken.

• 

  6 apr

  Lees ook Dit is Lotte Kopecky's fiets voor Parijs-Roubaix, met een enkel voorblad

  6 apr

Keuzes, keuzes, keuzes
Daarom zullen ze ook verschillende wielen testen, om te kijken hoe een bepaalde band zich gedraagt op een bepaalde velg. Want een band valt op de ene velg misschien wat breder, terwijl een andere velg de band juist wat smaller maakt. Evengoed willen de profs aerodynamische wielen, terwijl een lichtere wielset juist wat makkelijker optrekt en ze daar dus wat sneller mee uit een bocht kunnen versnellen.

Daarnaast heeft de interne constructie van de velg ook nog een behoorlijke invloed op de kans op stootlek, wat ze juist willen voorkomen. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de invloed van bandenspanning. Je snapt ondertussen: er zijn tal van factoren die meespelen.

Na iedere ronde zullen de coureurs terugkomen en samen met mechaniekers en productmanagers bespreken wat ze hebben ervaren tijdens het fietsen. Belangrijker nog: welke opties zijn er om gewenste effecten te bereiken? Willen ze toch wat meer grip? Willen ze wat meer comfort? Of willen ze juist een setup die op het asfalt wat meer voordelen biedt?

Dergelijke tests doet Specialized met alle profploegen die ze sponsoren (BORA-Hansgrohe, Soudal Quick-Step, AG Insurance-Soudal en SD Worx-Protime), maar dat betekent niet dat aan het einde van de dag iedereen met dezelfde keuzes naar huis gaat. Dat ligt aan de strategie van de ploeg, maar ligt ook heel erg aan persoonlijke voorkeur.

Iteratief proces
Ter illustratie: ik begon mijn eerste ronde met 32 millimeter brede S-Works Mondo banden op Roval Terra-wielen, probeerde ik vervolgens 35 millimeter brede banden, om vervolgens terug te gaan naar 32 millimeter brede banden, maar op een dieper Roval Rapide CLX II-voorwiel.

Mijn keuze viel uiteindelijk op de 35 millimeter brede S-Works Mondo banden op de Roval Terra-wielen, omdat ik met mijn relatief lage gewicht wel wat extra contact (en dus grip) met de weg kan gebruiken. De nodige andere rijders kwamen tot compleet andere keuzes, afhankelijk van hun postuur en rijstijl. De belangrijkste take-away is dus dat wat voor coureur A werkt, niet per se voor coureur B de beste setup hoeft te zijn.

De definitieve keuzes worden pas kort voor Roubaix zelf gemaakt, afhankelijk van de omstandigheden. Dit jaar ging de voorkeur van alle coureurs van BORA-Hansgrohe en Soudal Quick-Step bijvoorbeeld uit naar de Tarmac SL8, mits het droog was. Zou het een natte editie worden, dan zouden sommige coureurs toch nog voor de meer comfortabele Roubaix SL8 willen gaan.

Desalniettemin geven de vele testrondjes en de talloze kilometers stuiteren over Carrefour de l’Arbre in oktober de profs inzicht in het arsenaal aan materiaal waaruit ze kunnen kiezen. Zo wordt er een half jaar voor de start van Parijs-Roubaix al gekeken naar het materiaal om alle ruimte tot aanpassingen te houden en zodoende niks aan het toeval over te laten.