Niels Bastiaens
woensdag 1 mei 2024 om 08:05

Ben O’Connor wil voor het eerst podium rijden in grote ronde: “Moet leren om gezond te blijven”

Video Wie wordt de komende drie weken de grootste uitdager van topfavoriet Tadej Pogacar in de Giro? Misschien tekent de 29-jarige Australiër Ben O’Connor wel voor die rol. Bij het Franse Decathlon AG2R fungeert hij als de absolute leider, maar dan moet hij wel eens van pech gespaard blijven. Het is die pech die hem in het verleden vaak nekte, zo zegt O’Connor in gesprek met WielerFlits.

De nieuwe Tourspecial van RIDE Magazine is een must-have voor echte wielerfans! Onze nieuwe 236 pagina’s dikke zomer-editie is de meest complete Tourgids van deze zomer en staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Tadej Pogacar, Remco Evenepoel, Fabio Jakobsen, Gio Lippens, Christian Prudhomme en Charlotte Kool. Verzeker je van een heerlijke sportzomer en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

“De Giro is honderd procent het hoofddoel van het jaar. De Tour of the Alps was mijn laatste voorbereidingskoers, die ik ook graag wilde winnen. Het was de ideale laatste test voor de Giro, waar ik al wilde bewijzen dat ik klaar was. Nadien moet je nog altijd blijven verbeteren natuurlijk, maar er is niets beter dan dicht bij de winst komen vlak voor je hoofddoel. Dat geeft vertrouwen, het toont dat je klaar bent.”

Winst in de Ronde van Murcia, tweede en een ritzege in de UAE Tour, vijfde in Tirreno-Adriatico en tweede in Tour of the Alps: dit was zonder twijfel jouw beste seizoensstart ooit.
“In termen van resultaten, zeker en vast. Ik voel me al het hele jaar goed, ik ben ook nooit ziek geweest. Dat is het allerbelangrijkste. Wat je de afgelopen maanden van mij hebt gezien, dat is eigenlijk zoals ik altijd zou moeten presteren. Je weet van jezelf dat je een bepaald niveau en zekere capaciteiten hebt, maar als renner maak je ook veel mee. Er gebeuren zaken, waardoor je vormcurve op en neer gaat. Maar het is leuk dat alles nu eindelijk het traject volgt zoals ik het in gedachten heb. Ik kan niet blijer zijn op dit moment.”

Is het dan zo simpel?
“Er spelen natuurlijk een aantal zaken. Ik heb veel geleerd van de voorbije jaren, bijvoorbeeld wat er voor mezelf werkt in de voorbereiding. En – ook al klinkt dat misschien gek – heb ik geleerd om gezond te blijven, en beter zorg te dragen voor mijn lichaam. Enerzijds qua voeding, maar ook gewoon in het algemeen. Soms ben je gewoon te gestresseerd, of je doet te veel op training. Het was een kwestie van uitzoeken: op welk moment zit je tegen je limieten aan? En op welk moment ga je juist over die limiet heen? Dat is soms een heel dunne lijn. Dit jaar hebben we die balans gevonden.”

Mag ik stellen dat je soms inconsistent bent geweest in grote rondes? Er was die vierde plaats in de Tour van 2021, maar daar is niet echt een vervolg op gekomen.
“Ja, natuurlijk. Alleen waren er soms wel verzachtende omstandigheden voor mijn resultaten. De Tour de France van 2022 moet je niet meerekenen, omdat ik toen met een spierblessure kampte. Nadien ben ik nog naar de Vuelta gegaan, en daar was het zo slecht nog niet. Ik was achtste, wat niet goed en niet slecht is. Vorig jaar ben ik dan weer naar de Tour gegaan, maar daar werd ik jammer genoeg ziek.”

O’Connor was op dreef in e Tour of the Alps – foto: Cor Vos

“Dat is het ding: er moet maar één kleine tegenslag volgen in dat ene grote doel van het jaar, en je valt al door de mand. Dan is alles voor niets geweest. Dat is superjammer, want ik hou van grote rondes. Tijdens de laatste drie rondes zijn de kwaliteiten die ik in me heb er om die reden niet meer uitgekomen. Ik moet heel voorzichtig zijn, in mijn aanloop naar de Giro. Maar ik ga mijn best doen.”

Je hebt de capaciteiten dus wel, maar je moet vooral gezond blijven?
“Ja, zo voelt het soms wel voor mij. Vanaf het moment dat er zo’n tegenslag volgt, is het heel lastig om dat nog te boven te komen. Je kan soms wel eens terug op de ladder klimmen en je weer goed voelen, maar dat is eerder zeldzaam.”

Je stond nog nooit op het podium van een grote ronde. Is dat een carrièredoel?
“Zeker. Ik denk niet dat het een gekke droom is, of eentje die onmogelijk is om te behalen. Als ik consistent genoeg ben, dan kan ik dat zeker. Het zou een droom zijn om dat ooit te bereiken. Maar dat zeg ik eigenlijk voor elke grote ronde waarin ik aan het vertrek sta. Hopelijk lukt het dit jaar al (lacht).”

Op papier ben je een van de grote kanshebbers, maar er is wel de factor Tadej Pogacar, die door velen onklopbaar wordt geacht. Hoe kijk jij daarnaar?
“Je moet toegeven: normaal zou hij moeten winnen. Maar je weet hoe die externe omstandigheden elke renner kunnen treffen. Ook Pogacar kan ziek worden, of op zijn adem trappen en ontploffen. Dat hebben we in het verleden nog gezien. In mijn ogen is het vooral belangrijk om op jezelf te focussen: hoe ziet het plan eruit? Hoe ga ik de wedstrijd aanpakken? Ik wil vechten voor mijn plekje, dat is het gevoel waar ik volgende week mee vertrek. Het heeft geen zin om nu al na te denken op welke plek ik ga staan.”

Ook opvallend: niet alleen bij jou, maar heel de ploeg draait supergoed. Is dat te danken aan die nieuwe Van Rysel-fietsen?
“Ja, je merkt dat de ploeg goed draait. Het is niet per sé alleen te danken die fietsen, maar een combinatie van allemaal kleine dingen. Het is een plezier om te zien dat alle jongens presteren op hun maximale niveau. We winnen koersen, we staan vijfde op de UCI Ranking. Dat is waar ons ploegdoel zou moeten zijn, en het is mooi om te zien dat alles nu samenkomt.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.