Rapportcijfers 2021: Team BikeExchange
Nu het wielerseizoen 2021 er definitief op zit, kunnen we de balans opmaken. In een nieuwe rubriek legt WielerFlits de WorldTour-teams langs de meetlat, van het laagste geklasseerde team op de UCI Ranking naar het hoogste. Team BikeExchange is up next.
In de rubriek Rapportcijfers 2021 geven we alle WorldTour-ploegen, de Belgische ProTeams en de Nederlandse Continental-teams rapportcijfers op basis van hun seizoen. We werken de UCI Team Ranking van beneden naar boven af, gevolgd door de ProTeams en op onze Continental-feed sluiten we af met de Nederlandse ploegen. Ieder team beoordelen we op interpretatie. Dat wil zeggen: een zesde plaats in het eindklassement van de Tour de France is voor de ene ploeg een daverend succes en voor de ander een fikse teleurstelling.
We beoordelen teams op basis van de klassiekers, de grote rondes en de overige koersen. Onder de klassiekers verstaan we de volgende voorjaarskoersen: Omloop Het Nieuwsblad, Strade Bianche, Milaan-San Remo, E3 Saxo Bank Classic, Dwars Door Vlaanderen, Gent-Wevelgem, Ronde van Vlaanderen, Amstel Gold Race, Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Daarbij aangevuld met in het najaar Parijs-Roubaix en de Ronde van Lombardije. De grote rondes spreken voor zich, waardoor alle andere koersen vallen onder overige wedstrijden. Een team krijgt drie cijfers.
Doelen 2021
Teammanager Gerry Ryan zette aan het begin van het seizoen in op twee kopmannen: Michael Matthews en Simon Yates. De Australiër moest vooral zorgen voor succes in de klassiekers en daarnaast moest hij het team helpen aan een aantal benodigde zeges. Yates werd op zijn beurt uitgespeeld in de Giro d’Italia voor een klassement en in de Tour de France zou hij voor dagsucces gaan. De eigen opgeleide Lucas Hamilton mocht proeven van het grote werk, maar een tweede topsprinter naast Bling was er dan weer niet voor Ryan.
Klassiekers: 6
Matthews was wel op punt in de klassiekers. De 31-jarige Australiër behoort tot de beste renners ter wereld, maar de allerbesten (mannen als Wout van Aert, Mathieu van der Poel en Julian Alaphilippe) komt hij juist net tegen in de koersen waar hij moest scoren. Zesde in Milaan-San Remo, vijfde in Gent-Wevelgem, vierde in de Amstel Gold Race en achtste in de Waalse Pijl is natuurlijk niet slecht, zeker omdat het uitgesmeerd is over een lange periode en een breed scala aan koersen. Een uitschieter ontbreekt dus. Maar voor een ploeg die in verreweg de meeste van deze koersen moet bouwen op Matthews en daarnaast Amund Grøndahl Jansen, krijgen ze toch een voldoende. Wel een krappe.
Grote rondes: 7
Het hoofddoel in de grote rondes dit jaar bij Team BikeExchange was dus de Giro, waar ze voor eindwinst gingen met Yates. Al snel bleek Egan Arley Bernal bergop de sterkste te zijn en voor de Brit is het geen schande om zijn meerdere te moeten erkennen in de Tour-winnaar van 2019. Yates kende één slechte dag in de rit naar Cortina d’Ampezzo en daarvoor moest hij een tweede plek uiteindelijk bekopen. Wel haalde hij met een derde plaats in Milaan het podium en won hij de negentiende etappe. Voor BikeExchange-begrippen is dat een ruime voldoende en deze weegt ook door in het eindoordeel van dit onderdeel.
In de Tour werd dan weer ingezet op ritzeges en het puntenklassement van Matthews, rittenkaper Yates en een klassement voor Hamilton. De jonge Australiër had doorheen het jaar prima resultaten neergezet, maar in de Tour bleek hij voor die rol toch nog te licht. Aan het einde van de streep gaf Yates er onderweg de brui aan, won Matthews geen rit en strandde hij als tweede in de strijd om de groene trui. De langzaam oplevende Johan Esteban Chaves werd wel dertiende in het eindklassement. De Vuelta a España draaide dan weer uit op een teleurstelling, ondanks dat een Bling een pak ereplaatsen neerzette.
Overige wedstrijden: 6
De Australiërs wonnen het gehele seizoen slechts negen keer. Dat zijn er zeven minder dan in het door corona gemankeerde seizoen 2020. In dat jaar waren Adam Yates, Jack Haig en Daryl Impey goed voor zeven overwinningen en net zij waren afgelopen winter vertrokken. Een grappig detail. Feit is wel dat Matthews geen enkele keer won in 2021 en dat is voor het eerst in een jaar sinds hij in 2011 prof werd bij Rabobank. Ook in de overige eendaagsen was zijn streak niet super indrukwekkend. Hij deed er enkel nog een zesde plaats in de Brabantse Pijl, een zesde stek in de GP Kanton Aargau en een negende plek in Eschborn-Frankfurt bij.
Cameron Meyer pakte wel de Australische titel op de weg, maar dat is elk jaar toch een kleine formaliteit. Dion Smith werd nog zevende in de GP Lugano, maar dat was het dan ook wel wat betreft de eendagswedstrijden. In de rittenkoersen kwam BikeExchange ook redelijk goed voor de dag: vierde in Parijs-Nice (Hamilton), tiende in Tirreno-Adriatico (Yates), zesde in de Ronde van Catalonië, negende in de Ronde van het Baskenland (twee keer Chavito), winst in de Tour of the Alps (Yates) en de Ronde van Hongarije (Damien Howson), achtste in de Ronde van Romandië (Hamilton), tiende in de Ronde van Zwitserland (Chaves) en zesde in de Benelux Tour (Luke Durbridge). Aardig, maar dat had ook een stuk beter gekund: een zes.
Eindcijfer: 6,4
Wat betreft het groterondewerk en de grotere rittenkoersen doen Hamilton en de opkrabbelende Chaves het zeker niet onaardig, maar Yates had het een stuk beter mogen doen. Uiteraard rijdt hij een sterke Giro d’Italia, alleen met daarnaast een tiende plek als beste resultaat in een WorldTour-rittenkoers had het veel beter gekund. Het aantal zeges en goede resultaten in eendagskoersen bleven ook achter voor BikeExchange. Behoudens Matthews – die veel zware wedstrijden reed – mag je daar jonkies Robert Stannard en Kaden Groves niet op afrekenen. Bling en Yates wel en daarom is het net aan voldoende.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.