Rudy Pevenage: “UCI lichtte US Postal vooraf in over controles”
Pevenage met Ullrich - foto: Cor Vos
donderdag 23 januari 2020 om 20:00

Rudy Pevenage: “UCI lichtte US Postal vooraf in over controles”

Rudy Pevenage heeft na jaren stilzwijgen een boekje open gedaan over zijn tijd als ploegleider. Pevenage vertelt in zijn biografie ‘Der Rudy’ (die deze week verschijnt) over de periode dat hij zijn pupil Jan Ullrich bijstond in een door dopinggebruik gekenmerkt tijdperk. Het achterste van zijn tong laat hij evenwel niet zien. Namen en rugnummers laat hij achterwege, al wijst hij wel met de beschuldigende vinger richting de UCI. 

Miljoen van TI-Raleigh
Voordat hij ploegleider werd, was Pevenage van 1976 tot 1988 beroepsrenner. Zijn voornaamste moment of fame beleefde hij in 1980, toen hij in de Tour de France negen dagen de gele trui droeg. Het was het jaar dat Joop Zoetemelk de Tour won. Volgens Pevenage is die eindzege deels te danken aan een deal die Peter Post maakte met de IJsboerke-ploeg van Pevenage. Het team kreeg een geldbedrag in ruil voor steun aan TI-Raleigh. “We kregen voor onze inspanningen op voorhand al een miljoen Belgische frank. Dat geld is verdeeld onder de renners en het complete begeleidende personeel.”

Na zijn actieve carrière stapte Pevenage in de ploegleiderswagen. Eerst bij Histor-Sigma en La William-Duvel, voordat hij bij Deutsche Telekom Jan Ullrich onder zijn hoede kreeg. Het supertalent groeide uit tot zijn vertrouweling. Ullrich en Pevenage vierden grote successen, met de Tourzege in 1997 als absoluut hoogtepunt.

Na acht jaar moest Ullrich vertrekken bij de Duitse formatie. Bjarne Riis wilde hem inlijven bij CSC, maar slaagde er niet in om het benodigde sponsorgeld bij elkaar te krijgen. Het werd uiteindelijk de nieuwe ploeg van spijkerbroekenketen Team Coast. Het liep uit op een fiasco, hoewel Ullrich na het inspringen van Bianchi nog wel tweede werd in de Tour.

Ullrich werd in 2003 2e in de Tour – foto: Cor Vos

Desastreus foutje
In 2004 keerde ‘Der Jan’ terug op het oude nest, niet wetende dat twee jaar later de veelbesproken dopingzaak Operacion Puerto rond de Spaanse dopingdokter Fuentes zijn einde zou inluiden. Ullrich kreeg van de Spanjaard de codenaam ‘Hijo di Ridicio’, Spaans voor ‘zoon van Rudy’. Een foutje van Pevenage tijdens de Giro d’Italia bleek desastreus.

Ullrich won de tijdrit in Pontedera met een halve minuut voorsprong op Ivan Basso. Pevenage wilde zijn vreugde overbrengen aan Fuentes. “Ik zag de oude Jan weer terug”, kijkt Pevenage nu terug. “Ik was blij, moest dat delen met Eufemiano, maar de kaart van de telefoon was leeg. Opladen kon niet, daar moest je je voor identificeren. Door mijn enthousiasme kon ik niet wachten, ik pakte maar snel mijn eigen telefoon en belde naar Fuentes. Niet zo slim, want op hetzelfde moment werd hij afgeluisterd. Zij, als in opsporingsdiensten en de Spaanse politie, hadden ineens ook mijn nummer. Het was voor die instanties meer dan voldoende, het net rondom de dokter sloot zich en in het bijzijn van Manolo Saiz werd Fuentes gearresteerd.”

Ullrich ontbrak daardoor in de Tour van 2006, hoewel het lang duurde voordat de Duitser daadwerkelijk uitgesloten werd. Een verzoek van toenmalig UCI-voorzitter Hein Verbruggen om met een smoesje af te melden, werd door Pevenage de week voordien nog afgeslagen. Pas op zaterdag – nadat de ploegenpresentatie al geweest was – werden Ullrich en andere renners van de startlijst gehaald.

De affaire betekende ook het einde van zijn carrière. Pevenage beweert alle codenummers van de 211 in beslag genomen bloedzakken te kennen, maar noemt in zijn boek geen namen van renners of andere sporters die klant waren bij Fuentes, behalve dat er ook een ‘vooraanstaande Spaanse tennisser’ klant was.

Ullrich en Pevenage in 2004 – foto: Cor Vos

Armstrong bevoordeeld
Kopman Ullrich vierde zijn successen in een tijdperk dat doping gemeengoed was. Pevenage beschrijft in zijn boek dat ook T-Mobile daar aan meedeed en via colablikjes met dubbele bodems en bloedzaken in melkpakken op een inventieve manier het transport uit het zicht hield. “Het spel moest meegespeeld worden om niet te verliezen”, stelt Pevenage.

Het veelbesproken EPO kon niet getraceerd worden wanneer de behandeling twee dagen voor een controle stopte. “Dat was een publiek geheim. Er kon in alle vrijheid geëxperimenteerd worden”, aldus Pevenage. Na de komst van whereabouts werd het voor renners lastiger om uit het zicht te blijven. “Tot we erachter kwamen dat een rijke Amerikaanse wielrenner de UCI hielp met de aanschaf van betere en specifiekere machines. Natuurlijk was dat een wederdienst waard: zijn ploeg wist waar en wanneer de controleurs zouden opduiken”, beweert Pevenage.

Johan Bruyneel – ploegleider van de ‘rijke Amerikaanse wielrenner’ Armstrong – reageerde inmiddels via Twitter. “Rudy, het is allemaal de schuld van Lance en mij. We hebben jullie ertoe gedwongen…”, aldus een cynische Bruyneel.

Met Ullrich zelf gaat het volgens Pevenage na een moeilijke periode inmiddels weer wat beter. “Ik heb hem drie weken geleden voor het laatst gezien”, vertelt hij aan Het Laatste Nieuws. “Jan heeft nog mindere periodes, maar van zijn verslaving is hij af”, zegt Pevenage. “Hij is top nu. Hij heeft een videoboodschap ingesproken voor de aanwezigen op de boekvoorstelling. Iedereen zal zien dat hij goed bezig is.”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.