Interview Toon Aerts is leider in de Wereldbeker en de DVV Trofee en staat tweede in de Superprestige. “Geen haar op mijn hoofd dat er aan denkt om een van die klassementen op te geven”, klinkt het. “Ik wil het doen zoals mijn teammanager Sven Nys vroeger: elke cross het beste van mezelf geven.”

Toon Aerts is dé kopman binnen het Telenet-Fideateam van Sven Nys. Dat bevestigde de Kempenaar het voorbije weekend eens te meer met podiumplaatsen in Niel én Gavere. Zo blijft Aerts soeverein leider in de DVV Trofee en houdt hij ook zijn tweede plaats vast in de Superprestige. Ook in de Wereldbeker staat hij op kop.

Van der Poel domineert het seizoen. Maar waar plaats jij jezelf daar achter tussen de namen Van Aert, Sweeck en Van der Haar?

“Ik schat Wout van Aert nog steeds hoger in dan mezelf, ook al ben ik hem de voorbije twee maanden al een paar keer voor geweest. Wout heeft nog meer pure, brute power. Dat levert hem het voordeel op als het vlak is. Ik lig meer in balans met Sweeck en Van der Haar, al denk ik dat ik op dit moment van het seizoen wel een streepje voor heb op Laurens en Lars.”

Bergop was je in Gavere met voorsprong de betere van Van Aert. Dat bewees je eerder ook op de Koppenberg…

“Ik profiteer dan optimaal van mijn wattage per kilogram lichaamsgewicht. Wout vertelde na de Koppenbergcross zelf dat hij nu tien kilogram meer spiermassa heeft dan toen hij in 2014 de eerste keer die wedstrijd won. Ik probeer daar samen met mijn trainer (Tim Aerts, geen familie, red) op toe te zien. Klimmen is mijn sterke punt, dat mag ik niet zomaar verloren laten gaan. Gelukkig heb ik niet de lichaamsbouw dat ik snel extra spiermassa aanmaak. Maar we letten er sterk op dat dat gewicht zoveel mogelijk behouden blijft, want elke kilogram spiermassa moet je bergop wel meesleuren. We zien er op toe dat die er op de juiste plaatsen bijkomen. Blijkbaar is dat voor jongens die wat meer op de weg focussen, een stuk moeilijker.”

©Photopress.be

Waaruit we veronderstellen dat jij die switch niet snel gaat maken.

“Klopt. Als je ziet welke progressie ik de laatste drie jaar heb gemaakt… Ik was een crosser waarvan werd gezegd dat hij niet al te technisch was. Ondertussen spring ik vlot over de balkjes en maak ik verder weinig fouten. Natuurlijk steekt Mathieu er bovenuit op de echt technische passages. Dat zag je in Gavere nog in de afdaling, maar ik bewijs wel dat ik stilaan overal op het podium kan eindigen. Dus blijft veldrijden hoe dan ook mijn hoofddoel.”

Jij rijdt ook het volledige programma.

“Net omdat ik fulltime crosser ben. Wout en Mathieu hebben in de zomer nog andere doelen. Stel dat Van Aert in de Ronde van Vlaanderen plots parkeert, krijgt hij ook kritiek. Hetzelfde met Mathieu op de weg of op de mountainbike. Ik heb nu eenmaal een hele zomer om me voor te bereiden op dat veldritseizoen. Ik vind het ook belangrijk om het aan te pakken zoals Sven Nys het altijd heeft aangepakt: in elke klassementscross het beste van mezelf geven. Voorlopig loont dat, want ik sta in elk regelmatigheidscriterium goed geplaatst.”

“De volgende twee weekends staan met Tabor, Hamme en Koksijde dus nog drie belangrijke wedstrijden op de agenda. Daarna gaan we op stage de batterijen opnieuw opladen richting de belangrijke eindejaarsperiode en de kampioenschappen. Het moet lukken om het tot het WK te rekken.”

In Gavere ging je een eind mee met Mathieu. Wanneer komt het volgens jou tot een echt duel?

“(lacht) Op een parcours zoals de Koppenberg én Mathieu die dag dan ook nog eens een offday heeft. Nee, het kan misschien, maar dan moet voor mij écht alles in de juiste plooi vallen. Niet zoals in Gavere. Ik kon Mathieu er wel een tijdje volgen, maar dat was voor mij meer een brommertraining dan wat anders.”