Vuelta 2022: Voorbeschouwing op het parcours
Met de Vuelta a España (19 augustus-11 september) staat de derde en laatste grote ronde van het seizoen alweer voor de deur. Beginnen doen we in het Nederlandse Utrecht, eindigen in het centrum van Madrid. Tussen deze twee steden krijgen de renners weer het nodige voor hun kiezen. Wat hebben de parcoursbouwers van de Spaanse rittenkoers dit jaar voor ons petto? WielerFlits zet het parcours op een rij.
Vooraleer we het parcours van de 77ste editie van de Ronde van Spanje met een chirurgische precisie ontleden, is het goed om even naar de grote lijnen te kijken. Vorig seizoen werd de Vuelta nog volledig verreden op Spaans grondgebied, dit jaar kiest de organisatie – voor de vierde keer in zijn historie – voor een buitenlandse start. Na Lissabon (1987), Assen (2009) en Nîmes (2017) is het nu de beurt aan Utrecht om de ‘Gran Salida’ te organiseren. De Vuelta-karavaan koerst na de ploegentijdrit in Utrecht nog twee dagen op Nederlandse, en ook heel even Belgische, bodem.
Na een driedaagse trip door Nederland trekken de renners op de eerste rustdag naar Spanje, om vervolgens in de wielergekke regio Baskenland te beginnen aan het tweede deel van de Vuelta. Het parcours van de drieweekse ronde is zeer divers en biedt voor ieder wat wils. Aan (steile) beklimmingen geen gebrek, maar ook de sprinters komen zeker aan hun trekken. Sterker, als we een vergelijking maken met de voorbije Tour de France, is de Vuelta dit jaar veel meer een paradijs voor de rappe mannen. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de tijdrijders: die krijgen onderweg twee kansen om zich uit te leven.
Na een start in Nederland en een lange verplaatsing naar Spanje, gaat het via noordwesten van het Iberische schiereiland in een ruk naar het zuidoosten, om vervolgens meerdere sleuteletappes af te werken in het vaak zo bloedhete Zuid-Spanje. Na passages door Andalusië en Extremadura trekken de nog overgebleven coureurs naar de regio rond Madrid, waar nog verraderlijke etappes zijn uitgetekend rond Talavera de la Reina, Laz Rozas en de flanken van de Puerto de Navacerrada. Opvallend: de Vuelta zal dit jaar niet door Catalonië, toch een wielergekke regio bij uitstek, koersen.
De Vuelta a España 2022 kort samengevat
21 etappes
3.280,4 kilometer
Gran Salida in Utrecht
9 ritten langer dan 180 kilometer
54,2 tijdritkilometers
3 rustdagen
6 vlakke ritten
4 heuvelritten
9 bergritten
2 tijdritten
8 aankomsten bergop
2 beklimmingen van vierde categorie
11 beklimmingen van derde categorie
14 beklimmingen van tweede categorie
14 beklimmingen van eerste categorie
1 beklimming van de buitencategorie
Volledig parcours Vuelta a España 2022
19/08 – Etappe 1: Utrecht – Utrecht (23,3 km, TTT)
20/08 – Etappe 2: ‘s-Hertogenbosch – Utrecht (175,1 km)
21/08 – Etappe 3: Breda – Breda (193,5 km)
Rustdag
23/08 – Etappe 4: Vitoria Gasteiz – Laguardia (152,5 km)
24/08 – Etappe 5: Irún – Bilbao (187,2 km)
25/08 – Etappe 6: Bilbao – San Miguel de Aguayo (181, 2 km)
26/08 – Etappe 7: Camargo – Cistierna (190 km)
27/08 – Etappe 8: La Pola Llaviana – Collado Fancuaya (153,4 km)
28/08 – Etappe 9: Villaviciosa – Les Praeres Nava (171,4 km)
Rustdag
30/08 – Etappe 10: Elche – Alicante (30,9 km, ITT)
31/08 – Etappe 11: ElPozo Alimentación – Cabo de Gata (191,2 km)
01/09 – Etappe 12: Salobreña -Peñas Blancas (192,7 km)
02/09 – Etappe 13: Ronda – Montilla (168,4 km)
03/09 – Etappe 14: Montoro – Sierra de la Pandera (160,3 km)
04/09 – Etappe 15: Martos – Sierra Nevada (149,6 km)
Rustdag
06/09 – Etappe 16: Sanlúcar de Barrameda – Tomares (189,4 km)
07/09 – Etappe 17: Aracena – Monasterio de Tentudía (162,3 km)
08/09 – Etappe 18: Trujillo – Alto de Piornal (192 km)
09/09 – Etappe 19: Talavera de la Reina – Talavera de la Reina (138,3 km)
10/09 – Etappe 20: Moralzarzal – Puerto de Navacerrada (181 km)
11/09 – Etappe 21: Las Rozas – Madrid (96,7 km)
Etappe 1
Utrecht – Utrecht (vrijdag 19 augustus)
Van uitstel komt vaak afstel, maar dat is zeker niet het geval voor de mensen in Utrecht die de Vuelta aan warm hart toedragen. Eigenlijk zou de Spaanse ronde in 2020 al starten in Nederland, maar door de coronapandemie werd dit idee op de lange baan geschoven. Komende vrijdag is het echter zover: de renners trappen af met een ploegentijdrit van net iets meer dan 23 kilometer door de straten van Utrecht. Start en finish zijn bij de bekende Jaarbeurs.
De route voert, na de start, door het centrum via de Maliesingel naar de Blauwkapselweg, richting Overvecht. Na een heuse U-bocht wordt er koers gezet naar de Leidsche Rijn, om dan vervolgens via de Meern weer terug te rijden naar de Jaarbeurs, waar de eindtijden zullen worden opgemeten. Wat we kunnen vertellen over het parcours? Door de biljartvlakke wegen zal de gemiddelde snelheid hoog liggen, maar het is door een combinatie van een aantal flauwe en wat scherpere bochten toch oppassen geblazen.
De laatste keer dat de Vuelta met een ploegentijdrit begon, was in 2019. De zege ging toen toch enigszins verrassend naar het Kazachse Astana, voor Deceuninck-Quick-Step en Team Sunweb. Het was de ploegentijdrit waarin meerdere renners van Jumbo-Visma onderuit gingen vanwege het spekgladde parcours, veroorzaakt door water op de weg.
Start eerste ploeg: 18.30 uur
Finish laatste ploeg: rond 20.22 uur
Afstand: 23,3 kilometer
Etappe 2
‘s-Hertogenbosch – Utrecht (zaterdag 20 augustus)
Voor de tweede etappe op Nederlandse bodem kijken we vooral naar de sprinters: die zullen deze rit met rood hebben omcirkeld in hun routeboek. De 175,1 kilometer tussen Den Bosch (of ‘s-Hertogenbosch) en Utrecht zijn namelijk nagenoeg vlak. Na de officiële start bij de Brabanthallen in Den Bosch trekken de coureurs in noordwestelijke richting – via Nationaal Park De Biesbosch en de Utrechtse Heuvelrug – naar Doorn en vervolgens Amersfoort. Ondanks het vlakke parcours, staat in deze rit toch de eerste bergsprint gepland.
Na goed honderd kilometer in het zadel zal de koers ontbranden op de flanken van de Alto de Amerongse Berg (2,1 km aan 2,4%). Het is een veredelde verkeersheuvel als we het vergelijken met de cols die de renners later in deze Vuelta nog krijgen voorgeschoteld, maar wie als eerste bovenkomt op deze klim van vierde categorie mag toch de eerste bergtrui aantrekken.
Na de bergsprint vervolgt de route via onder meer Scherpenzeel, Doorn, Amersfoort en Vliegbasis Soesterberg – waar de enige tussensprint van de dag ligt – naar het slotcircuit in Utrecht, waar voor de tweede opeenvolgende dag een winnaar zal worden gehuldigd. De finishstreep is getrokken bij het Utrecht Science Park, aan de oostkant van de stad.
Officieuze start: 13.15 uur
Officiële start: 13.32 uur
Finish: tussen 17.20 en 17.45 uur
Afstand: 175,1 kilometer
Etappe 3
Breda – Breda (zondag 21 augustus)
De derde en laatste Nederlands getinte Vuelta-etappe speelt zich af in en rond Breda en is een feite een trip down memory lane langs en door bekende Brabantse wielerdorpen en steden. De renners beginnen bij het kasteel van Breda aan de ruim 190 kilometer lange etappe, die verder over volledig vlakke wegen voert en dus waarschijnlijk zal uitmonden in een massasprint. Na een uitgebreide studieronde van Breda worden onder meer Chaam (bekend van het wielercriterium) en Baarle-Nassau aangedaan, net als Dongen, Oosterhout en Steenbergen en – wat misschien niet iedereen weet – de Belgische gemeente Baarle-Hertog.
De Vuelta doorkruist niet veel later ook Hoogerheide, wat we vrijwel meteen associëren met de familie-Van der Poel, Roosendaal, Rucphen (een plek met een toch wel rijke veldritgeschiedenis) en Sint-Willebrord (de geboorte- en sterfplaats van Wout Wagtmans, een van Nederlands meest succesvolle wielrenners in de jaren vijftig van de vorige eeuw). In die fase zal ook gesprint worden voor bergpunten op de Rijzendeweg (400 meter aan 3,7%) en in Sint-Willebrord voor de tussensprint en bonificatieseconden.
Daarna zal de route weer zal afbuigen richting Breda. Via de Sprundelsebaan en Ettensebaan komen de renners over de Kapittelweg weer de binnenstad binnen, waarna het nog maar een klein stukje is naar de streep voor het Chassé Theater op de Claudius Prinsenlaan.
Officieuze start: 12.25 uur
Officiële start: 12.52 uur
Finish: tussen 17.05 en 17.30 uur
Afstand: 193,2 kilometer
Etappe 4
Vitoria-Gasteiz – Laguardia (dinsdag 23 augustus)
Na de eerste inleidende ritten door Nederland en een eerste rustdag (of moeten we zeggen reisdag?) gaat de koers op dinsdag verder met de eerste etappe op Spaanse bodem, meer specifiek Baskenland. In Vitoria-Gasteiz kwam al vaker een belangrijke wielerkoers aan, maar de hoofdstad van de Spaanse autonome regio Baskenland en de provincie Álava is nu het vertrekpunt voor een lastige etappe door het middengebergte. De eerste vijftig kilometer kunnen we nog gerust bestempelen als een – zeker voor Spaanse begrippen – vlakke aanloop, maar dan begint de pret.
Aan het einde van de dag hebben de renners zo’n 2.300 hoogtemeters verorberd, en dat over een afstand van pak ‘m beet 100 kilometer. Op de flanken van de Puerto de Opakua (5 km aan 6,9%, tweede categorie) en Puerto de Herrera (7,3 km aan 4,8%, derde categorie) zijn bergpunten te verdienen en ook tussen deze beklimmingen in is het allesbehalve vlak. Het telt misschien niet mee voor het bergklassement, maar dat wil niet zeggen dat de renners het niet meenemen richting de finale. Na de top van de Puerto de Herrada is het nog goed vijftien kilometer tot de meet. De laatste kilometer in Laguardia loopt overigens ook nog stevig omhoog, aan ruim 8%.
Officieuze start: 13.40 uur
Officiële start: 14.06 uur
Finish: tussen 17.20 en 17.40 uur
Afstand: 152,5 kilometer
Etappe 5
Irún – Bilbao (woensdag 24 augustus)
De Vuelta houdt het in zijn 77ste editie niet bij één Baskische etappe, want ook op woensdag is er een lastige route uitgetekend in deze in meerdere opzichten fascinerende regio. Dit keer verzamelen de renners zich in Irún, dat twee jaar geleden nog verantwoordelijk was voor een Vuelta-start, voor een toch wel verraderlijke rit over drie beklimmingen van derde en twee hellingen van de tweede categorie.
De heuvelzone begint na goed 90 kilometer met de Puerto de Gontzagarigana (5,3 km aan 4,5%), Balcón de Bizakia (4,2 km aan 5,6%) en Alto de Morga (8,6 km aan 3,5%), drie beklimmingen die elkaar in rap tempo opvolgen.
De uitdrukking ‘het venijn zit hem in de staart’ is zeker van toepassing op de vijfde etappe naar Bilbao, want in de laatste vijftig kilometer ronden de renners nog tweemaal de top van de bijzonder lastige Alto del Vivero. Deze bekende Baskische klim, in het verleden ook al eens scherprechter geweest in de Vuelta, is 4,6 kilometer lang en stijgt aan een gemiddelde van 8%.
Pittige kost, zeker als je bedenkt dat de top van de laatste passage op goed vijftien kilometer van de streep ligt. In de Vuelta van 2016 werden de coureurs getrakteerd op een bijna identieke finale en toen ging de zege in een sprint naar Jens Keukeleire. Het kan dus alle kanten op in Bilbao.
Officieuze start: 12.45 uur
Officiële start: 12.57 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 187,2 kilometer
Etappe 6
Bilbao – San Miguel de Aguayo (donderdag 25 augustus)
De klassementsrenners hebben zich de voorbije dagen kunnen testen op de vele Baskische hellingen, misschien dat een (schaduw)favoriet al een poging heeft ondernomen richting Laguardia of Bilbao, maar donderdag gaan de klimmers zeker met de billen bloot. Na de zesde etappe naar San Miguel de Aguayo weten we al veel meer over de waardeverhoudingen tussen de toppers. Het parcours is te zwaar om verstoppetje te spelen, met een totaal aan 4.000 hoogtemeters en onderweg de Puerto de Alisas van tweede categorie en de Collada de Brenes en de klim naar Paco Jano van eerste categorie. Op de laatste klim is bovendien de finishstreep gekalkt.
De renners laten eerder op de dag Bilbao achter zich en trekken westwaarts richting de nabijgelegen regio Cantabrië. Voor de slotklim zijn er al twee beklimmingen overwonnen met zoals aangegeven de Puerto de Alisas (8,7 km aan 5,8%) en de Collada de Brenes (6,8 km aan 8,2%). Die laatste klim is vanuit strategisch oogpunt zeer interessant, aangezien het vanaf de top niet meer zo ver is naar de voet van de slotklim. De laatste beklimming begint op 12,6 kilometer van de streep en kent een enigszins bescheiden gemiddelde van 6,5%, maar is zeer onregelmatig. De laatste vier kilometer, die speciaal voor deze Vuelta zijn geasfalteerd, zijn behoorlijk pittig met een maximale piek tot 15%.
Vuurwerk gegarandeerd!
Officieuze start: 12.20 uur
Officiële start: 12.37 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 181,2 kilometer
Etappe 7
Camargo – Cistierna (vrijdag 26 augustus)
Voor de zevende etappe is er maar één vraag relevant: draait het in finishplaats Cistierna wel of niet uit op een sprint? Voor Spaanse begrippen is het uitgetekende traject in de omgeving van Tarragona niet al te uitdagend, maar dat is dan wel buiten de Puerto de San Glorio gerekend. Vooraleer de renners de voet van deze beklimming van eerste categorie bereiken, koersen ze voor een kilometer of honderd al over behoorlijk heuvelachtig terrein, wat toch wel in de benen zal kruipen. De Puerto de San Glorio is met zijn gemiddelde van 5,5% een echte loper, maar de totale afstand van de klim bedraagt wel 22,4 kilometer.
Dit is voor de snelheidsduivels toch een onaangename verrassing op weg naar een mogelijke sprint, maar voor aanvallers dan weer een ideaal punt om de koers te doen ontploffen. Renners met stoute plannen moeten na de top van de enige klim van de dag echter nog wel 65 kilometer afleggen naar de finish. De eerste pakweg tien kilometer verlopen in dalende lijn en vervolgens vervolgt de route over een hoogvlakte van zo’n 1.000 meter. Voor de sprintersploegen is er na de Puerto de San Glorio kortom nog wel wat tijd om de boel te organiseren, al zal het toch een dubbeltje op zijn kant worden.
Na twee keer als startplaats te hebben gefungeerd, is Cistierna nu voor het eerst in zijn historie een finishlocatie in La Vuelta.
Officieuze start: 12.20 uur
Officiële start: 12.30 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 190 kilometer
Etappe 8
La Pola Llaviana – Colláu Fancuaya (zaterdag 27 augustus)
Na twee jaar is de Vuelta-karavaan terug in La Pola Llaviana. In 2020 was deze plek in het hart van de regio Asturië vertrekpunt voor een etappe naar de mythische Alto de l’Angliru, gewonnen door de Brit Hugh Carthy. Dit jaar trekken de renners vanuit La Pola Llaviana naar een andere bijzondere lastige slotklim: de Collado/Colláu Fancuaya. Maar dat zijn zorgen voor later, daarvoor is het namelijk ook al klimmen geblazen in deze toch vrij korte etappe over 153,4 kilometer. Het gaat van bij de start al bergop naar de top van de Alto de la Colladona (6,4 km aan 7%) van tweede categorie.
De volgende klim die de renners te wachten staat, is er opnieuw eentje van de tweede categorie: de Alto de la Mozqueta (6,8 km aan 6,6%). Na een korte afdaling en nog kortere tussenfase beginnen de renners aan de Alto de Santo Emiliano (5,7 km aan 5,3%) en met nog goed zestig kilometer op de koersteller volgt de Puerto de Tenebreo (5,3 km aan 6,2%). Als de renners dan vervolgens over de klim naar Perlavia (4 km aan 7,7%) zijn gereden, gaat het naar de voet van de onuitgegeven Collado Fancuaya. Tien kilometer klimmen aan ruim 8%, met in de laatste drie kilometer percentages tot wel 11%.
Dat is wat de renners te wachten staat in deze misschien wel zwaarste etappe van de eerste week.
Officieuze start: 13.10 uur
Officiële start: 13.28 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 153,4 kilometer
Etappe 9
Villaviciosa – Les Praeres. Nava (zondag 28 augustus)
Vooraleer de renners toe zijn aan de tweede rustdag, volgt er op de tweede zondag van de Vuelta een nieuw krachtmeting tussen de klassementsrenners. Een uitdagende route door het Asturische landschap met onderweg vier beklimmingen en een finale op de ontzettend steile slotklim naar berggebied Les Praeres de Nava: dat is wat de renners te wachten staat in etappe negen. In de eerste vijftig kilometer is er nog niet veel aan de hand, maar vervolgens begint het serieuze klimwerk met de onregelmatige Alto del Torno (7,6 km aan 6%) en de eveneens zeer grillige Mirador del Fito (9 km aan 6%).
Eenmaal de uitkijktoren op Mirador del Fito gepasseerd, volgt de duik naar de voet van de Alto de la Llama (7,1 km aan 5,1%). Als de renners deze klim hebben getrotseerd, volgt er een afdaling naar zeeniveau en startplaats Villaviciosa, waar nog een tussensprint op het programma staat. Deze sprint gaat vrijwel meteen over in de voorlaatste klim van de dag, die naar La Campa (9,3 km aan 4,1%), wat kan worden gezien als een laatste voorgerecht voor het hoofdmenu: de bijzonder steile slotklim naar Les Praeres de Nava. Deze verschrikkelijke benenbreker is slechts 3,9 kilometer lang, maar stijgt wel aan een gemiddelde van 12,9(!)%, met uitschieters tot 16%.
De Vuelta reed er vier jaar geleden voor het eerst naar boven en toen ging de zege naar de latere eindwinnaar Simon Yates. De Brit veroverde op het veredelde geitenpad, met korrelig asfalt, tevens de rode leiderstrui.
Officieuze start: 12.40 uur
Officiële start: 12.53 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 171,4 kilometer
Etappe 10
Elche – Alicante (dinsdag 30 augustus)
Soms volgt er na een rustdag een etappe die weinig om het lijf heeft voor de klassementsmannen, maar de Vuelta-organisatie kiest duidelijk voor een ander recept. Voor de kopmannen is het dinsdag een kwestie van ‘erop of eronder’ in de tijdrit van ongeveer 31 kilometer van Elche naar Alicante. Het is de tweede en tevens ook laatste beproeving tegen de klok, en voor de betere tijdrijders onder de klassementsrenners een uitgelezen kans om de pure klimmers op achterstand te zetten. Er is een razendsnel en biljartvlak parcours uitgetekend aan de Spaanse oostkust, op maat van de tijdritspecialisten.
De tijdrit heeft in feite drie gezichten: het eerste deel loopt lichtjes bergaf, vervolgens zijn de wegen zo vlak als een biljartlaken en in de laatste kilometers gaat hij bij momenten lichtjes bergop. Op wat bochten in het begin, halverwege en helemaal aan het einde na, zijn de wegen rechttoe-rechtaan en is het dus een kwestie van zo hard mogelijk doortrappen. Na zestien kilometer krijgen de renners te horen of ze bezig zijn aan een goede tijdrit, of dat ze echt nog een tandje moeten bijschakelen in de finale. Dat zal gebeuren in L’Altet, op slechts vijf minuten rijden van de luchthaven van Alicante, waar dus de tussentijden worden doorgegeven.
Start eerste renner: 14.40 uur
Finish laatste renner: rond 17.30 uur
Afstand: 30,9 kilometer
Etappe 11
ElPozo Alimentación – Cabo de Gata (woensdag 31 augustus)
De sprinters kwamen er de voorbije dagen maar bekaaid vanaf, maar op woensdag 31 augustus lijken ze dan toch weer aan hun trekken te komen. De elfde etappe van het hoofdkwartier van vleeswarenproducent ElPozo Alimentación naar natuurgebied Cabo de Gata kent geen officiële beklimmingen en is door de organisatie aangemerkt als een nieuwe kans voor de rappe mannen. Natuurlijk, in de Vuelta moet je altijd met twee woorden spreken, aangezien de wegen ook nu weer ‘Spaans vlak’ zijn en de wind een rol kan spelen. De renners koersen veelal door een grillig woestijnachtig gebied, waar het vaak kurkdroog en kokendheet is.
Onderweg worden er zoals eerder vermeld nog wel wat hoogtemeters overwonnen, maar het is kinderspel als je het vergelijkt met de etappes die we later in deze tweede Vuelta-week nog krijgen voorgeschoteld. Vanuit cultureel en toeristisch oogpunt is de passage langs het strand van Mojácar iets om naar uit te kijken. Deze badplaats aan de Zuid-Spaanse Costa de Almería bestaat eigenlijk uit twee delen. Pueblo Mojácar ligt op een heuvel en dankt zijn gezicht aan de witgekalkte huizen. De renners hebben verder geen tijd om hier bij stil te staan, zij koersen in een rotvaart naar de finish in het bijzondere natuurgebied Cabo de Gata.
Waarschijnlijk om er te sprinten voor de overwinning.
Officieuze start: 12.35 uur
Officiële start: 12.51 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 191,2 kilometer
Etappe 12
Salobreña – Peñas Blancas. Estepona (donderdag 1 september)
In de twaalfde etappe keert de Vuelta terug naar zijn natuurlijke habitat, de bergen, al gebeurt dat pas helemaal op het einde. De aanloop naar de slotklim, die begint in Estepona, is nog behoorlijk vlak en voert langs de Spaanse zuidkust. Met 192,7 kilometer is het overigens de langste etappe van deze ronde, die aanvankelijk dus weinig vertier zal opleveren. In de eerste koersuren zal naar verwachting een klassiek koersverhaal worden geschreven: een vroege vlucht die zich formeert, een peloton dat controleert. Na goed honderd kilometer verlaten de renners de kust en trekken ze via Coín wat meer landinwaarts.
Het gaat dan ook meteen wat meer bergop, maar het begint pas écht te klimmen op een slordige twintig kilometer van de finish. Als de renners door badplaats Estepona rijden, begint de slotklim van Peñas Blancas, letterlijk vertaald de ‘witte klip’. En een flinke klip is het, met een goede negentien kilometer klimmen aan 6,7%. Van zeeniveau gaat het naar een hoogte van 1.270 meter. In de eerste klimkilometers volgen meteen de steilste percentages tot 12%, vervolgens vlakt het voor een paar kilometer af en blijft de beklimming tot de top doorlopen aan zo’n 6%. We kunnen de klim wel classificeren als een loper, maar vanwege zijn lengte is hij toch niet te onderschatten.
In 2013 trok de Vuelta ook al eens naar de beklimming van Peñas Blancas voor de finish van een bergetappe en toen kwam de inmiddels gestopte Tsjech Leopold König als eerste boven. We moeten er echter wel meteen bij vermelden dat de finish toen nog een stuk lager lag, op een hoogte van 970 meter.
Officieuze start: 12.25 uur
Officiële start: 12.34 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 192,7 kilometer
Etappe 13
Ronda – Montilla (vrijdag 2 september)
Sprinters, klimmers, sprinters? De organisatie kiest in de tweede week voor de nodige variatie. Na een aankomst op de slotklim van Peñas Blancas lijkt het in de dertiende etappe weer aan de rappe mannen, al doen we er in de Vuelta verstandig aan om niet te snel conclusies te trekken.
Op het eerste gezicht lijkt de uitgetekende route tussen Ronda en Montilla redelijk vlak, er staan geen bergsprints op het programma. Dat wil alleen niet zeggen dat er geen hoogtemeters moeten worden overwonnen. Toch zullen de sprintersteams deze kans met beide handen willen aangrijpen, in de wetenschap dat er niet meer zoveel mogelijkheden aankomen.
Officieuze start: 13.15 uur
Officiële start: 13.36 uur
Finish: tussen 17.20 en 17.45 uur
Afstand: 168,4 kilometer
Etappe 14
Montoro – Sierra de La Pandera (zaterdag 3 september)
Over een loodzware exercitie gesproken: in de veertiende etappe zullen de klassementsrenners elkaar tot het uiterste drijven. Er is misschien nog wel meer schrik voor rit vijftien naar Sierra Nevada, maar ook in de 160,3 kilometer bergetappe naar de Sierra de la Pandera kunnen de verschillen hoog oplopen. In startplaats Montoro werd op 14 augustus 2021 met 47,4 graden Celsius de hoogste temperatuur ooit gemeten in Spanje. Het is voor de renners te hopen dat het dit keer niet zo warm is in het zuiden van Spanje, als ze vanuit Montoro oostwaarts vertrekken richting de pittige finale met twee fikse beklimmingen.
Het peloton volgt eerst lange tijd het dal van de rivier Guadalquivir, over redelijk vlakke wegen, om vervolgens af te buigen naar het zuiden. De weg begint dan al snel omhoog te lopen naar Mancha Real. Deze klim – de Puerto de Siete Pilillas (9,9 km aan 3,5%) – telt mee voor het bergklassement. Het is meteen een ideale opwarmer voor de laatste 35 – zeer lastige – kilometers. In Jaén trekken de coureurs weer de bergen in, met eerst twee ongecategoriseerde hellingen en vervolgens de Puerto de los Villares (10,4 km aan 5,5%), wat in feite de prelude is voor de slotklim van de Sierra de la Pandera (8,4 km aan 7,8%).
De Sierra de la Pandera is inmiddels uitgegroeid tot een moderne klassieker in de Vuelta. Het is een bijzonder onregelmatige klim: stijgingspercentages tot 12% worden afgewisseld met vlakkere stroken, en in de laatste kilometer volgt er zelfs nog een korte afdaling. Eerdere winnaars op deze klim luisteren naar de namen Roberto Heras (2002), Alejandro Valverde (2003), Andrej Kasjetsjkin (2006), Damiano Cunego (2009, al herinneren we ons vooral nog het duel tussen een nog jonge Robert Gesink en Valverde) en Rafał Majka (2017).
Officieuze start: 13.05 uur
Officiële start: 13.17 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 160,3 kilometer
Etappe 15
Martos – Sierra Nevada (zondag 4 september)
De vijftiende etappe speelt zich af tussen Martos en het skigebied in bergketen Sierra Neveda en kunnen we gerust beschouwen als La Etapa Reina (de koninginnenrit) van deze Vuelta a España. De net geen 150 kilometer lange etappe kent nog een rustige aanloop, maar kent als tegengewicht een loodzware slotfase. De renners rijden na de start over glooiende wegen, om nabij Lobucín te beginnen aan de Puerto del Castillo (6,8 km aan 4,5%) van derde categorie. Eenmaal boven blijven de renners op een hoogte van zo’n 900 meter koersen, waarna de afdaling naar de vlakte richting Granada volgt.
Na een passage door de wereldberoemde stad met zijn Alhambra, begint het serieuze klimwerk met de Alto del Purche (9,1 km aan 7,6%) vanuit Monachil. De eerste drie kilometer van deze klim zijn meteen het zwaarst, met percentages die constant schommelen tussen de 9 en 11%. Vervolgens vlakt de klim wat af, om in de laatste honderden meters weer te stijgen aan 10% en meer. Na de Alto del Purche volgt de afdaling naar Pinos Genil, al is er geen tijd om even op adem te komen. Na de afzink is het meteen weer klimmen geblazen, want na het doorkruisen van Güejar Sierra wacht de Alto de Hazallanas.
De Alto de Hazallanas is 7,3 kilometer lang aan een gemiddelde van liefst 9,6%, met stroken die regelmatig in de dubbele cijfers schieten. Het is perfect mogelijk om na de Hazallanas de koers te laten finishen, zoals in de Vuelta van 2013 het geval was, maar de organisatie heeft nog een (on)aangename verrassing in petto. De route klimt namelijk vrolijk verder richting het skiresort van Sierra Nevada, naar een hoogte van 2.510 meter. Dit is niet geheel verrassend het hoogste punt van de ronde. Het laatste deel van de klim – ook wel de Alto Hoya de la Mora (12,2 km aan 6,8%) genoemd – zal zijn sporen nalaten.
Officieuze start: 13.05 uur
Officiële start: 13.21 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 149,6 kilometer
Etappe 16
Sanlúcar de Barrameda – Tomares (dinsdag 6 september)
Na twee loodzware dagen door de zuid-Spaanse bergen waren de renners wel toe aan een rustdag, maar in een grote ronde is er maar weinig tijd om echt bij te komen van de geleverde inspanningen. De parcoursbouwers zijn echter een keertje vriendelijk voor de renners: de zestiende etappe voert namelijk over behoorlijk vlakke en dus niet al te uitdagende wegen. Natuurlijk, helemaal vlak is het in Spanje natuurlijk niet, maar de sprinters zullen deze rit hebben aangekruist. En toch is het in de finale nog even alle hens aan dek voor de spurters, want in de laatste tien kilometer volgt nog een listig klimmetje van 1,5 kilometer aan goed 6%.
De vraag is of we hier nog een late uitval zien van een sterke renner, die zijn inspanning vervolgens kan doortrekken tot de eindstreep in Tomares. In 2017 finishte de Vuelta al eens in deze plek in de Spaanse provincie Sevilla in de regio Andalusië. Matteo Trentin bleek toen de snelste van een eerste elitegroep van een dertigtal renners, al zag de etappe er toen wel anders uit en was de finale nog een tikkeltje zwaarder.
Officieuze start: 12.45 uur
Officiële start: 13.00 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 189,4 kilometer
Etappe 17
Aracena – Monasterio de Tentudía (woensdag 7 september)
De zeventiende etappe lijkt zo op het eerste gezicht geknipt voor de aanvallers. Het parcours is te lastig voor de sprinters, maar we verwachten ook niet meteen dat de klassementsrenners het hier van ver proberen. Op de slotklim zullen nog wel wat plaagstoten worden uitgedeeld, maar verder is dit een rit waar een sterke kopgroep kans maakt om voorop te blijven. Aracena, dat wordt beschouwd als een van de meest karakteristieke steden in de provincie Huelva, debuteert als startplaats in de Vuelta. De route loopt na de start, via op- en afgaande wegen, richting het noorden naar Jerez de los Caballeros.
In dit gedeelte van Spanje kunnen de temperaturen hoog oplopen: de renners zullen dan het gevoel hebben te koersen in een bakoven. Na een passage door Jerez de los Caballeros en Burguillos del Cerro gaat het weer richting het zuiden, naar de grens tussen Andalusië en het vaak nog dordere en drogere Extremadura. Daar, op de grens tussen deze twee provincies, ligt Monasterio de Tentudía, een klooster bovenop een heuvel. Om dit klooster te bereiken, moeten de renners een beklimming van 10,3 kilometer (aan een gemiddelde van 5%) trotseren. De eerste drie en de laatste vier kilometer van de klim verlopen aan goed 7%, met een piek tot 12%.
Net als startplaats Aracena, debuteert de slotklim naar Monasterio de Tentudía in de Vuelta.
Officieuze start: 13.05 uur
Officiële start: 13.21 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 162,3 kilometer
Etappe 18
Trujillo – Alto de Piornal (donderdag 8 september)
In de slotweek worden de echt mythische Spaanse cols, denk aan de Alto de l’Angliru, Bola del Mundo en Lagos de Covadonga, gemeden. Dat wil echter niet zeggen dat de laatste dagen een maat voor niets zijn. Wel integendeel, zo bevat de achttiende etappe tussen het wonderschone bergdorpje Trujillo en Piornal, de hoogstgelegen stad van de afgelegen streek Extremadura, erg veel hoogtemeters.
In de beginfase is daar nog weinig van te merken, maar na ruim honderd kilometer snijden ze voor het eerst de klim naar Piornal aan. Deze berg, waarvan de top van meerdere kanten te bereiken is, staat maar liefst drie keer op het programma. De eerste variant (met 3,7 km aan 9,4% toch wel erg pittig) gaat niet naar de top, want bij de watervallen van Desesperá dalen de renners weer terug naar het dal.
Wat volgt, is een passage over de niet geclassificeerde klim (4,8 km aan 4,3%) naar het klooster van Yustre, waar keizer Karel V in de zestiende eeuw volgens de overlevering zijn laatste levensdagen doorbracht, en een tweede passage over de Alto de Piornal (13,5 km aan 5%). De route daalt vervolgens af naar Rio Jerte en na een korte passage door het dal, is het tijd voor de slotklim. Deze versie van de Alto de Piornal is 13,3 kilometer lang aan 5,6%.
Zien we hier een wisseling van de wacht?
Officieuze start: 12.10 uur
Officiële start: 12.19 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.50 uur
Afstand: 192 kilometer
Etappe 19
Talavera de la Reina – Talavera de la Reina (vrijdag 9 september)
In de negentiende etappe kan het voor ons gevoel alle kanten op. Het lijkt een uitgelezen mogelijkheid voor de rasaanvallers om nog iets te ondernemen, twee dagen voor Madrid. We sluiten echter niet uit dat een klassementsrenner onderweg een bommetje dropt, aangezien de rit slechts 138,3 kilometer lang is en er met een dubbele passage van de Puerto del Piélago wel wat mogelijk is in de omgeving van start- en finishplaats Talavera de la Reina. De rit bestaat uit twee identieke rondes met dus als scherprechter de Puerto del Piélago, een beklimming die officieel 9,3 kilometer lang is aan 5,6%.
De klim is in feite een stuk langer, want al bij het binnenrijden van San Román de los Montes begint de weg al stevig omhoog te lopen, waardoor we uitkomen op een beklimming van 19 kilometer aan 4,1%. In de eerste helft worden steile flanken afgewisseld met vlakkere passages en zelfs korte afdalingen. Het tweede deel van de klim is dan weer een stuk regelmatiger. Na het ronden van de top van de tweede passage van de Puerto del Piélago wacht er nog een afdaling van ruim 25 kilometer, gevolgd door een vlakke finale van een vijftiental kilometer naar Talavera de la Reina. Hier zagen we in 2011 Marcel Kittel nog naar de zege sprinten.
Officieuze start: 13.55 uur
Officiële start: 14.03 uur
Finish: tussen 17.20 en 17.40 uur
Afstand: 138,3 kilometer
Etappe 20
Moralzarzal – Puerto de Navacerrada (zaterdag 10 september)
Wielerfans, stoelriemen vast! In de voorlaatste etappe van de Vuelta a España 2022 kan er nog erg veel gebeuren in de strijd om de eindzege. De organisatie hoopt ongetwijfeld op een nagelbijtende apotheose in de buurt van Madrid, tussen Moralzarzal en de Puerto de Navacerrada. Vijf beklimmingen over een afstand van 181 kilometer: dat is wat de renners zaterdag te wachten staat. De eerste klim, de alombekende Puerto de Navacerrada (10,3 km aan 6,8%), volgt al vrij snel na de start en kan wellicht een vroege raid ontketenen van een renner die nog een laatste gooi wil doen naar de macht.
Na de Puerto de Navacerrada volgt een snelle afdaling en passage door een lange vallei, op weg naar de Puerto de Navafría (9,8 km aan 5,5%), de tweede klim van de dag. Vanaf dat moment volgen de cols elkaar in vrij rap tempo op, met achtereenvolgens de Puerto de Canencia (7,5 km aan 4,9%), Puerto de la Morcuera (9,4 km aan 6,9%) en de allesbeslissende Puerto de Cotos (10,3 km aan 6,9%). Eenmaal boven op de top van de Puerto de Cotos koersen de renners nog een kleine zeven kilometer op een soort plateau, om dan te finishen op de plek waar ze zo’n 150 kilometer eerder waren bovengekomen: de top van de Puerto de Navacerrada.
In 2015 en 2019 stond er een gelijkaardige etappe op het menu in de Sierra de Guadarrama. In 2015 werden de renners, tevens in de voorlaatste etappe, over de Puerto de Navacerrada, Puerto de la Morcuera en Puerto de Cotos gestuurd en toen zagen we een etappe om duimen en vingers bij af te likken. Niet zozeer voor Tom Dumoulin, die er in extremis zijn rode leiderstrui verspeelde aan Fabio Aru, na een perfect uitgekiende strategie van zijn ploeg Astana. Toch tekenen we meteen voor een gelijkaardig scenario.
Officieuze start: 12.35 uur
Officiële start: 12.45 uur
Finish: tussen 17.15 en 17.45 uur
Afstand: 181 kilometer
Etappe 21
Las Rozas – Madrid (zondag 11 september)
Op de slotdag van de Vuelta a España is er voor de renners tijd om even bij te praten met collega’s, aangezien de organisatie ook dit jaar weer heeft gekozen voor een korte en vlakke slotetappe naar hoofdstad Madrid. De eindwinnaar is normaal gesproken wel bekend, maar voor de sprinters ligt er natuurlijk nog wel een prestigieuze ritzege voor het oprapen. Vanuit Las Rozas, een van de vele voorsteden van Madrid, fietsen de renners naar het 5,8 kilometer lange slotciruit in de stad, dat negen keer zal worden afgewerkt.
De lokale omloop voert over de Paseo del Prado, Paseo de Recoletos, Calle de Alcalá en de Gran Via naar de finish bij de Plaza de Cibeles. De kans is groot dat we daar gaan sprinten om de overwinning. In het recente verleden zagen we Pascal Ackermann (2020), Fabio Jakobsen (2019), Elia Viviani (2018), Matteo Trentin (2017), Magnus Cort (2016), John Degenkolb (2015, 2012), Michael Matthews (2013) en Peter Sagan (2011) er zegevieren.
Officieuze start: 17.10 uur
Officiële start: 17.26 uur
Finish: tussen 19.55 en 20.10 uur
Afstand: 96,7 kilometer
Om te reageren moet je ingelogd zijn.