Aike Visbeek wil vruchten plukken in 2024: “Renners beter maken is voor ons essentieel”
foto: Cor Vos
Youri IJnsen
zaterdag 20 januari 2024 om 07:15

Aike Visbeek wil vruchten plukken in 2024: “Renners beter maken is voor ons essentieel”

Interview Waar Intermarché-Wanty in 2022 nog dé revelatie van het seizoen was, kreeg het in 2023 een moeilijk jaar te verwerken. Ze vielen terug van plek vijf op de WorldTour-ranking naar plaats veertien. Ondanks dat er weinig mutaties plaatsvonden, is performance manager Aike Visbeek ervan overtuigd dat het dit seizoen beter zal zijn. “We zijn meer ervaren en hebben meer PK’s, ik ben daarom positiever gestemd dan dat ik voor 2023 was”, vertelt hij aan WielerFlits.


Qua zeges was het vorig seizoen niet eens zo veel minder als het jaar ervoor. In 2023 boekte de Waalse formatie twintig zeges, terwijl de ploeg van Jean-François Bourlart een jaar eerder 24 overwinningen op haar conto had staan. Daarbij wel een aantal kwalitatieve zeges, zoals Gent-Wevelgem en een rit in de Giro d’Italia. Komen we meteen bij de grootste oorzaak voor het minder presteren van Intermarché-Circus-Wanty. Goudhaantje Biniam Girmay kende een lastig seizoen. Daartegenover stond de revival van oud-wereldkampioen Rui Costa, maar hij is ook alweer vertrokken. Reden genoeg om de aanpak richting 2024 eens op te vragen bij de Waalse ploeg.

Hoe kijk jijzelf terug op het voorbije seizoen, Aike?
“Het was een moeilijk jaar. Veel valpartijen, veel geblesseerden en veel zieken. Dat is overigens geen excuus. Het was ook een jaar waarin veel gewonnen werd en waarin onze gloednieuwe beloftenploeg natuurlijk een gigantische doorbraak kende. Dus als we in het kader van ons superjaar 2022 dit als ondergrens moeten betitelen, dan teken ik daarvoor. Onze jonge renners hebben allemaal de stap gemaakt die ze moesten zetten. We zitten nu in een situatie waarbij we een heel leuke ploeg met potentie hebben. Hierop kunnen we verder bouwen naar komend jaar.

Aan welke jongens ik dan denk? Laurenz Rex. Hij rijdt top-10 in Parijs-Roubaix. Maar hij is ook een voorbeeld van de vele pech. Die jongen breekt zijn kuitbeen en sleutelbeen op één seizoen. Gerben Thijssen heeft weer een stap gezet qua overwinningen. Hugo Page is enorm gegroeid. Madis Mihkels wint meteen zijn eerste koers, Georg Zimmermann die een rit pakt in het Critérium du Dauphiné. En misschien niet direct qua uitslagen, maar ook Dries De Pooter heeft het prima gedaan. Hij zit wel bij de laatste dertig in de Ronde van Vlaanderen, daar zit echt wel potentie in.

Dries De Pooter – foto: CyclingMedia Agency/IWG

Rune Herregodts heeft in de Daupginé, in de Volta ao Algarve en het Belgisch kampioenschap ook getoond dat hij zich goed ontwikkelt. Tevens op terreinen waar men dat niet direct verwacht had. Dat terwijl hij niet een makkelijk jaar had. Kobe Goossens is echt doorgebroken. Maar de keerzijdes zijn er ook. Lilian Calmejane had een jaar tegen wil en dank, Loïc Viegen was gewoon niet goed. Dat waren wel mannen die het niet hebben kunnen laten zien. Louis Meintjes ook, maar die viel uit in zijn twee hoofddoelen (de Tour en de Vuelta, red.). Daar kon-ie niets aan doen.”

Een jaar geleden vertelde je dat de doelstellingen waren: meedoen om de prijzen in de klassiekers voor een top-5 of podium, een ritzege in de Tour, top-10 in het eindklassement van een grote ronde en de top-10 op de UCI Ranking. Wat is jouw oordeel daarover?
“Dat we al die vier de doelstellingen niet gehaald hebben. De klassiekers begonnen goed: tweede met Page in de Cadel Evans Great Ocean Road Race, vierde met Costa in Strade Bianche en vierde met Taco van der Hoorn in Kuurne-Brussel-Kuurne. Maar daar stokte het. Er kwam alleen nog die negende plek van Rex in Roubaix. Dat was niet goed.”

Wat is daar er misgegaan met jullie kopman Girmay?
“Daar is niet één reden voor, maar een combinatie van een aantal factoren. Het is een feit dat we toch wel veel trainingsdagen en kwaliteit verloren hebben. Hij kwam met een goed niveau naar Europa, maar zijn basis was niet genoeg. Daarnaast werd iedereen rondom hem ziek in Tirreno-Adriatico en Milaan-San Remo. In het voorjaar was het ook echt slecht waar, daar had hij last van.

In de Ronde van Vlaanderen had ik het idee dat we hem echt goed terug op gang hadden. En dan valt hij daar keihard in de finale. Vanaf dan zie je dat het geringe basisniveau hem opbreekt. Hij heeft in mei voor de Brussel Cycling Classics maar twee weken echt hard kunnen trainen vanwege de naweeën van zijn val in Vlaanderen. Dan is je basis eigenlijk te smal voor een de Tour. En ook na zijn valpartij in San Sebastián had hij moeite met terugkeren in goede conditie, omdat hij daardoor wederom maar een paar weken kon trainen. En dan haalt hij zijn niveau niet. Maar hij heeft daarvoor wel twee keer keihard geknokt. Alleen moet het anders. Dat gaan we proberen.”

Eind 2023 interviewde ik Mike Teunissen en hij had het over huiswerk voor deze winter aangaande de samenwerking met Girmay. Wat houdt dat in?
“We hebben een aantal kansen weggegooid het voorbije seizoen, waarbij we niet aan sprinten toe zijn gekomen. Dan denk ik bijvoorbeeld aan de GP de Québec, een aantal keer in de Tour hebben we dat ook gehad. Dat moeten we oplossen. We hadden op een aantal momenten niet de kracht, maar ook de agressiviteit niet. Het moet beter, daar zijn we ons van bewust. Dat geldt voor de samenwerking tussen Biniam en Mike, maar misschien nog wel meer bij Gerben Thijssen en Arne Marit. Daar valt veel meer uit te halen. Het is wel mooi dat Mike dat gezegd heeft, want zo is het.

Toch vind ik wel dat ons naseizoen goed was. We kenden een moeizame Tour, maar daarna heeft iedereen hard gewerkt om er weer een schepje bovenop te doen. Dat is gelukt. Midden augustus waren we weer back in business. Misschien niet helemaal qua uitslagen, maar we hebben wel aanvallend gereden met vaak twee man in de top-10. We durfden te koersen, we hebben vechtlust getoond. Het mooiste voorbeeld daarvan is de zege van Mike in de Renewi Tour. Die was heel belangrijk. Mike was een heel belangrijke man in het proces om ons weer op te richten.”

Met Rui Costa raak je opnieuw een sterkhouder kwijt, ook opnieuw een oude krijger die jullie terug op de rails hebben gekregen. Doet dat pijn?
“Ja. Maar we zijn realistisch. We weten dat wij goed presterende renners kunnen kwijtraken. Maar het doet pijn omdat Rui echt heel graag wilde blijven. Dat vind ik bijzonder. Bij Alexander Kristoff hadden we dat gevoel een jaar eerder ook, maar Rui ging daarin nóg verder. Door ons heeft hij een verlenging van zijn carrière gekregen. Hij is bezeten van de wielersport, een echte kampioen. Hij was enorm dankbaar dat hij door onze begeleiding misschien nog wel een paar jaar zijn hobby kan uitvoeren op het hoogste niveau. Hij wachtte echt maanden op onze aanbieding.

Net daarom heb ik er moeite mee. Hij en ik weten allebei dat hij liever gebleven was. Wij hebben ook een menselijke connectie met elkaar, ik heb heel prettig met hem kunnen samenwerken. Hij was dankbaar voor het vertrouwen en dat we hem weer op niveau kregen. Eind 2022 was het voor hem einde carrière voordat wij met hem spraken. Rui heeft hard gewerkt en een mooi jaar gedraaid. Jongens in de ploeg overeind kunnen houden in moeilijke fases. Wij wilden met hem verder, hij wilde door. We hadden elkaar helemaal gevonden. Een bittere pil dat hij nu elders rijdt.”

Costa won een rit in de Vuelta – foto: Cor Vos

Jullie hebben naast Costa afscheid genomen van veel ervaren middenvelders, om het zo maar te zeggen. Daarvoor in de plaats komen vooral jonge renners. Vanwaar die keuze?
“Vooral economisch. Wij hadden het budget niet om ervaren middenvelders daarvoor terug te halen. Die kosten geld. Bovendien zijn er binnen ons team jongens naar die posities toegegroeid. Goossens, bijvoorbeeld. Maar ook Thijssen, Marit, Zimmermann en Herregodts zijn intussen allemaal 24 tot 26 jaar. Er is aansluiting van onderaf. Een natuurlijk proces. Godzijdank. Als je in 2021 had gezegd dat dit zo zou gaan lopen, dat die jongens zouden doorschuiven naar ons middenveld, dat hadden we niet verwacht. Dat hebben we omgebogen, ik zie dat heel positief.

Hoe groot de financiële uitdaging is geweest? De exacte cijfers heb ik niet, maar we zijn daardoor wel teleurgesteld. Als hele organisatie hadden we gehoopt een stap te zetten. We zitten nog altijd op ongeveer hetzelfde budget, terwijl we de laatste twee jaar wel echt iets moois hebben neergezet. Ook qua potentie naar de toekomst toe. In twee seizoenen boeken we in totaal bijna vijftig zeges. Onze opleidingsploeg is vanaf nul begonnen en binnen een jaar misschien wel het beste U23-team van België. Dan is het natuurlijk een hard gelag als je geen stap kan maken.

We moeten er niet omheen draaien: wij hebben het kleinste budget in de WorldTour, we moeten echt wel elke euro omdraaien. Het is jammer voor ons dat er geen nieuwe naamsponsor is opgestaan, ondanks dat er volop gesproken is. De potentie bij ons team is er echt wel. Je staat echt niet voor dezelfde bedragen bij ons op het shirt zoals die bij Soudal-Quick-Step of Visma | Lease a Bike normaal zijn. Terwijl we wel meedoen met die gasten. Het geld zouden we goed kunnen gebruiken om de volgende stappen te zetten. Dan denk ik aan meer windtunneltesten, nog verdere uitbreiding van de organisatie, maar ook investeren in het wagenpark en een nieuwe bus. Die van ons functioneren nog goed, maar zijn al iets ouder.

foto: Intermarché-Wanty

Maar begrijp goed: we laten ons hierdoor niet uit het veld slaan. Het zijn groeipijnen die horen bij een modale ProContinental-ploeg die in 2021 plots WorldTour werd. Misschien leven we sportief ook wel boven onze stand. Soms maakt je budget dan niet de stap die je wilt of misschien wel denkt te verdienen. En als je dan zoals in 2023 veel blessures hebt, dan zie je dat al heel snel terug. Als we dus een volwaardig WorldTeam willen zijn, hoort volwassenheid daarbij. We moeten dit kunnen handelen. Constructief doorpakken als het tegenzit. Dat doen we nu goed, vind ik.”

Is die financiële uitdaging dan ook de reden geweest om afscheid te nemen van een aantal doorgewinterde stafleden als Valerio Piva en Ioannis Tamouridis?
“Vorig jaar hebben we al op het vertrek van Valerio geanticipeerd en Laurenzo Lapage erbij gehaald, omdat Valerio met pensioen zou gaan. Hij wilde alleen toch nog wel wat doen. Valerio kan goed met oudere, ervaren renners werken. Die zijn er bij ons de laatste twee jaren een beetje uitgegaan. Toen Jayco-AlUla bij Valerio aanklopte, hebben we elkaar de hand geschud. Met Laurenzo zijn we in ieder geval heel blij. Hij bewaart de rust en dat kunnen we goed gebruiken.

Wat betreft Ioannis was het moeilijker, maar dat hoort erbij. Grote ploegen proberen te shoppen bij ons. Ze zien ook dat de renners bij ons groeien, wat dat betreft staan we er heel goed op. Ik ben blij dat we al vroeg op het vertrek van Ioannis hebben kunnen anticiperen door Adriaan Helmantel erbij te halen. Qua ervaring zetten we met hem erbij misschien nog wel een stap naar boven.

Op het gebied van tijdritten en een ploegentijdrit heeft hij zijn sporen zeker verdiend en de laatste jaren werkte hij veel met jonge renners. Gebieden waar er bij ons genoeg te ontwikkelen valt. Maar ook de jonge ploegleiders zoals Kévin Van Melsen, Dimitri Claeys en Pieter Van Speybrouck hadden aanbiedingen van andere ploegen. We hebben ze desalniettemin kunnen behouden voor de ploeg en voor meerdere jaren vastgelegd.”

Helmantel met Het Egeltje in zijn handen – foto: Siese Veenstra

Is het wat dat betreft een fijne wetenschap dat jullie gloednieuwe opleidingsploeg het in 2023 meteen zo goed – ze leverden direct zeven profs af, waarvan drie bij de ploeg zelf – heeft gedaan?
“Ik ben ontzettend trots op dat feit. Als we alleen aan onszelf hadden gedacht, dan hadden we ervoor gevochten om die andere vier jongens bij onze opleidingsploeg te houden en ze niet naar Flanders-Baloise of Bingoal WB laten gaan. Dan hadden we ook in 2024 een enorm goed seizoen kunnen draaien. Al ben ik er ook zeker van dat een of twee van die jongens die nu elders rijden, op korte termijn weer bij ons terugkeren. Komend jaar zal het dus minder makkelijk gaan met onze opleidingsploeg dan in 2023, omdat je de helft van je ploeg kwijt bent. Daar zijn we realistisch in.”

Vorig jaar was je voorzichtig, wilde je vooral de verwachtingen temperen na het goede 2022. Hoe moeten we komend seizoen naar Intermarché-Wanty kijken?
“We hebben dezelfde doelstellingen als vorig jaar. Dat is dus opnieuw meedoen om de prijzen in de klassiekers, daar weer gaan voor een top-5 of podium, een ritzege in de Tour, top-10 in het eindklassement van een grote ronde en in de top-10 op de UCI Ranking eindigen. Nu ben ik wel optimistisch. Een jaar geleden lag de meetlat er naast dat er van ons toch wel heel grote zeges werden verwacht, omdat we in 2022 Gent-Wevelgem wonnen en een rit in de Giro, bijvoorbeeld. Dat was een uniek jaar en was voor ons ook niet zo een, twee, drie te herhalen. Dat bleek ook.

Waarom ik er dan nu wel vertrouwen in heb, terwijl de selectie nauwelijks gewijzigd is? Omdat we gegroeid zijn in de breedte. Jongens als Rex, Page, Teunissen en Bini zijn verder in hun ontwikkeling. Iedereen is een jaar ouder en sterker. Er is in 2023 veel geleerd en geïnvesteerd. Page en Rex reden hun eerste grote ronde, Biniam reed zijn eerste grote ronde uit. Ik wil niet hoog van de toren blazen, maar ik zie wel dat we 2024 met meer ervaring en meer PK’s in de motor aan het seizoen beginnen. Ik ben echt benieuwd naar hoe onze Vlaams groep het gaat doen.

Girmay – foto: Cor Vos

Ik heb er vertrouwen in dat we daar nu meer onze stempel kunnen drukken. Voor de sprints hebben we drie jonge spurters, van wie ik verwacht dat ze een stap gezet hebben. We hebben heel goed gezien waar onze problemen zaten. We weten waar de verbeterpunten zitten. Ik ga er ook niet vanuit dat Meintjes opnieuw twee grote rondes in mist ziet opgaan. Wat betreft de staf vond ik het mooi dat je dat aanhaalde. Op dat vlak zijn we echt gegroeid. Dimitri Claeys is binnengekomen als talentcoach en je ziet dat bijna al die mannen grote stappen hebben gezet.

Hij is samen met Kévin Van Melsen ook nauw bij de opleidingsploeg betrokken. Je ziet dat we met onze begeleiding talenten kunnen beter maken. Vorig jaar zei ik nog dat het heel moeilijk is om succes te herhalen, dat het beter maken van renners essentieel ging zijn. Dat zie je nu. Haal je de zeges van Rui weg in 2023, dan zie je dat verschillende renners gewonnen hebben. Het is ons wél gelukt om vorig jaar renners te laten groeien. Dat moet ervoor zorgen dat we komend seizoen of volgend jaar weer net zo’n jaar kunnen draaien als in 2022. Ik ben ervan overtuigd dat dit lukt!”

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.