EK 2020: Voorbeschouwing wegwedstrijd vrouwen
foto: Cor Vos
woensdag 26 augustus 2020 om 20:00

EK 2020: Voorbeschouwing wegwedstrijd vrouwen

Volgens een beroemde uitspraak van Gary Lineker is voetbal een simpel spel. Je loopt negentig minuten achter een bal aan en aan het einde winnen de Duitsers. Eenieder die zich de voorbije jaren heeft vermaakt met het vrouwenwielrennen, zou een soortgelijke uitspraak kunnen doen: het peloton rijdt een wedstrijd waar dan ook ter wereld en aan het einde wint een Nederlandse. Bij het EK wielrennen wordt het Wilhelmus voor de zekerheid maar paraat gehouden. Toch is op 27 augustus een overwinning van een niet-Nederlandse renster in de wegrit helemaal niet uitgesloten. Wie wint er in Plouay? WielerFlits kijkt vooruit!

Historie

Een Europees kampioenschap wielrennen op de weg: dat was lange tijd enkel weggelegd voor junioren en beloften. De laatste categorie mag al sinds 1995 en 1997 om respectievelijk weg- en tijdrittitels fietsen, de junioren werd in 2005 voor het eerst de mogelijkheid geboden om de strijd met leeftijdsgenoten aan te binden. In deze categorieën kunnen we, zoals dat zo mooi heet, de kampioenen van de toekomst aan het werk zien. Dat wil niet zeggen dat iedere winnaar of winnares van een Europese titel het ook daadwerkelijk maakt in de wielrennerij. Als op latere leeftijd geen rek meer in blijkt te zitten, wordt het een lastig verhaal.

Er zijn echter ook voldoende succesverhalen. In 2017 won Lorena Wiebes bijvoorbeeld de wegwedstrijd voor juniores. Het seizoen 2019 sloot ze af als nummer een op de wereldranglijst van de UCI. Marianne Vos won de beloftenwedstrijd in 2006 en 2007 (en die jaren reed ze bij de elites ook al de pannen van het dak) en types als Ellen van Dijk en Anna van der Breggen is het ook meer dan goed gekomen. Sterker nog: zij hebben alle drie ook al eens een of meerdere continentale titels bij de eliterensters behaald.

Anna van der Breggen is de eerste Europees kampioene bij de elite-vrouwen – foto: Cor Vos

Bij de wegrit voor vrouwen op het eerste EK voor eliterensters had Nederland met Anna van der Breggen de topfavoriete in de gelederen. En op de Côte de Cadoudal in Plumelec maakte ze het waar, al moest ze daar wel diep voor gaan. Met een vroege aanval op de slothelling probeerde Katarzyna Niewiadoma op de verrassing te spelen, maar AvdB pareerde gezwind. Enkel Elisa Longo Borghini, Rasa Leleivyté en Alena Amialiusik konden nog bij de geboren Hasseltse en de Poolse aansluiten, in de eindsprint vormden zij echter geen gevaar meer

Van der Breggen ging bij het opdraaien van de laatste rechte lijn van kop aan met Niewiadoma in het wiel. Kasia deed in de laatste hectometers nog een ultieme poging, maar ze kwam er niet meer overheen. In 2017 werden de Europese kampioenschappen gehouden in en om het Deense Herning en daar was het aan de KNWU-equipe om de trui binnen de ploeg te houden. Op een vlees noch visparcours raakte Marianne Vos in de finale vooruit met de gepatenteerde linkmiechel Giorgia Bronzini en de almaar voortbrommerende Olga Zabelinskaya. Diverse malen had de Brabantse veelvraat bij grote kampioenschappen het onderspit moeten delven tegen Bronzini, maar nu was ze de Italiaanse te snel af.

Weer een jaar later zou er in Glasgow ook weinig aan de Nederlandse ploeg te doen zijn. Ja, andere landen zouden heus wel wat weerwerk bieden, maar de gouden medaille kon alvast worden klaargelegd voor een oranjeklant. Dat zouden ze namelijk wel even doen, zo was de heersende gedachte. Het liep echter anders…

Van der Breggen leek samen met Elisa Longo Borghini om het goud te mogen sprinten, het peloton – waar Nederland ook nog heel wat werk verzette om de druk erop te houden – kwam in extremis toch weer terug, waarna Bastianelli zichzelf perfect lanceerde en de oranje armada een hak zette. De krantenkoppen logen er logischerwijs niet om, maar in de daaropvolgende kampioenschappen bleven de Nederlandse rensters het professioneel spelen. Glasgow lijkt wat dat betreft een schoonheidsfoutje zijn geweest…

Bastianelli leert ons dat de Nederlandse selectie wel is te verslaan – foto: Cor Vos

Laatste winnaressen EK wegwedstrijd vrouwen
2019: flag-nl Amy Pieters
2018: flag-it Marta Bastianelli
2017: flag-nl Marianne Vos
2016: flag-nl Anna van der Breggen


Vorig jaar

Terwijl de dames over de Noord-Hollandse wegen ploegden, voltrok zich even verderop een drama in het stadion van de plaatselijke voetbalclub. Het dak begaf het en dat kwam op de tribune terecht. Gelukkig waren er geen slachtoffers en was de schade enkel van materiële aard. Voor de club (AZ) was het desalniettemin een ramp. De rensters reden echter gewoon door. Kort na de start was het Nederlandse strijdplan duidelijk: de koers moest hard worden gemaakt. Eerst reed een groep van dertien vrouwen weg, daarna was het een vijftiental dat voor de meute uit reed. En dat terwijl achteraan de deur wagenwijd open stond.

Toen ook deze groep was teruggepakt was het de beurt aan Lisa Klein, Amy Pieters en Elena Cecchini. Het bleek de beslissing in de wedstrijd. Daarachter werd wel gereden door Groot-Brittannië en zelfs de Nederlandse ploeg, maar Glasgow-scenario’s hoefden niet van stal te worden gehaald. De handrem ging er keurig op tijd weer op, waardoor het in de kaasstad een sprint-à-trois om de titel leek te worden. Op de kasseien van de Munnikenweg probeerden Cecchini en Klein nog om Pieters uit haar hok te lokken, maar de Nederlandse hield het hoofd koel. In de sprint bleek Pieters veel te sterk voor de anderen: een mooie beloning voor de renster die een halve thuiswedstrijd reed.

foto: Cor Vos

Uitslag EK Wegwedstrijd vrouwen 2019
flag-nr1 flag-nl Amy Pieters
flag-nr2 flag-it Elena Cecchini
flag-nr3 flag-de Lisa Klein
4. flag-nl Lorena Wiebes
5. flag-gb Alice Barnes


Parcours

In de GP de Plouay hebben de rensters twee dagen voor de Europese titelstrijd al eens kennis kunnen maken met de EK-omloop van 13,65 kilometer, die in totaal acht keer moet worden afgewerkt. In vergelijking met de voorgaande jaren is het iets eenvoudiger geworden. Zo is de Côte de Ty Marrec geschrapt uit het rondje. Nog wel in het parcours? De Côte du Lézot, een klim van 1,4 km aan een gemiddelde van 3,9%. Via deze klim in het begin van het rondje klimt het peloton het provinciestadje uit.

Buiten Plouay blijft de doorhobbelen over smalle wegen. De Montée de Lann Payot (1,3 km aan 2,6%) mag amper een klimmetje worden genoemd, al is het stijgingspercentage toch heel even 9%. In het gehucht Kevréhan wordt er linksaf geslagen, waarna er wordt afgedaald richting de Scorff-rivier.

Via het smalle bruggetje van Moulin de Coet Cren komt de meute op de D110, waarna het anderhalve kilometer is tot het derde, laatste en meest serieuze klimmetje op het parcours. De Côte du Pont-Neuf (1,5 km aan 4,2%) is de laatste gelegenheid voor de finish om aan de boom te schudden. Vanaf de top van deze klim is het nog twee kilometer tot aan de oplopende laatste rechte lijn. Er is dus nog tijd om een laatste gat dicht te rijden, maar zeker niet veel. Na 109,2 glooiende kilometers weten we wie zich Europees kampioene mag noemen.

Start: 13.00 uur
Finish: 15.45 uur


Favorieten

In Plouay kan een grote variëteit aan rensters winnen. Er is ruimte voor ontsnappingsspecialistes die het in een klein gezelschap kunnen afmaken, maar het kan ook zomaar een grote groepssprint worden op de Boulevard des Championnats du Monde. En dan is er nog de dappere soliste die de klus kan klaren, zoals Anna van der Breggen in de GP de Plouay van vorig seizoen. Aangezien de wedstrijd korter en minder zwaar is geworden lijkt hier echter wel minder ruimte voor, ook al blijft het EK een aparte wedstrijd waarin andere wetten gelden.

Wat in ieder geval vaststaat is dat van het Nederlandse team resultaten worden verwacht. Voor minder dan goud wordt niet gereden. Daar is het team bestaande uit titelverdedigster Amy Pieters (zeer sterk op het NK), Chantal van den Broek-Blaak, Ellen van Dijk, Anna van der Breggen (is haar honger al gestild met twee zeges in een week of wil ze meer?), Annemiek van Vleuten (dit is haar niet meteen op het lijf geschreven, maar schrijf haar nooit af), Marianne VosDemi Vollering en Lorena Wiebes gelukkig meer dan toe in staat.

Sterker nog: alle dames zijn in staat de titelstrijd op hun naam te schrijven. In een sprint heeft Pieters de GP de Plouay al eens gewonnen, waar Vos het in het verleden tweemaal solo deed. Voeg Wiebes daar nog eens aan toe en je hebt rensters die in een massasprint zomaar het volledige podium kunnen bezetten. Laatstgenoemde was misschien iets minder op het NK, maar deze wedstrijd zou haar al weer beter moeten liggen. Het belooft ook een totaal andere koers te worden dan die op de flanken van de VAM-berg.

Loes Gunnewijk heeft als bondscoach van de vrouwen nog altijd een 100% score – foto: Cor Vos

Het Nederlandse team zal wel keuzes moeten maken. Voor wie wordt er wanneer gereden en willen ze het überhaupt wel op een groepssprint laten aankomen? Want de laatste keer dat het bij een kampioenschap aankwam op een groepssprint, won Nederland niet. In Doha werd Wild geklopt door Dideriksen en in Glasgow was Bastianelli Vos de baas in de zucht naar de meet. In een klein groepje wegrijden zou een gunstiger scenario zijn voor de Nederlandse vrouwen. Op deze manier deed Vos het bijvoorbeeld in Herning en het bleek voor Pieters ook in Alkmaar het succesrecept.

Als ze er zeker van zijn dat de vooruitgeschoven post het in een kopgroep kan afronden, kunnen ze andere landen tot een achtervolging dwingen. Wint Demi Vollering dan? Prima. En mocht dit feest toch onverhoopt niet doorgaan, hebben ze altijd nog iemand over die in de groepssprint voor goud kan zorgen. Alles is afhankelijk van wat het parcours waard is en hoe de koers verloopt. Een ding lijkt in ieder geval zeker: het is aan Nederland om de koers te dragen. Wie het uiteindelijk afmaakt, zal niet het belangrijkste zijn; zolang er maar gewonnen wordt.

We zouden de hele Nederlandse ploeg in de favorietenlijst kunnen opnemen, maar dat zou niet eerlijk zijn tegenover de andere landen die een selectie sturen. Daarom hebben we slechts

een drietal oranjeklanten opgenomen in de favorietenlijst. Want er zijn meer dan genoeg kapers op de kust. Marta Bastianelli bijvoorbeeld. De uitgenaste Italiaanse heeft een vlijmscherpe sprint en daarnaast heeft ze het instinct van een echte killer. We herinneren u nog eens aan de Ronde van Vlaanderen en de Ronde van Drenthe van 2019, en, ja, ook het EK van Glasgow.

Als er iemand in staat is de Nederlandse selectie een serieuze hak te zetten, is zij het wel. Voor andere azzuri is er eveneens wat mogelijk. We noemen de namen van Elena Cecchini (tweede op het EK vorig jaar en al eens tweede in Plouay), de zeker niet trage Maria Giulia Confalonieri, ex-wereldkampioene Tatiana Guderzo en de altijd gevaarlijke Elisa Longo Borghini en u weet genoeg: dit EK is niet zomaar even een kolfje naar de hand van de oranjevrouwen.

Bastianelli won als Europees kampioene de Ronde van Vlaanderen – foto: Cor Vos

Ook Lotte Kopecky mag aspiraties koesteren op dit parcours. De Belgische staat samen met Jolien D’Hoore op eenzame hoogte in België en het lijkt een kwestie van tijd voordat ze haar eerste echte topwedstrijd wint. Op het EK mag ze zeker worden gezien als iemand die hoge ogen kan gooien als het een sprint wordt. De hellingen zou ze normaliter prima moeten kunnen verteren, maar ze moet haar eigen glazen natuurlijk niet ingooien. In de wielen rijden en op het juiste moment een pijl verschieten lijkt de beste tactiek. Als Kopecky haar inspanningen goed kiest en het koersverloop aan haar zijde is, wie weet… Ze gaat door haar overwinning op het BK tijdrijden in ieder geval met vertrouwen richting het EK.

Amalie Dideriksen zal na een mislukt Deens kampioenschap uit zijn op sportieve revanche. Ze kreeg in de wegrit al vroeg lek en de wereldkampioene van Doha maakte de fout door voor een wielwissel te kiezen in plaats van op haar trainingsfiets te springen. Ze bleef achtervolgen, maar ze kwam nooit in de kop van de koers, terwijl ze daar natuurlijk wel hoort te rijden. Afijn, de motivatie zal er zijn om er in Plouay iets van te maken.

Dideriksen hoeft het niet alleen van vlakke parcoursen te hebben, een heuveltje kan ze ook heus nog wel aan. Het aanvalswerk op de heuveltjes mogen we verwachten van Cecilie Uttrup Ludwig. Dit parcours is vermoedelijk niet zwaar genoeg voor haar, maar als ze meezit in een ontsnapping zit een medaille er wel in. Het is voor de Deense ploeg in ieder geval een lekker idee dat ze meerdere troeven achter de hand hebben.

Amalie Dideriksen – foto: Cor Vos

Dat geldt ook voor Duitsland, dat met twee Lisa’s als speerpunten aan het vertrek komt. Zowel Lisa Brennauer als Lisa Klein behoren tot de club rensters die de oranje armada kunnen vloeren. Het zijn allebei rensters die gezegend zijn met groot vermogen en dito inzicht. Op de heuvels zullen ze het verschil niet kunnen maken, maar als ze hun karretje weten aan te haken is er in een vlammende eindsprint veel mogelijk.

Dit weet ook de Sloveense Eugenia Bujak. Zij won namelijk de Grote Prijs van Plouay in 2016 in een eindsprint. Bujak wint niet veel, maar ze mag zeker niet worden onderschat, want ze is een gevaarlijke klant. Ze kan zomaar het duveltje uit het doosje zijn, net als in 2016.

De Boulevard des Championnats du Monde heeft de afgelopen jaren veel soorten winnaressen opgeleverd. In 2015 was er Lizzie Deignan die, toen nog als een Armitstead, de wedstrijd won door Pauline Ferrand-Prévôt te vloeren. Deignan is ook nu een van de spitsen van het Britse team, al kwam ze in de Giro dell’Emilia en de Strade Bianche wel ten val. Deignan vlak je beter nooit uit, zeker niet als ze in een groepje voorop rijdt, maar Groot-Brittannië beschikt ook nog over andere opties. Alice Barnes zou nog een sprint uit haar lijf kunnen persen, terwijl de sterke Lizzy Banks ook steeds meer stenen uit de straat rijdt.

Kunnen Kopecky (links) en Majerus (rechts) meedoen om de titel? – foto: Cor Vos

En zo zijn er nog heel wat interessante namen te noemen. Katarzyna Niewiadoma, Stine Borgli, Sheyla Gutiérrez, Rasa Leleivytė, Emilia Fahlin of thuisfavoriet Audrey Cordon-Ragot. Er zijn voor al deze rensters wel scenario’s te bedenken waarin ze om het eremetaal mee kunnen doen.

Net als Christine Majerus, de laatste die een sterretje krijgt. Ze moet het op kampioenschappen grotendeels alleen zien te rooien, maar de Luxemburgse is daar prima toe in staat. Het koersverloop moet meezitten, en het lijkt erop dat ze moet vechten tegen de bierkaai, maar de veelvoudig Luxemburgse kampioene heeft voldoende in huis om voor een podiumplek te gaan. Winnen? Tja, met de Nederlandse overmacht lijkt dat een lastig karwei, maar ook koeien vangen soms nog wel eens een haas.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Amy Pieters
*** Marta Bastianelli, Marianne Vos
** Lisa Brennauer, Amalie Dideriksen, Anna van der Breggen
* Lotte Kopecky, Eugenia Bujak, Christine Majerus, Lizzie Deignan

Website organisatie
Deelnemerslijst


Weer en TV

De weersvoorspellingen beloven geen prettige koersomstandigheden. Een temperatuur van 21 graden Celsius valt mee, maar de wind is bij vlagen krachtig en ook zal de regen van de partij zijn. Wie het kampioenschap wil aanschouwen kan terecht bij de NOS, Eurosport, de GCN Race Pass en Sporza. De uitzendingen beginnen op donderdag 27 augustus omstreeks 13.40 uur.


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.