Voorbeschouwing: Parijs-Tours 2021
Foto: Cor Vos (2018)
zondag 10 oktober 2021 om 12:30

Voorbeschouwing: Parijs-Tours 2021

Als Parijs-Tours op de planning staat, dan weet je dat het wielerseizoen er zo goed als opzit. Wie heeft de mentale veerkracht om na grote afspraken als het WK in Vlaanderen en Parijs-Roubaix nog eenmaal alles te geven op een terrein dat de klassieke renners als gegoten zou moeten passen? Boekt Florian Vermeersch de grootste zege uit zijn carrière of maakt Christophe Laporte het waar voor zijn thuispubliek? WielerFlits blikt vooruit.

Historie

Om de nieuwe wielerbaan van Tours te promoten besloot het Franse tijdschrift Paris-Vélo aan het einde van de negentiende eeuw een wedstrijd te organiseren onder de naam Parijs-Tours. Het betrof toen nog een amateurwedstrijd, maar wel eentje die kon tellen. Na een barre tocht van liefst acht uur was het Eugène Prévost die als eerste over de aankomst kwam.

Het organiserende Paris-Vélo sprak na afloop van een ‘een onverwacht en onverhoopt succes.’ Toch kwam er in 1897 geen tweede editie van Parijs-Tours, net als in 1898, 1899 en 1900. Vijf jaar na de eerste editie volgde weer een nieuwe uitgave van Parijs-Tours: Jean Fischer was de beste.

Erik Dekker won in 2004 na een straffe solo – foto: Cor Vos

We moeten die editie van 1906 beschouwen als een kanteljaar, want vanaf dan werd de klassieker jaarlijks georganiseerd. Dat ging wel gepaard met enkele veranderingen. Zo werd Parijs-Tours uitsluitend een race voor professionals en was L’Auto (deze krant had ook de Tour de France in zijn portefeuille) voortaan verantwoordelijk voor de organisatie. Dit bleek de wedstrijd ook wel nodig te hebben en Parijs-Tours werd voorzien van nieuw elan.

Wie een blik werpt op de erelijst moet concluderen dat vele grote kampioen ooit als eerste over de streep kwamen in Tours. Aan het begin van de twintigste eeuw waren Lucien Petit-Breton, François Faber, Octave Lapize en Philippe Thys aan het feest, niet geheel toevallig ook renners die één of meerdere keren op de erelijst staan van de Ronde van Frankrijk. En wat te denken van kleppers als Briek Schotte, Fred De Bruyne, Rik Van Looy, Francesco Moser en Freddy Maertens.

U leest het goed: geen Gino Bartali, Fausto Coppi, Rik Van Steenbergen, Roger De Vlaeminck, Bernard Hinault en Tom Boonen dus. Zelfs veelvraat Eddy Merckx slaagde er niet in om Parijs-Tours aan zijn palmares toe te voegen. Of zoals generatiegenoot Noël Vantyghem het ooit zei: “Samen met Eddy Merckx won ik alle klassiekers. Ik Parijs-Tours en hij al de rest.”

Een hoogtepuntje in de rivaliteit tussen Gilbert en Boonen – foto: Cor Vos

In de jaren na Merckx was er succes voor wielertoppers Johan Museeuw, Andrei Tchmil, Erik Zabel (die samen met Paul Maye, Gustave Danneels en Guido Reybrouck de recordhouder is met drie zeges) Alessandro Petacchi en Óscar Freire. De wedstrijd werd behoorlijk vaak beslist na een sprint tussen de snelste renners, maar Andrea Tafi, Richard Virenque (in 2001, vlak na een dopingschorsing), Erik Dekker na een legendarische solo, Philippe Gilbert, Greg Van Avermaet, Jelle Wallays en Søren Kragh Andersen hebben laten zien dat het zeker niet hoeft te eindigen in een groepsspurt.

Laatste tien winnaars Parijs-Tours
2020: flag-dk Casper Pedersen
2019: flag-be Jelle Wallays
2018: flag-dk Søren Kragh Andersen
2017: flag-it Matteo Trentin
2016: flag-co Fernando Gaviria
2015: flag-it Matteo Trentin
2014: flag-be Jelle Wallays
2013: flag-de John Degenkolb
2012: flag-it Marco Marcato
2011: flag-be Greg Van Avermaet

Erik Zabel op recordjacht, ten koste van een balende Petacchi – foto: Cor Vos


Vorig jaar

Parijs-Tours had vorig jaar misschien wel het slechtste deelnemersveld in jaren. De najaarsklassieker moest op de door corona vernieuwde najaarskalender concurreren met Gent-Wevelgem en de Giro d’Italia, waardoor Søren Kragh Andersen, Nacer Bouhanni, Romain Bardet, Benoît Cosnefroy en Warren Barguil de grootste namen aan de start waren.

Maar het waren Evaldas Šiškevičius, Elmar Reinders, Sergio Roman Martín, Petr Rikunov, Emiel Vemeulen en Mikel Aristi die besloten zich volledig te geven na de start in Chartres. Zij wisten al snel vier minuten uit te lopen op het peloton. De vlucht van de dag was vertrokken op weg naar de finish in Tours.

Sunweb vol vertrouwen in Pedersen – foto: Cor Vos

Met nog vijftig kilometer te gaan, net voor het opdraaien van de eerste grindpaden, kwam topfavoriet en ex-winnaar Kragh Andersen ten val. De Deen moest even bekomen van zijn crash, stapte vervolgens wel weer op de fiets, maar reed toen al op minuten achterstand. Na een geruststellend teken aan het thuisfront leek hij in de bezemwagen te stappen, maar Kragh Andersen besloot toch door te rijden.

Vooraan begonnen de andere favorieten aan de eerste onverharde stroken, deze waren zelfs nog lastiger door de sterke regenval. Cosnefroy bleek na het wegvallen van Kragh de sterke man, wat geen verrassing was gezien zijn podiumplaatsen in de Waalse- en Brabantse Pijl. De Fransman versnelde en kreeg Rudy Molard en Casper Pedersen met zich mee.

De vroege vluchters waren inmiddels ingerekend en dus was het allereerst uitkijken naar een duel tussen de sterkste renners in koers. Cosnefroy maakte een kwieke indruk, maar Pedersen was in staat om de Franse puncheur te volgen. Molard werd uit de wielen gereden en weer ingerekend door een achtervolgend groepje.

De grootste zege uit de carrière van Pedersen – foto: Cor Vos

Alle ingrediënten waren aanwezig voor een spannende finale. Cosnefroy en Pedersen moesten niet alleen alleen nog elkaar in de gaten houden, maar werden ook op de huid gezeten door vijf sterke achtervolgers. Barguil, Madouas en Vakoč wisten in de vlakke slotkilometers naar Tours nog wat van de achterstand af te knabbelen, maar de koplopers bleven buiten schot.

Pedersen ging als eerste de sprint aan en wist Cosnefroy vakkundig van zich af te houden. Het was voor de 24-jarige renner de grootste overwinning uit zijn nog jonge profcarrière. Cosnefroy moest na een sterke wedstrijd genoegen nemen met een derde podiumplaats in twee weken tijd. Nieuwenhuis maakte het feest voor Team Sunweb compleet door naar de derde plek te sprinten.

Uitslag Parijs-Tours 2020
1. flag-dk Casper Pedersen (Team Sunweb)
2. flag-fr Benoit Cosnefroy (AG2R La Mondiale)
3. flag-nl Joris Nieuwenhuis (Team Sunweb) op 30s
4. flag-fr Valentin Madouas (Groupama-FDJ)
5. flag-be Warren Barguil (Arkea-Samsic)


Parcours

Voor de start van Parijs-Tours verzamelen de renners zich in… Chartres. De klassieker vertrekt trouwens al lang niet meer vanuit Parijs zelf. Saint-Arnoult-en-Yvelines – een plaatsje tussen Parijs en Orléans – was jarenlang de plek waar het allemaal begon. Zo’n tien jaar geleden besloot de organisatie de start te verplaatsen naar het veel grotere Chartres, dat kan pronken met een historische binnenstad en natuurlijk een van de bekendste kathedralen van Frankrijk.

Het bleef niet alleen bij een andere startplaats. Enkele jaren geleden wilde men ook af van het etiket ‘sprinterskoers’ en dus gingen de parcoursbouwers op zoek naar enkele onverharde wegen en lastige hellinkjes in de omgeving van Tours om zo in de voetsporen te treden van onder andere de Strade Bianche, Tro Bro Léon en Dwars door het Hageland.

Over de eerste 160 van de 213 kilometer kunnen we eigenlijk kort zijn. Via onder andere Châteaudun, Vendrôme, Herbault en Amboise gaat het grotendeels in zuidwaartse richting op weg naar Tours. De wegen zijn relatief vlak en veel hindernissen kunnen we ook niet vinden. Of de wind zou op enkele open stukken toch vrij spel moeten krijgen…

De finale begint met de Côte Goguenne op 49,5 kilometer van de streep, meteen gevolgd door het onverharde weggetje La Grosse Pierre (500 meter). Niet veel later ligt er weer een onverharde strook van een halve kilometer. Wat volgt is een aaneenschakeling van kuitenbijters met de Côte de Chançay (een gravelpad van 2,1 kilometer), de Côte de la Vallée du Vau (550 meter onverhard), de strook van Épinettes en de Côte de la Rochère, een klimmetje van net geen kilometer.

Na de Rochère wachten er nog 28,5 kilometer richting Tours. Na de gravelpaden van Coudraie en Solidarité beginnen de kanshebbers voor de zege aan de Côte de la Vallée Chartier. Wie hier nog over voldoende krachten beschik, kan na de top doortrekken op een onverharde strook van 1,6 kilometer. Nog twintig kilometer voor de boeg, maar een eventuele koploper mag zich nog niet rijk rekenen.

Met nog zeventien kilometer op de koersteller is het tijd voor de behoorlijk lange Côte de Vouvray, met aansluitend het onverharde strookje van Rochecorbon op veertien kilometer van het einde en de Côte de Rochecorbon (500 meter lang) op tien kilometer voor de finish. Daarna is het grotendeels rechtdoor richting de laatste chicane op slechts één kilometer van de meet. Op de brede Avenue de Grammont ligt dan eindelijk die verlossende eindstreep.

We kunnen concluderen dat de finale, met zeven hellingen en negen onverharde stroken, quasi volledig overeenkomt met vorig jaar. De sprinters zullen het dus weer knaplastig hebben om dit alles te overleven. Aanvallers zijn op dit nieuwe traject duidelijk in het voordeel.

Start: 11.40 uur in Chartres
Finish: tussen 16.38-17.06 uur in Tours

Afstand: 213 kilometer
Datum: zondag 10 oktober


Favorieten

Met slechts vier WorldTeams was het deelnemersveld van Parijs-Tours vorig jaar dramatisch gestoffeerd. Dit jaar zijn er gelukkig weer tien formaties van het hoogste niveau aanwezig. Een week na Parijs-Roubaix is een goede plek op de wielerkalender voor de Franse klassieker, die zo enkele smaakmakers uit de Helleklassiekers op de deelnemerslijst heeft staan.

Doet Vermeersch zijn kunstje van Parijs-Roubaix over? – foto: Cor Vos

Denk maar aan najaarsrevelatie Florian Vermeersch, die in de vorm van zijn leven zit. Na een sterk WK bij de beloften in zowel de tijdrit als de wegrit ging de 22-jarige Vermeersch ook tijdens Parijs-Roubaix maar niet stuk. De renner uit Zaffelare bewees aan het einde ook nog eens over een sterk sprintje te beschikken, en kwam maar nipt te kort voor de zege. Ook op de route tussen Chartres en Tours zal Vermeersch zich kunnen uitleven. Als ex-crosser zal hij smullen van de korte knikjes en onverharde stroken. En nog positiever: ook zijn maatje Brent Van Moer is erbij.

Ook van Christophe Laporte kunnen we positieve signalen noteren na Parijs-Roubaix. We herinneren ons nog het moment waarop de achterrem van Laporte het in volle finale begaf, waardoor hij zowaar met zijn schoen tegen zijn achterwiel zijn fiets tot stilstand moest brengen. Toch sprintte de sterke Fransman nog naar een zesde plek. Overigens ligt dit parcours de Cofidis-kopman misschien zelfs beter. Laporte heeft niets liever dan de pittige knikjes in en rond Tours. Hem eraf rijden lijkt een onbegonnen zaak, dus zal de concurrentie het tactisch moeten aanpakken.

Ook Jasper Philipsen zien we niet meteen afhaken. De Alpecin-Fenix-kopman is straf uit de Vuelta gekomen en verloor sindsdien – op Parijs-Roubaix na – geen enkele eendagskoers die op zijn programma stond. Philipsen voltooide een unieke reeks met het Kampioenschap van Vlaanderen, Eschborn-Frankfurt, de GP van Denain en Parijs-Chauny. De Limburger is op de hellingen een pak kwetsbaarder dan Laporte, maar koestert ook ambities in de grote klassiekers. Dit zou al een eerste geslaagde test kunnen worden, want over vorm beschikt Philipsen zeker.

Veelwinnaar Philipsen rijdt een straf najaar – foto: Cor Vos

Die andere Jappe, Leuvenaar Jasper Stuyven, is een beetje moeilijker in te schatten. Het lijkt erop dat zijn piek op het WK lag, waar hij in de finale bij de beteren hoorde maar toch net naast het podium viel. In Parijs-Roubaix was het vat een beetje te vroeg leeg, maar dat hoeft natuurlijk niet per se gevolgen te hebben voor Parijs-Tours. Het deelnemersveld is een pak minder sterk dan in de Helleklassieker en als Stuyven er aan het einde nog bijzit, kan hij natuurlijk altijd nog verrassen. Denk maar aan zijn straffe stoot in Milaan-San Remo van dit voorjaar. Vergeet ook Trek-Segafredo-ploegmaat Edward Theuns niet.

Nederland vaardigt nog twee sterke sprinters af. Enerzijds Dylan Groenewegen bij Jumbo-Visma, anderzijds Danny van Poppel, die zijn laatste koers rijdt in het tricot van Intermarché-Wanty-Gobert. De vraag is of Groenewegen in staat is om de pittige finale te overleven. Is het antwoord ja, dan is de rassprinter meteen een gevaarlijke klant voor de zege. Van Poppel schonk zijn ploeg vorige week dan weer een afscheidscadeau in thuiskoers Binche-Chimay-Binche, maar daarmee is zijn honger nog niet gestild.

Beide renners kunnen rekenen op hun sprint om het af te maken, zowel in een kleine als een grotere groep. Maar ook rasaanvallers als Taco van der Hoorn (Intermarché-Wanty-Gobert) of de voormalige winnaars Søren Kragh Andersen en Casper Pedersen (Team DSM) mag je nooit vergeten. Het parcours leent zich tot aanvallen, waardoor je ook namen als Sep Vanmarcke (Israel Start-Up Nation), Greg Van Avermaet en Bob Jungels (AG2R-Citroën) Rasmus Tiller (Uno-X), Dries De Bondt (Alpecin-Fenix), Valentin Madouas (Groupama-FDJ) en de sterke Anthony Turgis (Totalenergies) kan verwachten in de finale. Die laatste moet wel zijn voorjaarsbenen terugvinden.

Ook Van der Hoorn blijft maar winnen – foto: Cor Vos

En hoever geraken de snelle mannen? Voor ploegen als BORA-hansgrohe, die man in vorm Jordi Meeus in de gelederen heeft, of Arkéa-Samsic en B&B Hotels p/b KTM met respectievelijk Nacer Bouhanni en Bryan Coquard, mag het zondag een sprint worden. Het is trouwens ook zover gekomen dat zelfs Arnaud Démare, voor Groupama-FDJ bezig aan een desastreus seizoen, geen ster meer krijgt in de voorbeschouwing op een klassieker als deze. Afgelopen week kreeg hij nog op zijn doos van Meeus in Parijs-Bourges.

Verder is het uitkijken naar Milan Menten (Bingoal Pauwels Sauces WB). De Limburger is al een heel seizoen sterk op dreef, met name in koersen die lastigheid bevatten. In de CRO Race kwam alles samen in een straffe zege. Menten is zo’n typische renner die de lastigheid van de finale best kan overleven en dan ook nog eens een sterk sprintje in huis heeft. Verder is het uitkijken naar enkele renners van Jumbo-Visma: Mick Van Dijke, Nederlands kampioen Timo Roosen en Pascal Eenkhoorn.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Christophe Laporte
*** Jasper Philipsen, Florian Vermeersch
** Jasper Stuyven, Danny van Poppel, Taco van der Hoorn
* Milan Menten, Mick van Dijke, Anthony Turgis, Jordi Meeus

Website organisatie
Deelnemerslijst


Weer en TV

Volgens Meteovista kunnen de renners zondag rekenen op een aangenaam koersweertje. De temperaturen kunnen klimmen tot 19 graden Celsius. En de wind blaast aan drie Beaufort vanuit het noordoosten. Verder is er bewolking, maar komt de zon er af en toe door.

De hele finale is zondag live te volgen op televisie. Sporza op één begint eraan om 15.40 uur. Eurosport 1 zelfs nog twintig minuten vroeger, om 15.20 uur.


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.